Analyse van schade aan vee door wolf over een langere periode (2000-2019) in Saksen (Duitsland)

Oostenrijkse wetenschappers verbonden aan de universiteit van Innsbruck hebben onderzoek gedaan naar de factoren die de kans op wolvenaanvallen op vee beïnvloeden. Met behulp van gegevens uit de periode 2000-2019 analyseerde de onderzoekers verschillende omgevings- en managementfactoren. Ze publiceerden over hun bevindingen in het wetenschappelijk tijdschrift Global Ecology and Conservation.

Algemeen.

 Het toenemende aantal wolven ( Canis lupus ) in Midden-Europa heeft de conflicten tussen wolven en vee doen toenemen. Verschillende onderzoeken hebben de impact van kuddestijlen en de mogelijke beïnvloedende factoren geanalyseerd.

Korte analyseperioden en het focussen op specifieke beïnvloedende factoren kunnen echter tot dubbelzinnige of tegenstrijdige resultaten leiden.

Deze studie maakte gebruik van lange termijn gegevens van 2000 tot 2019 in de deelstaat Saksen (Duitsland) om een ​​breed scala aan potentiële beïnvloedende factoren te evalueren, waardoor kritische factoren werden geïdentificeerd die een aanzienlijke invloed hebben op de waarschijnlijkheid van aanvallen op vee of op de omvang van de schade aan vee als gevolg van wolven.

Belangrijkste conclusies

  • Langetermijngegevens over een periode van twintig jaar werden gebruikt om het conflict tussen wolven en vee te analyseren.
  • Het aantal jongen en het totale aantal hoefdieren correleert positief met wolvenaanvallen.
  • Landbouwgrond, de overvloed aan edelherten en zwijnen zijn negatief gecorreleerd.
  • Preventieve en goed onderhouden beschermingsmaatregelen verminderen de schade.
  • De resultaten bieden suggesties voor de veehouderij met stijgende wolvenpopulaties.

Uit de studie blijkt dat vee, met name schapen en geiten, meer risico loopt op aanvallen door wolven wanneer er relatief weinig bos is in verhouding tot landbouwgrond, en er weinig edelherten als alternatief prooidier in een gebied aanwezig zijn. Het risico neemt toe bij een wolventerritorium dicht in de omgeving van het vee en wanneer er in een roedel jonge wolven aanwezig zijn.

Voor het modelleren werden gegeneraliseerde lineaire modellen gebruikt.

Uit de analyses bleek dat kleinvee meer risico liep op aanvallen van wolven als;

(1) het percentage bos in vergelijking met landbouwgrond laag was,

(2) wolvengebieden in de buurt waren en

(3) de overvloed aan edelherten laag was.

Bovendien gingen wolvenaanvallen gepaard met meer schade aan het vee wanneer;

(1) Sika- en edelherten in overvloed aanwezig waren,

(2) het vee in kleine kuddes werd gehouden en het aantal boerderijen laag was,

(3) beschermende maatregelen ontbraken, en

(4) in de roedels jonge wolven langer verbleven.

De informatie over de schermstijl, onafhankelijk van het optreden van wolvenaanvallen, zou toekomstig onderzoek aanzienlijk verbeteren en kan conflicten tussen wolven, vee en mensen helpen minimaliseren.

Grafische samenvatting

 

 

Naast omgevingsfactoren werd ook de impact van veehouderijpraktijken onderzocht. De onderzoekers zien dat wolvenaanvallen een grotere schade aanrichten wanneer het vee in kleinere kuddes wordt gehouden en wanneer beschermingsmaatregelen zoals elektrische afrasteringen ontbreken.

Meer informatie is te vinden in de publicatie ‘Wolf-related damage in livestock management: Long-term data analyses in Saxony, Germany‘.

bron: Global Ecology and Conservation, 24/06/2024