Minister overweegt nog dit jaar of de jachtbeperkingen bij vogelgriep nog nodig zijn.

Op donderdag 13 oktober debatteerde de Tweede Kamer met de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de vogelgriep, die overal in Nederland al het gehele jaar door her en der opduikt. Meerdere fracties, met name BBB (bij monde van Caroline van der Plas) en SGP (Roelof Bisschop), stelden kritische vragen over de nu standaard toegepaste jachtbeperking in getroffen gebieden en de effectiviteit ervan, terwijl daarentegen andere activiteiten zoals waterrecreatie bijvoorbeeld gewoon door kunnen gaan. De minister Piet Adema heeft daarop toegezegd deze maatregel nog dit jaar te zullen heroverwegen. Hij voegde daaraan toe dat ook de Deskundigengroep Dierziekten vraagtekens plaatst bij de effectiviteit van de maatregel.

De NOJG vindt net als de jagersvereniging dat de door de minister aan de Kamer toegezegde heroverweging vooral een goede stap is. Daar zij ervan overtuigt is dat de jagers juist een belangrijke signaal functie hebben in het tegengaan van de vogelgriep.

 




Uiterlijk 20 oktober uitspraak voorzieningsrechter jacht, haas in de provincies Limburg, Utrecht en Groningen

 

Het kort geding dat de NOJG en de Jagersvereniging met onder meer de FPG tegen de Staat hebben aangespannen om een ontheffing te vragen op het ministeriële besluit om het jachtseizoen op de haas in drie provincies dit jachtseizoen (2022/2023) te sluiten, diende vandaag in de rechtbank van Den Haag.

‘Dit kort geding is echter een opstap, naar de hierop volgende bodemprocedure waar zij ook de beslissing aan om de jacht op het konijn te sluiten en de gronden waarop dit is heeft plaats gevonden. Zij zien de uitspraak van de voorzieningenrechter met vertrouwen tegemoet.’

Advocaten Tom Barkhuysen en Ali al Khatib van de Jagersverenigingen waren helder in hun pleitnota. De hazenstand is sinds de jaren ’60 alleen teruggelopen door de intensivering van de landbouw en toegenomen bebouwing en infrastructuur. Maar juist niet op de velden waarop wordt gejaagd. Bovendien is de afgelopen twintig jaar de trend van de hazenstand stabiel. Welk nut dient het dan de jacht op het haas in de provincies Utrecht, Groningen en Limburg te sluiten?

Internationaal erkende wetenschappers
Bij de voorbereiding van het kort geding hadden de Jagersvereniging, Federatie Particulier Grondbezit (FPG), de Nederlandse Organisatie voor Jacht en Grondbeheer (NOJG) en de Wildbeheereenheid Roerstreek en hun respectievelijke leden, niets aan het toeval overgelaten. Zij zijn bij internationaal erkende wetenschappers gespecialiseerd in hazenpopulaties te rade gegaan om de onderzoeken van Wageningen Environmental Research (WEnR) naar de staat van instandhouding van de haas en het konijn tegen het licht te houden.

Deze wetenschappers kwamen onafhankelijk van elkaar tot de conclusie dat bij de bewerking van de aangeleverde cijfers discutabele keuzes gemaakt zijn rond gebruikte data en referentiejaren. Bovendien ligt er aan dit onderzoek een onjuiste beoordelingsmethode ten grondslag. De conclusie is dat de staat van instandhouding van zowel de haas als het konijn in het geheel niet in het geding is.

Ali al Khatib: ‘We hebben te maken met een politieke wens om niet op hazen te jagen, die in een motie is opgenomen. Om deze motie ten uitvoer te brengen moet de minister de Wet natuurbeheer wijzigen. Dit is niet gebeurd. De minister heeft deze ingrijpende beslissing willen omzeilen door een aparte regeling te treffen. De voorgestelde regeling doet echter geen recht aan de situatie van de haas in Nederland, waarvan de staat van instandhouding in het geheel niet in het geding is. Er is dan ook geen enkele reden voor deze ongegronde beperking van de jacht.’

Bodemprocedure
In de bodemprocedure zal een rechter ten gronde toetsen of de ministeriële regeling onrechtmatig is, ook voor wat betreft het konijn. De rechter wordt aan het einde van dit proces verzocht om een definitief oordeel te geven over de beoordelingsmethode die moet worden gehanteerd bij het bepalen van de staat van instandhouding van de haas en het konijn. Dit oordeel is ook van groot belang voor de volgende jachtseizoenen en voor alle andere bejaagbare wildsoorten.

De voorzieningenrechter doet uiterlijk 20 oktober uitspraak in dit kort geding.




Nieuwsbrief Dutch Health Wild Center (DWHC) oktober 2022

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download




Reacties op wolvenbijeenkomst in Drenthe: ‘Duidelijk angst in het gebied’

Bron: RTV DrentheEen temperamentvolle bijeenkomst vol emoties en zorgen over de aanwezigheid van de wolf in Zuidwest-Drenthe gisteravond in het gemeentehuis in Diever. Maar wat leverde het op?
Hoewel lang niet alle vragen van bezorgde inwoners van het wolvengebied beantwoord konden worden, kijken betrokkenen positief terug op de avond. De boodschap die velen hadden, kon worden overgebracht. Met name zorgen over eigen veiligheid en die van kinderen bleven hangen.

Lees hieronder de reacties van verschillende aanwezigen van de wolvenbijeenkomst

Rikus Jager, burgemeester Westerveld

 
Burgemeester Jager over de bijeenkomst over de wolf

“Ik vond het indrukwekkend”, zegt burgemeester Rikus Jager. “Door het stille protest buiten de deur, vond ik het nog indrukwekkender. Het was aangrijpend, en tegelijkertijd liet men duidelijk merken dat er angst is in het gebied.”

Voorafgaand sprak Jager mensen buiten het gemeentehuis. “Ik sprak mensen die hun kinderen niet buiten durven laten spelen zonder toezicht. Dat betekent dat je je elk moment van de dag zorgen maakt, omdat hier een dier rondloopt waarvan men vindt dat het hier niet zou horen. Dat baart mij ook zorgen in de zin dat het invloed heeft op menselijk gedrag en op prestaties van kinderen bijvoorbeeld.”

Dat mensen af en toe boos werden tijdens de bijeenkomst, vindt Jager dan ook logisch. Voor hem maakte de avond andermaal duidelijk dat er veel zorgen zijn. “We zullen met elkaar moeten nadenken over wat er aan de hand is en dat zullen we duidelijk moeten maken in de hogere regionen in Den Haag, maar ook in Brussel.”

Piet de Brock uit Wateren

Piet de Brock uit Wateren stelde als eerste een vraag tijdens de bijeenkomst. Zelf deed hij 500 schapen van de hand. Hij wilde vijf minuten spreektijd, kreeg die niet en liep emotioneel richting het podium.

“De reden dat ik hiernaartoe ben gegaan is dat er over een beschermd dier wordt gesproken. In dit geval de wolf. Terwijl alles wat beschermd wordt, gaat zich op een gegeven moment tegen ons keren. Je kan alles gaan beschermen, maar zorg er dan voor dat je een beheersplan hebt. Of je nu vangen moet en wegsturen, of afschieten. Dat zal mij om het even zijn. Maar je moet gaan beheren.”

Na afloop staat hij kalm te vertellen dat volgens hem zijn boodschap is overgekomen, al wacht er binnenkort nog een gesprek met burgemeester Rikus Jager. De Brock complimenteert de burgemeester met het luisterend oor. “En ik hoop dat gedeputeerde Jumelet nu gaat laten zien dat ie kloten heeft.”

Désiré Karelse, Bij12

Als adviseur van BIJ12, de organisatie die wolvenschades voor provincies afhandelt, kreeg Désiré Karelse het flink voor de kiezen. “Het was een open en eerlijke avond met ruimte voor emoties. Ik hoop dat er meer begrip is voor iedereen. Er zijn dilemma’s als het gaat om voor en tegen de wolf zijn en het is goed dat zorgen geuit worden.”

Dat er soms flink werd ingehakt op zijn organisatie, lijkt hij wel een beetje gewend. Al blijft hij zich verzetten tegen het zaaien van twijfel over intenties van BIJ12. “Dat wordt vaker gedaan, maar is altijd ongegrond. Wij zijn een overheidsinstantie en die moet je kunnen vertrouwen. Wij zijn heel transparant en we zijn bezig alles nog beter inzichtelijk te maken op onze site. Ik heb ook gezegd dat er zaken in het verleden niet goed gingen.”

Wat Karelse het meest bijblijft zijn de zorgen over hun persoonlijke veiligheid. “Zorgen van dierenhouders hoor ik iedere dag. Maar dat mensen bang zijn als ze in het bos gaan lopen, is nu ook duidelijk. Daar moeten we ook mee aan de slag. Beter uitleggen wat je moet doen als je een wolf tegenkomt bijvoorbeeld.”

Rena Bosma, Spier

Niet alleen inwoners uit de gemeente Westerveld waren aanwezig in het gemeentehuis in Diever. Onder de niet-Westervelders bevond zich Rena Bosma, advocate en paardenhouder uit Spier. Zij wil dat de provincie ‘ballen toont’ en Europese regels aan de laars lapt. “Men is te bang voor Europese wet- en regelgeving”, stelt Bosma.

Volgens haar kijkt Europa vaker weg als er Europese regels worden overtreden. “Er worden dagelijks regels overtreden zonder dat er iets gebeurt, kijk maar naar de manier waarop mensen aan de grenzen worden teruggeduwd.”

Zij ziet op verschillende manieren hoe verschillende wetten en regels tegenstrijdigheden geven. “Ik moet mijn paarden beschermen, maar als ik vraag om een grote stal of een twee meter hoog hek te bouwen, of een stroomaansluiting te krijgen voor de omheining, mag dat niet.” Ze stelde voor een proefproces te starten, zodat duidelijk wordt welke regels het zwaarst wegen. Die van de wet waarin ze haar dieren moet beschermen of die van de wet die de wolf beschermt.

Jumelet wil met haar doorpraten. “Ik ga altijd in gesprek, maar ik denk niet dat we er samen uitkomen”, klinkt ze niet erg hoopvol. Haar bijdrage kon overigens op luid applaus rekenen van de zaal.

Rena Bosma stelt vragen tijdens de wolvenbijeenkomst

Maarten van Meerwijk uit Havelte:

“Wat er gebeurt is gewoon schandelijk. Als je ziet hoeveel gemoord wordt in vijf weken, is dat gewoon schandelijk. Gewoon meer dan honderd schapen en nu horen we van Jumelet al twaalf runderen”, briest Maarten van Meerwijk uit Havelte meteen na de bijeenkomst. “Dan praat je niet over konijnen, dan praat je over grote dieren. Dat kan niet. Het loopt volledig uit de hand.”

Ook tijdens de bijeenkomst werd hij ‘nijdig’, omdat hij klaar is met alle aangekondigde overlegrondes en vindt dat er nu actie nodig is. Desondanks vindt hij de avond zinvol en kreeg hij de indruk dat gemeente en provincie ervan doordrongen zijn dat er actie nodig is.

“Ik heb een goed gevoel over deze bijeenkomst. Ik denk dat de mensen die hier in de zaal zaten ook snappen dat ze (Jumelet en Jager, red.) niet alles in één keer kunnen doen. Ik heb oprecht het gevoel dat ze goed geluisterd hebben en er ook werk van gaan maken.”

Edwin van Pelt, Uffelte

“Er wordt wel geluisterd naar alle verhalen. En er wordt wel wat mee gedaan, dat denk ik wel”, reageert Edwin van Pelt na afloop. Hij deed al zijn schapen al eerder weg na een wolvenaanval. Volgens hem neemt Jumelet de zorgen uit de zaal serieus.

Voor Van Pelt lijkt nieuw beleid te laat. Hij ziet geen toekomst meer als schaaphouder. “Op 19 augustus heb ik een aanval gehad van de wolf. Dat heeft geresulteerd in zeven dode schapen. Als je dat ziet, dan zakt de moed je in de schoenen. Je moet het zo zien: een mens verliest een dierbare, dat zijn dan kinderen of andere familieleden. Dit verlies van de schapen voelt voor mij als verlies van dierbaren.”

Mieke Wachters, Wateren

Na de bijeenkomst staat een groepje paardenhouders uit Wateren na te praten. Allemaal zijn ze positief over de bijeenkomst. “Er is geluisterd naar de emoties”, zegt Mieke Wachters, die bij het groepje staat. “Je zag ook de emotie bij Jager en Jumelet. En ik heb het idee dat ze de geluiden serieus nemen.”

Voor Wachters speelt vooral het menselijke leed een belangrijke rol. “Je krijgt straks ook mensen met trauma’s. Paarden zijn een soort gezinslid, en als die aangevallen worden dan heeft dat impact.”

Ook verminderd leefgenot doet volgens Wachters het nodige met mensen. “In Drenthe kon je altijd naar buiten, de natuur in. Dat is nu anders, nu ga je gespannen naar het bos.”

 
Reactie aanwezigen op wolvenbijeenkomst

Henk Jumelet, gedeputeerde Drenthe

“Het was een drukke avond met heel veel vragen”, blikt gedeputeerde Henk Jumelet terug. Het gros van de vragen moest hij beantwoorden. “Er waren veel mensen, ook online. Ik begreep dat er achthonderd mensen hebben meegekeken en dat zij veel vragen hebben ingestuurd. Het was een avond die wat mij betreft heel constructief was.”

Vooraf was duidelijk dat er geen toezeggingen konden worden gedaan. Het was een informatieavond, met ruimte voor het uiten van zorgen en het stellen van vragen. “Dan hoop je dat je de vragen kunt beantwoorden, in grote mate is dat ook gebeurd. Al blijven er natuurlijk vragen openstaan. Veel vragen zijn gesteld, er komt sowieso een vervolg op een of andere manier.”

De gedeputeerde zegt energie te krijgen van zo’n avond, ook al zijn de verhalen soms schrijnend. “Ik hoorde mensen zeggen: ‘Het gaat niet om het geld.’ Schade krijgen ze vergoed, voor een deel. Maar het gaat vooral om de emotionele schade, en dat komt wel binnen”, vertelt Jumelet.

“Die verhalen heb ik wel eerder gehoord, maar vanavond komt het allemaal bij elkaar. Daar moet je wat mee; ik kan de zorg en angst niet wegnemen, maar door informatie te geven en ze serieus te nemen denk ik dat we hebben laten zien dat we er zijn voor elkaar en voor de inwoners van Westerveld.”

 
Henk Jumelet over de wolvenbijeenkomst



Politie onderzoekt gedode wolf

De politie is begonnen met een onderzoek naar de dood van een wolf, die vorige week woensdag op de Veluwe is gevonden ten westen van de snelweg A50 in de buurt van Heerde. Volgens de politie is er sprake van een niet-natuurlijke dood.

Een voorbijganger merkte de dode wolf bij Heerde op. De Stichting Wildaanrijdingen Nederland heeft het kadaver opgehaald en naar het Dutch Wildlife Health Centre (DWHC) van de Universiteit Utrecht gebracht. Daar bleek dat het dier een niet-natuurlijke dood was gestorven, waarna de politie is ingeschakeld.
   
Vorig jaar werd een doodgeschoten wolf gevonden in de buurt van Stroe, ook op de Veluwe bij Barneveld. Ondanks intensief onderzoek is daarvoor nog geen verdachte gearresteerd. Wel is vastgesteld dat de wolf bij Stroe daar is neergelegd. Het dier is elders doodgeschoten, bleek uit het onderzoek.

bron: Gelderlander, 28/09/2022



Documentaire Jagers zijn een onmisbare schakel in de Nederlandse natuur

.

Waarom? Dat vertellen onder andere boswachters, jagers, LTO Noord, Park de Hoge Veluwe en vogelwachters in de nieuwe documentaire ‘Dilemma’s in de Nederlandse natuur’. Deze documentaire kwam tot stand door een samenwerking tussen de NOJG en de KNJV en is gemaakt door NOJG lid Miron Bilski.

Met deze film willen en we duidelijk maken voor welke uitdagingen natuurorganisaties en landschapsbeheerders staan.

Doel van deze documentaire

Het doel is duidelijk. Iedereen wil in de toekomst kunnen blijven genieten van het Nederlands landschap met een rijke biodiversiteit en gezonde bossen. Met deze documentaire wil de Jagersverenigingen, LTO Noord, boswachters en de Hoge Veluwe, duidelijk maken voor welke uitdagingen natuurorganisaties en landschapsbeheerders staan. De zoektocht naar balans in een drukbevolkt land als Nederland is niet eenvoudig. Menselijke belangen, planten, dieren; alles beïnvloedt elkaar. De natuur zijn gang laten gaan lijkt in de huidige maatschappij geen optie. Beheer door deskundige jagers of faunabeheerders ligt voor hand. De jager als onmisbare schakel in het streven naar balans en biodiversiteit.

De jager als onmisbare schakel in het streven naar balans en biodiversiteit. 

Hiermee willen ze mensen informeren over de jacht. Want uit opinieonderzoeken van de Jagersvereniging blijkt: “hoe meer mensen weten over een jacht en beheer, hoe positiever ze hier tegenover staan.”

Om mensen hierover te informeren is de documentaire ‘Dilemma’s in de Nederlandse natuur’ gemaakt. Hierin wordt uitgelegd tegen welke dilemma’s natuurorganisaties aanlopen, welke rol jagers en faunabeheerders spelen en waarom ingrijpen in de natuur volgens hen noodzakelijk is.

In het bericht hieronder liggen de Jagersvereningen de documentaire toe.

De jacht

“Faunabeheer is een keuze. Een keuze die wij in Nederland nadrukkelijk hebben gemaakt. We willen biodiversiteit en ook diersoorten die zich minder goed kunnen aanpassen aan ons druk bevolkte land, een kans geven. “De vragen die hardop worden gesteld zijn: willen we biodiversiteit in het bos?

Geven we bosverjonging wel voldoende kans? Nemen we de toekomst van de weidevogel serieus? Kunnen de wolf en de vos orde op zaken stellen in de Nederlandse natuur? Daarnaast wordt er in de documentaire dieper ingegaan op de kennis en kunde van faunabeheerders in Nederland. De kijkers worden geïnformeerd over de afwegingen die er worden gemaakt in de zoektocht naar balans in het landschap.”

Schade

Wandelend door de natuur neemt een tiental bezorgde mannen de kijker mee de natuur in. Gaandeweg leert deze meer over de schade die sommige dieren aanrichten, hoe op hele stukken natuurgebied jonge loofbomen geen kans meer krijgen om groot te groeien. Maar schade is er niet alleen in natuurgebieden. Ook boeren kunnen daarover meepraten. Jaarlijks wordt er 36 miljoen euro schadevergoeding uitgekeerd aan schade door onder meer ganzen. Ook het conflict tussen wild en verkeer wordt aangehaald, evenals het verstoorde evenwicht tussen predatoren en de kwetsbare weidevogels.

 

Deze boodschap willen de Jagersverenigingen graag breed uitdragen; naar de politiek, maar ook naar de maatschappij. 




LTO Noord wil dat jacht op wolf wordt toegestaan, ‘steeds meer vee doodgebeten’


Wolven verjagen en zelfs bejagen zouden moeten worden toegestaan om schapen en runderen te beschermen. Daarvoor pleit land- en tuinbouworganisatie LTO Noord. Er zijn volgens de organisatie in de noordelijke provincies nu om de haverklap vooral schapen het slachtoffer van de beschermde dieren.

gedood schaap wolfVolgens LTO Noord zouden er specifieke gebieden voor wolven moeten worden aangewezen. In gebieden waar de wolf niet goed kan leven, zoals provincies met weinig wild en waar ze dus meer gevaar vormen voor vee, zou de wolf niet meer welkom moeten zijn.

LTO Noord wil dat beheer mogelijk wordt: het verjagen van de wolf of, ‘in uitzonderlijke gevallen’, het toestaan van jacht.

 

Preventieve maatregelen

Boeren nemen zelf preventieve maatregelen, zoals het plaatsen van rasters, maar die zijn niet genoeg, want de hongerige wolven komen daar gewoon overheen. “Steeds meer schapen, kalveren en andere dieren zijn de afgelopen weken doodgebeten door wolven”, aldus LTO Noord.

LTO zegt dat de schapen en runderen vreselijk worden toegetakeld door de wolven, die hun prooi vervolgens ook nog eens grotendeels laten liggen. De regelmatige aanblik van de gedode dieren wordt ze in het noorden te gortig.

Onrust

“Het is ontzettend pijnlijk om te zien. We willen dat daar wat aan gebeurt’, aldus LTO Noord-voorzitter Dirk Bruins. In Overijssel, Drenthe en Friesland signaleert de club ‘erg veel onrust onder de lokale gemeenschappen’.

Sinds een jaar of zeven komen er weer wolven voor in ons land en sinds drie jaar zelfs roedels met jongen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Zie ook:

LTO Noord luidt noodklok  vanwege schade door de wolf

In de afgelopen weken zijn diverse schapen, kalveren en andere dieren doodgebeten door wolven. Dit zorgt voor veel leed bij de dieren. De wolf verwondt de dieren en eet meestal slechts een stuk van de dieren op. Boeren luiden de noodklok. LTO Noord roept op om werk te maken van faunabeheer.

 



Rechter vindt geen redenen om konijn van de landelijke vrijstelling te verwijderen.

 

In het Kort geding, overheidsaansprakelijkheid; aanwijzing (landelijke) vrijstelling van het konijn in de zin van art. 3.15 Wet Natuurbescherming. Buitenwerkingstelling regelgeving wordt in het kort geding door de rechter afgewezen aangezien, deze niet onmiskenbaar onrechtmatig is, ook geen ordemaatregel.

Doordat in de konijnenpopulaties verschillende ziekte uitbraken, is deze flink achteruit gegaan en heeft de soort de status ‘gevoelig’ op de Rode Lijst gekregen. Hiervan probeerden de dierenorganisaties nu gebruik te maken om, via een kort geding de Staat te dwingen, het konijn van de landelijke vrijstellingslijst (art 3.15 Wn) te verwijderen . De rechtbank Den Haag heeft op dinsdag 16 augustus echter geoordeeld dat de vermelding op de vrijstellingslijst rechtmatig is genomen. Zij konden in het het kort geding niet aannemelijk maken, dat de konijnen door plaatsing op de landelijke vrijstellingslijst in hun bestaan bedreigt zou worden.

Zie hieronder de uitspraak van de rechter.

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download




Op de rol: ‘Ik ben geen boswachter geworden om eenden dood te maaien’

Rotterdam, 10 augustus 2022

Het Oudeland van Strijen is een goudmijn voor weide- en akkervogels. De tureluur strijkt er graag neer, net als het paapje en de bruine kiekendief. En diverse soorten eenden: de wilde eend, de slobeend, de soepeend en de kuifeend. Dwars door dit Natura 2000-gebied in de Hoeksche Waard loopt de Molenweg. Langs deze smalle en halfverharde weg staan geen bomen of struiken. Aan weerzijden van de Molenweg liggen een berm en een sloot. En verder is er gras- en akkerbouwland. 

De Molenweg is niet alleen in trek bij weidevogels; wandelaars komen er ook graag. Op 17 mei 2021 ziet een wandelaar er tot zijn schrik 7 dode wilde eenden in de berm liggen. De (beschermde) eenden zijn doodgemaaid. Ook hun nesten met daarin eieren zijn verwoest. De Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid komt in actie en spoort de aanstichter van het dierenleed op: een loonwerker die in opdracht van Staatsbosbeheer met zijn tractor de berm heeft gemaaid. De loonwerker krijgt een boete van 500 euro, Staatsbosbeheer moet het dubbele betalen. 

Opzettelijk

Volgens het OM heeft Staatsbosbeheer de eenden ‘opzettelijk gedood’. Dat schiet de beheerder van het groene erfgoed van Nederland in het verkeerde keelgat en hij gaat in beroep (in verzet). ‘Het is gebeurd, maar niet opzettelijk. Als we het idee hadden gehad dat daar eenden broedden, dan hadden we absoluut niet gemaaid’, zegt boswachter Sandra* tegen de economische politierechter in zaal 7 van het Rotterdamse gerechtsgebouw. ‘Per ongeluk kan onder bepaalde omstandigheden juridisch ook opzettelijk zijn’, waarschuwt rechter Matthijs van Seventer. ‘Er moest kruid worden weggemaaid’, heb ik begrepen. ‘Ja, raapzaad’, antwoordt Sandra. ‘Het zaad in de peulen komt in de sloten en als die worden gebaggerd komt het zaad op het land. We willen juist schrale en kruidendiverse weides. Daarom moeten de bermen ieder jaar kort worden gemaaid.’

Gewaagd

De rechter: ‘Dat gebeurde in het broedseizoen. Dan zou je denken: hoge vegetatie aan de wallekant, goed kijken of daar vogels onder zitten.’ Sandra: ‘Zeker, en dat doen we ook altijd. We zijn de weg afgelopen en we hebben goed gekeken. In het talud naar de sloten hebben we de eendennesten gemist.’ De rechter: ‘De loonwerker die de berm maaide, heeft de politie verteld dat de berm normaal wordt voorgelopen, maar dat dit niet was  gebeurd. Dat vond hij raar. Hij zegt zelfs: “Ik vond het gewaagd.”’ Sandra: ‘We konden niet naar beneden naar de sloot om te kijken.’ De rechter: ‘Dan verzin je toch een manier? Duw met een lange stok het gras opzij, ik zeg maar wat.’ Sandra: ‘Ik kom kom vaak op de Molenwegweg en ik heb daar nooit vogels zien broeden.’ De rechter: ‘Uit het dossier komt naar voren dat dát de reden is waarom er niet echt is voorgelopen. Daar draait het in deze zaak om: of er opzet was of niet.’

Kleurloos

En die opzet was er, vindt officier van justitie Sabrina van der Kallen. Niet in de zin van: we wisten dat we iets strafbaars deden, maar wel in de zin van: we waren ons er niet van bewust dat het niet mocht. ‘Dat laatste noemen we kleurloos opzet’, zegt de officier. ‘Staatsbosbeheer zegt dat de ervaring had geleerd dat langs de Molenweg weinig vogels broedden. Dat betekent dat er rekening mee moest worden gehouden dat er in het broedseizoen wel énkele vogels langs de sloot konden broeden. Door de Molenweg onvoldoende voor te lopen en toch te maaien, heeft Staatsbosbeheer bewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat eenden gedood zouden worden.’ En dus is Staatsbosbeheer wat officier van justitie Van der Kallen betreft schuldig aan kleurloos opzet. Een boete van 1.000 euro is daarom op zijn plaats.

Verboden

Die boete is helemaal niet op zijn plaats, vindt advocaat Ton Kessel. ‘Hoewel het Staatsbosbeheer niet om het geld maar om het principe gaat’, zegt de advocaat. ‘Het OM moet bewijzen dat Staatsbosbeheer de opzet heeft gehad om de eenden te doden. Alleen dat is verboden. Het artikel in de Wet natuurbescherming dat het Openbaar Ministerie gebruikt (Het is verboden opzettelijk van nature in Nederland in het wild levende vogels van soorten als bedoeld in artikel 1 van de Vogelrichtlijn te doden of te vangen, red.) houdt geen kleurloos opzet in.’ Volgens de advocaat zou Staatsbosbeheer hooguit voorwaardelijk opzet verweten kunnen worden. (Er is sprake van voorwaardelijk opzet als Staatsbosbeheer welbewust de ‘aanmerkelijke kans’ op het doden van de eenden en het vernielen van hun nesten heeft aanvaard.)

Risico

En die opzet had Staatsbosbeheer niet. ‘Staatsbosbeheer is zorgvuldig geweest en heeft geen bewust risico genomen’, aldus raadsman Kessel. De Molenweg is geïnspecteerd en de loonwerker had de instructie om voorzichtig te zijn en goed uit te kijken. De advocaat: ‘Staatsbosbeheer had niet voorzien dat er zoveel eenden in de berm zouden broeden. Ze broedden in 2021 later dan in 2020, bleek achteraf. In de jaren ervoor waren er ook geen problemen. De kans dat er broedende eenden in de bermen zaten was daarom niet aanmerkelijk. Dat Staatsbosbeheer het risico zeker niet heeft aanvaard dat eenden gedood zouden worden, werd tijdens het politieverhoor pakkend door Sandra verwoord: “Ik ben geen boswachter geworden om eenden dood te maaien.”’ 

Tranen

‘Mevrouw, u hebt het laatste woord’, zegt politierechter Van Seventer. ‘U zit hier namens Staatsbosbeheer. Ik hoop niet dat u dit persoonlijk opvat.’ ‘Ja natuurlijk wel’, reageert Sandra. De tranen biggelen over haar wangen. ‘Ik ben boswachter omdat de natuur mijn passie is. We willen het beste voor het gebied. We willen het beter maken. Als ons dan wordt verweten dat we opzettelijk eenden hebben gedood, dan kun je dat alleen maar persoonlijk opvatten. Ik voel mij verantwoordelijk.’ 

Beschermen

Advocaat Kessel vindt dat Staatsbosbeheer niets te verwijten valt en bepleit vrijspraak. Rechter Van Seventer vindt dat Staatsbosbeheer wél iets te verwijten valt. Het had meer moeten doen om de eenden te beschermen en is daarom schuldig aan voorwaardelijk opzet. De economische politierechter: ‘Staatsbosbeheer heeft het risico genomen dat er eenden in de berm konden broeden en heeft onvoldoende gedaan om de risico’s in te dammen. Uit verklaringen blijkt dat Staatsbosbeheer zich ervan bewust was dat er eenden in de berm konden zitten. Er moest niet voor niets voorzichtig worden gemaaid. De aannemer was verbaasd dat hij op die manier moest maaien. Hij vond dat gewaagd. Het is onvoldoende om de loonwerker te vertellen dat hij rustig moet maaien en moet uitzien naar eenden die opvliegen. Eenden vliegen niet op, die duiken weg.’ De boete van 1.000 euro blijft staan. ‘Trekt u het zich alstublieft niet persoonlijk aan.’

* Dit is niet haar echte naam.




Beide Jagersverenigen, FPG en Wbe de Roerstreek sommeren MInister in een brief om de wijziging Regeling Natuurbescherming in te trekken

 

NOJG logo Logo FPG

 

Namens de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging (Jagersvereniging), de Federatie Particulier Grondbezit (FPG), de Nederlandse Organisatie voor Jacht en Grondbeheer (NOJG) en de Wildbeheereenheid Roerstreek (WBE Roerstreek) heeft Stibbe Advocaten een brief gestuurd aan de Minister voor Natuur en Stikstof.

Hierin sommeren genoemde partijen de minister dringend, om de vorige week door haar bekendgemaakte wijziging van de Regeling natuurbescherming (“Rnb”) in te trekken dan wel niet toe te passen, zodat de jacht op het konijn en de haas op normale wijze geopend kan worden op 15 augustus respectievelijk 15 oktober.

De wijziging van de Rnb stuit in meerdere opzichten op zwaarwegende bezwaren. Zo is dit besluit gebaseerd op een onderzoek waaraan serieuze gebreken kleven, waaronder het gebruik van een duidelijk onjuiste en ongeschikte beoordelingswijze van de staat van instandhouding van hazen en konijnen. Daarmee ontbreekt een feitelijke en juridische grondslag om de jacht op deze wildsoorten te beperken.

Hier komt bij dat de regeling een inbreuk is op het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens. Bezwaarlijk is ook dat de minister pas zeer kort dag (twee weken voor de start van het jachtseizoen) met het besluit is gekomen, terwijl richting de Tweede Kamer en betrokkenen telkens de verwachting is gewekt en uitgesproken, dat ruim voor het jachtseizoen duidelijkheid zou worden geboden.

Door middel van de gestuurde sommatiebrief wordt de minister in de gelegenheid gesteld om haar besluit in te trekken. Blijft de komende twee weken een positieve reactie uit dan zijn de organisaties genoodzaakt om juridische procedures te starten.




Veel minder afschot van wilde zwijnen nodig geacht op de Veluwe

 

 

De doelstelling voor het afschot van wilde zwijnen op de Veluwe voor de komende periode tot aan februari is aanmerkelijk lager dan in voorgaande jaren. De afgelopen winter gold als het slechtste mastjaar sinds 2003. Het gevolg was dat er meer zwijnen een natuurlijke dood stierven. De overblijvende dieren zijn zwakker en kregen daardoor minder biggen. Daardoor hoeven er minder dieren gedood te worden voor de in maart 2023 gewenste doelstand. 

Het streefaantal is circa 1350 wilde zwijnen op de Veluwe in het voorjaar. Die doelstand werd jarenlang niet gehaald, blijkt uit tellingen van de Faunabeheereenheid Gelderland. Sinds 2013-2014 is het aantal gestegen van 2341 tot 8845 wilde zwijnen in 2021-2022. In het afgelopen seizoen werden er 7690 wilde zwijnen afgeschoten. Hoewel de doelstand daarmee opnieuw niet bereikt is, ligt de doelstelling voor de komende maanden fors lager. Er wordt ingezet op afschot van 2577 dieren.




Vogelgriepvirus bij vossen aangepast aan zoogdieren

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

bron: Wageningen University & Research, 25/07/2022

Onlangs stelde Wageningen Bioveterinary Research infecties met vogelgriep vast bij drie wilde vossen in Nederland. De dieren vertoonden neurologische verschijnselen veroorzaakt door vogelgriep van het virustype H5N1. Uit verdere analyse blijkt nu dat het virus bij vossen zich heeft aangepast aan zoogdieren. Bovendien is het opmerkelijk dat het virus vooral in de hersenen aanwezig was, terwijl het een luchtwegvirus betreft.

Hoogpathogene vogelgriepvirussen van het type H5N1 veroorzaken momenteel een hoge sterfte onder wilde vogels in Nederland. Genetische analyse toonde aan dat de virussen bij vossen lijken op die bij wilde vogels worden aangetroffen. De vossen zijn waarschijnlijk besmet door het eten van wilde vogels met vogelgriep. Uit de studie bleek ook dat het virus mogelijk de hersenen is binnengedrongen via de reukzenuw.

Twee bij de vossen geïsoleerde virussen bevatten een mutatie die in verband wordt gebracht met aanpassing aan zoogdieren. Uit het onderzoek blijkt dat het gemuteerde virus zich beter vermenigvuldigt in cellen van zoogdieren dan in die van vogels, en bij de lagere lichaamstemperatuur van zoogdieren.

Infecties bij zoogdieren moeten nauwlettend in de gaten worden gehouden. Het huidige virus kan niet worden overgedragen tussen zoogdieren of op mensen, maar verdere mutaties kunnen het zoönotische potentieel van de H5N1-virussen vergroten. Daarom is een snelle detectie van verdere mutaties belangrijk, net als het vermijden van contact met zieke en dode vogels.

Meer informatie is te vinden in de publicatie ‘Highly pathogenic avian influenza H5N1 virus infections in wild red foxes (Vulpes vulpes) show neurotropism and adaptive virus mutations‘ op bioRxiv.




Lage kuikenoverleving zorgt voor afname van wilde eenden in Nederland

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Onderzoekers van Sovon Vogelonderzoek, Radboud Universiteit en het Vogeltrekstation komen op basis van een analyse van vier verschillende datasets verzameld door burgerwetenschappers tot de conclusie dat een hoge kuikensterfte de belangrijkste oorzaak is voor de achteruitgang van het aantal wilde eenden in Nederland. Zij publiceren over het onderzoek in Ornithological Applications.

Nederland huisvest met een geschat aantal broedparen tussen de 180.000 en 280.000 de grootste populatie wilde eenden in Europa. Toch zijn de aantallen met circa 30% afgenomen sinds 1990, een ontwikkeling die in omliggende landen niet zichtbaar is. Om de oorzaak te achterhalen hebben onderzoekers van Sovon Vogelonderzoek, Radboud Universiteit en het Vogeltrekstation een geïntegreerd populatiemodel ontwikkeld.

De onderzoekers gebruiken een rekenmethode waar alle variabelen in worden verwerkt die een rol kunnen spelen bij de ontwikkeling van de aantallen, zoals aantallen broedvogels, legselgrootte, uitkomstsucces van de eieren en sterfte van jonge en volwassen vogels. Van de meeste variabelen in het populatiemodel zijn gegevens beschikbaar over vele jaren.

De ontwikkelingen in aantallen zijn afkomstig van broedvogelmonitoring, legselgrootte en nestsucces worden bepaald met nestonderzoek en overleving van volwassen vogels blijkt uit terugmeldingen van geringde vogels. Voor inzicht in de overleving van de kuikens deden vrijwilligers gedurende een aantal jaren tellingen met een mobiele applicatie.

Met name de kuikenoverleving blijkt in de afgelopen decennia gedaald. Op basis van historische gegevens lijkt het erop dat deze overleving is gehalveerd ten opzichte van de jaren 50 van de vorige eeuw. Ook in vergelijking met andere landen waar de populaties wilde eenden wel stabiel zijn, is de Nederlandse kuikenoverleving laag. Doorrekeningen met het populatiemodel bevestigen dat de kuikenoverleving bepalend is voor de ontwikkeling van de aantallen van de wilde eend in Nederland. Geen van de andere variabelen kon de afname van het aantallen verklaren.

Meer informatie is te vinden in de publicatie ‘Integrated population modeling identifies low duckling survival as a key driver of decline in a European population of the Mallard‘ in Ornithological Applications.

 




Debat over wolven in Nederland dreigt in ruzie te ontaarden

DD: 06 juli 2022 Bron:  RTL-Nieuws
 

De discussie tussen voor- en tegenstanders van de aanwezigheid van de wolf in Nederland, dreigt te ontaarden in een flinke ruzie. De standpunten verharden en op sociale media is veel frustratie, boosheid en onmacht te lezen. Inwoners van het platteland hebben het gevoel dat ‘stadse mensen’ zich ermee bemoeien en zijn daar boos over.

Dat concluderen onderzoekers, die met 35 betrokken organisaties hebben gesproken over de toekomst van de wolf in Nederland. De Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging en het International Fund for Animal Welfare (IFAW) hadden opdracht gegeven tot het onderzoek.

Een blik op Twitter levert inderdaad een vloed aan hashtags over het onderwerp op. Daar zitten ‘beschaafde’ namen bij zoals #welkomwolf en #nederlandnietwolfwaardig, maar ook minder vriendelijke zoals #wolvenmoord en #wolfverraders.

‘Explosief thema’

Beide organisaties zijn ogenschijnlijk tegenpolen, maar proberen samen te voorkomen dat emoties uit de hand gaan lopen. “De aanwezigheid van de wolf is een potentieel explosief thema”, aldus Willem Schimmelpenninck van der Oije, directeur van de Jagersvereniging.

Volgens de onderzoekers zijn vrijwel alle 35 organisaties bereid met elkaar in gesprek te gaan over de wolf. Daaronder zijn Het Nationale Park De Hoge Veluwe, een fel tegenstander van de wolf, en FREE Nature en De Faunabescherming, juist grote voorstanders van de wolf in Nederland.




Afrikaanse Varkenspest op 15 kilometer van Nederlandse grens Overijssel

 

In de Duitse plaats Emsbüren, in de deelstaat Niedersachsen  is op een varkensbedrijf Afrikaanse varkenspest vastgesteld. Het bedrijf met 280 zeugen en 1500 biggen ligt op circa 15 kilometer afstand van de Nederlandse grens, ten oosten van de provincie Overijssel. De besmetting is op zaterdag 2 juli bevestigd. Het bedrijf is op zondag 3 juli geruimd en contactbedrijven worden onderzocht. Rondom het bedrijf is een beschermingszone van 3 kilometer en een bewakingszone van 10 kilometer ingesteld, waarin een vervoersverbod geldt en waar bedrijven worden gescreend.

De ingestelde bewakings- en beschermingszones liggen niet op Nederlands grondgebied. Het ministerie van LNV vraagt varkenshouders extra alert te zijn op verschijnselen van Afrikaanse varkenspest bij hun varkens en alle veterinaire voorschriften en bio veiligheidsmaatregelen strikt na te leven.

Tevens is het van belang dat ook andere partijen in de varkenssector alle passende bioveiligheidsmaatregelen in acht nemen, waaronder de verplichte tweede reiniging en desinfectie van vervoersmiddelen die zijn gebruikt voor transport van evenhoevigen naar Duitsland en die terugkeren in Nederland. Voor bezoekers van natuurgebieden of bedrijven is het van belang dat zij geen varkensproducten achter laten in de natuur of bij een varkenshouderij.

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) werkt momenteel aan een risk-assessment en maakt een inventarisatie van vervoersbewegingen over de grens. Het ministerie van LNV houdt nauw contact met alle betrokken partijen om de situatie te monitoren en zal wanneer nodig aanvullende maatregelen nemen.

Nederland heeft al enige jaren een monitoringsprogramma in wilde zwijnen. In deze monitoring worden bloedmonsters van wilde zwijnen onderzocht op aanwezigheid van Afrikaanse varkenspest. Er is ook een NVWA protocol voor het melden en bemonsteren van gevonden kadavers van wilde zwijnen. In dit protocol worden gevonden dode wilde zwijnen bemonsterd door speciale medewerkers van de faunabeheer eenheden.

Personen die een dood wild zwijn vinden kunnen dit melden bij de boswachter, politie of terreineigenaar. Deze personen nemen contact met de medewerkers van de faunabeheer eenheden. Naar aanleiding van de besmetting in Emsbüren, worden migratieroutes van wilde zwijnen in het grensgebied door de provincie Overijssel intensiever gemonitord op dode wilde zwijnen.

Gezien de afstand tot eerdere besmette locaties is het waarschijnlijk dat de uitbraak in Emsbüren het gevolg is van menselijk handelen Afrikaanse varkenspest is in wilde zwijnen aanwezig in het oosten van Duitsland. In juni is een bedrijf in Baden-Würtemberg besmet geraakt.  Zaterdag 2 juli werd op nog een ander bedrijf, in Brandenburg, een besmetting aangetoond. Dit bedrijf ligt veel verder van de Nederlands grens.

 

bron: Ministerie van LNV, 02/07/2022



Voedselaanbod en predatoren bepalen broedsucces van wadvogels

In 2020 startte een consortium, bestaande uit Ecosensys, Altenburg & Wymenga, Sovon en de Rijksuniversiteit Groningen, onder leiding van Het Groninger Landschap een onderzoek naar het broedsucces van wadvogels aan de kust van het vaste land. De aanwezigheid van predatoren blijkt een bepalende factor voor het broedsucces en laten weinig nesten van wadvogels in de kwelders ongemoeid.

Tijdens dit onderzoek zijn verschillende maatregelen getest om het broedsucces een positieve impuls te geven. Belangrijke aandachtspunten vormen de kwaliteit van het voedselaanbod en de aanwezigheid van predatoren.  Om de beweging van grondpredatoren langs de noordelijke kust 3 tot 6 maanden te kunnen volgen zijn tussen 2020 en 2022 vossen en steenmarters gezenderd.

Combineer beheermethoden

De aanwezigheid van predatoren blijkt een bepalende factor voor het broedsucces en laten weinig nesten van wadvogels in de kwelders ongemoeid. ‘Steenmarters en vossen zijn inventief en volhardend. Vossen schuwen water niet en zwemmen relatief lange afstanden om een broedeiland te bereiken, ondanks dat ze een voorkeur hebben om zich over het droge te bewegen. Maar over volhardend gesproken: we hebben ook vossen gemonitord die volledig op de kwelders leven.’

De aanbevelingen zijn wat Jonge Poerink betreft helder.

Het kluteneiland in de kwelders van de Dollard is omringd door water en voorzien van een stroomraster. Dat blijkt een zeer effectieve combinatie om predatoren buiten het broedgebied te houden. Daar is geen vos of steenmarter gesignaleerd. Het gebruik van één beheermethode is minder effectief, maar een goede aanleg eens te meer cruciaal. Het predatieonderzoek gaat de komende tijd door om meer conclusies te kunnen trekken die terrein beherende organisaties handvatten bieden bij het predatiemanagement.

Altenburg & Wymenga leidde het onderzoek naar het voedselaambod. In 2020 werd een eerste inzicht verkregen van het voedselaanbod voor klutenjongen in binnen- en buitendijkse gebieden langs de vastelandskust. De onderzoekers stelden vast dat het voedselaanbod bij de Klutenplas bij Westernieland op het moment van bemonsteren, aanzienlijk lager was dan in de andere gebieden. Het onderzoek in 2021 richtte zich daarom op dit gebied.

De beschikbaarheid van insecten houdt verband met de weersomstandigheden. Bijvoorbeeld, hoe hoger de temperatuur, hoe meer insecten. Het zoutgehalte bepaalt de aanwezigheid van verschillende soorten benthos. Daarnaast werd het gebied in 2021 gevoed door een brakwatertoevoer. Hoewel dit niet statistisch is aangetoond, is dit mogelijk wel van belang geweest voor de ontwikkeling van de voedselbeschikbaarheid in het gebied

 

bron: Het Groninger Landschap, 27/06/2022