SOVON rapport de staat van in-standhouding van Fazant, Houtduif en Wilde Eend.

Het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedsel- kwaliteit (LNV) heeft Sovon Vogelonderzoek Nederland verzocht om de staat van instandhouding te bepalen van de drie vogelsoorten die in Nederland zijn geplaatst op de wildlijst. Onder staat van instandhouding wordt de ‘duurzaamheid’ van de populatie van een bepaalde soort verstaan.

Het voorliggende rapport beschrijft de staat van instandhouding van Fazant, Houtduif en Wilde Eend.

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download




Fries ganzenbeleid dient verbeterd en aangescherpt te worden.

Friesland ontwikkelt nieuw ganzenbeleid. Het provinciebestuur stelt Provinciale Staten voor om vanaf oktober 2024 het huidige ganzenbeleid te verbeteren en aan te scherpen.

In de winter verblijven er ongeveer 500.000 ganzen in Friesland. Dit aantal groeide de afgelopen decennia fors en is sinds 2013/2014 gestabiliseerd. De schade bedraagt 8,5 tot 10 miljoen euro per jaar.

Doel van het nieuwe beleid is om de schade verder terug te dringen. De aanpak van de jaarrond verblijvende ganzen wordt aangescherpt omdat de schade door deze ganzen groeit. Grauwe ganzen zijn verantwoordelijk voor ongeveer een kwart van de voorjaarsschade.

Meer gebiedsgericht

Verder is het plan om meer gebiedsgericht te gaan werken. Grondgebruikers, jagers en terreinbeherende organisaties worden gestimuleerd om per gebied met elkaar in overleg te gaan over de uit te voeren maatregelen.

LTO Noord-bestuurder Jan Teade Kooistra riep de provincie woensdag tijdens de commissievergadering over de Friese ganzenaanpak op om ervoor te zorgen dat het aanvragen van schade wordt vergemakkelijkt. Nu wordt er volgens hem nog veel schade niet uitgekeerd.

Bureaucratisch

‘De grootste hobbel is dat boeren geen schadevergoeding aanvragen. Dat doen ze om diverse redenen niet. Ze vinden het bijvoorbeeld te bureaucratisch. Maar sommige aanvragen worden ook niet gehonoreerd. Want als je een klein foutje maakt, krijg je niets meer.’

Ook Faunabeheereenheid Friesland drong aan op het verminderen van de administratieve lasten.

Kijken naar acties

Bovendien vindt secretaris Peter de Vries van de Faunabeheereenheid Friesland dat er geen onderscheid meer moet worden gemaakt tussen zomer- en winterganzen, maar vooral moet worden gekeken naar acties zoals verjaging met ondersteunend afschot of het beheren van populaties. Hij ziet dat jagers nauwelijks op ganzen schieten.

‘Het schieten van ganzen levert veel imagoschade op. Bovendien kunnen jagers nergens heen met het vlees. Proeven om ganzen te vangen waren ook geen succes.’ De Vries hamert op het opstellen van een plan voor de schadeaanpak. ‘Het is ook in het belang van grondgebruikers dat dit van de grond komt.’

Marjolein Samplonius van het ganzencollectief Fryslân riep op tot een gelijk speelveld voor beheerders binnen en buiten de foerageergebieden. ‘Polarisatie leidt er alleen maar toe dat de bereidheid tot samenwerking in het ganzendossier afneemt.’
Provinciale Staten maken volgende week woensdag hun voorkeur voor het nieuwe ganzenbeleid duidelijk.

bron: Nieuwe oogst




Veel wolvenactiviteit van Noord- tot Zuid-Nederland

Bron: Bij12- 6 april 2022

Wolvenpaar Zuidwest-Drenthe en Zuidoost-Fryslân

In deze regio is een wolvenpaar vastgesteld. Dit paar lijkt de regio van Zuidoost-Fryslân en Zuidwest-Drenthe als kerngebied te hebben, waarbij een gebied daaromheen betrokken wordt in het territorium. De wolven trekken gezamenlijk op en eten samen. Vanwege paarvorming is actieve monitoring opgestart en zal blijken of er sprake is van roedel vorming.

Veluwe

Ook blijkt uit verschillende waarnemingen dat de gevestigde wolven op de Noord-Veluwe volop in beweging zijn binnen het hele territorium. Ze leggen daarbij grote afstanden af. Dit is normaal gedrag in de winterperiode. Het aantal te bejagen wilde prooien is dan relatief laag, waardoor het territorium op zijn grootst is. Omdat er in de zomermaanden meer jonge prooidieren zijn, is het eenvoudiger jagen voor wolven. Het territorium wordt dan weer verkleind tot het kerngebied, waar de welpen geboren en grootgebracht worden. Verschillende nakomelingen van de roedel van de Noord-Veluwe zijn op zoek naar een eigen territorium, zo blijkt uit verschillende waarnemingen als keutels en camerabeelden.

Zuid-Nederland

Ook in de regio Zuidwest-Brabant en Zeeland is veel wolfactiviteit waargenomen. In Noord-Brabant zijn in totaal zes verschillende wolven waargenomen. De wolf die zich een tijd geleden gevestigd had op De Groote Heide is gesignaleerd in Duitsland. Het is niet zeker of deze wolf Nederland definitief verlaten heeft.

Aanrijdingen

In de afgelopen periode hebben vier aanrijdingen met wolven plaatsgevonden. Waaronder twee Vlaamse welpen. Eén wolf heeft de aanrijding overleefd, want drie weken later is zijn DNA aangetroffen bij een schademelding.

Wolvendata (schademeldingen en cijfers)

BIJ12 ontving 152 meldingen van vermoedelijke wolvenschade aan landbouwhuisdieren. In 112 gevallen is bevestigd dat dit om een wolf ging. Bekijk hier direct de laatste schademeldingen- en de bijbehorende DNA-uitslagen van de afgelopen periode.

Samenwerking

BIJ12 is de organisatie die namens provincies de beleidsuitvoering van het dossier van de wolf verzorgt. Dit heeft onder andere betrekking op monitoring en afhandeling van tegemoetkoming in schade. Dit bericht is tot stand gekomen met medewerking van Zoogdiervereniging (monitoring Wolvenmeldpunt), Wageningen University & Research (WENR, DNA-analyses) en het CEwolf consortium (Centraal Europese wolvenpopulatie, internationale uitwisseling genetische data).




Update – Afrikaanse Varkenspest in Europa

 

 

 

 

888 wilde zwijnen met Afrikaanse varkenspest in Polen

In totaal zijn er in Polen dit jaar 888 wilde zwijnen gevonden of gedood die besmet waren met Afrikaanse varkenspest. Het is tot nu toe dit jaar wel gelukt om te voorkomen dat varkensbedrijven besmet zijn geraakt.

De besmette wilde zwijnen zijn in heel Polen gevonden. Ook vlak bij de grens met Duitsland worden nog steeds met Afrikaanse varkenspest besmette wilde zwijnen aangetroffen.

In Duitsland zelf zijn er volgens de tellingen van het Friedrich Loeffler Institut dit jaar 583 besmette wilde zwijnen ontdekt. Het grootste deel daarvan, namelijk 384, was in de zuidelijke deelstaat Saksen. Daar zijn 279 met Afrikaanse varkenspest besmette zwijnen gevonden in de regio Görlitz, 18 in Meissen en 87 in Bautzen.

De Duitse deelstaat Mecklenburg-Voorpommeren telt 11 besmette zwijnen dit jaar. De eerst getroffen deelstaat Brandenburg met de meeste besmette gebieden krijgt Afrikaanse varkenspest redelijk onder controle. Daar zijn 188 besmette zwijnen gevonden.

3.706 besmette zwijnen Duitsland

Sinds de eerste uitbraak op 9 september 2020 zijn er in Duitsland 3.706 besmette wilde zwijnen gevonden en werden 4 bedrijven getroffen door Afrikaanse varkenspest.

Italië

In Italië zijn 80 besmette wilde zwijnen ontdekt, waarvan 48 in de provincie Piëmont en 32 in Ligurië. Het hele besmette gebied is nog niet doorzocht, dus meer besmettingen zijn te verwachten.




Update Haas en Konijn op de Rode Lijst en de landelijke vrijstellingen

De landelijke vrijstelling en de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland hierover, dat de vos op onbevoegde wijze was opgenomen in de ministeriële regeling heeft gezorgd voor veel onrust en ook van willekeurige beslissingen door het opschorten van de in landelijke vrijstellingen genoemde diersoorten door verschillende provincies in Nederland.

In de provincies Gelderland, Utrecht, Noord Brabant en nu ook Zuid-Holland mag de vos niet beheerd mag worden op basis van de landelijke vrijstellingen. De provincies Drenthe en Groningen zijn nog een stap verder gegaan en hebben de bestrijding van alle soorten op de landelijke vrijstellingslijst op opgeschort. De overige provincies hebben de minister gevraagd omtrent meer duidelijkheid en hier kan dan ook uitvoering van de landelijke vrijstelling plaats vinden en/of er wordt er niet op gehandhaafd.

 

Procedure Raad van State

Inmiddels loopt er ook een procedure bij de Raad van State, de hoogste bestuursrechter, over de houdbaarheid van de landelijke vrijstelling door het hoger beroep van de provincie Utrecht. Zowel de NOJG als de Jagersvereniging volgen uiteraard beide zaken op de voet en merken dat er toch nogal wat vraagtekens zijn, daar de Raad van State juridisch de zaak geheel anders benaderd dan de rechtbank Midden-Nederland, waarbij door één van de rechters de uitspraak van de rechtbank Midden Nederland in twijfel werd getrokken. Wij vinden zoals ook in de brief aan de Minister is gevraagd om duidelijkheid te hierin te scheppen.

 

Kamervragen

De Tweede Kamerleden Roelof Bisschop (SGP) en Thom van Campen (VVD) hebben schriftelijke vragen gesteld aan de minister voor Natuur en Stikstof over het jachtbeleid naar aanleiding van de problemen door een rechterlijke uitspraak over de landelijke vrijstellingen, nieuwe inzichten in de hazenpopulaties en twijfels over de kwaliteit van de gebruikte data voor de Rode Lijst.    2022Z04623 (ingezonden 11 maart 2022)

De parlementariërs vragen de minister om recente publicaties te betrekken bij de nu lopende analyse van een studie naar wildsoorten. Hieruit blijkt dat vooral de hazenpopulaties veel groter zijn dan in eerdere onderzoeken werd aangenomen. Verder worden bij de vraagstelling over de kwaliteit van de data die zijn gebruikt voor de eind 2020 verschenen Rode Lijst, ook kanttekeningen geplaatst bij de keuze van 1950 als referentiejaar. SGP en VVD hebben de minister gevraagd of zij deze relevante nieuwe inzichten betrekt bij haar beleidsafwegingen.

Hoewel de minister heeft aangegeven dat de vragen van de Kamerleden niet tijdig te kunnen beantwoorden, deed zij enkele weken geleden in een persoonlijk gesprek met de Jagersvereniging, LTO, PFG en NOJG de toezegging de stakeholders te willen betrekken bij ambtelijke overleggen omtrent de actuele problematiek rond landelijke vrijstellingen en provinciale ontheffingen. De minister wil de tellingen van wildsoorten verbeteren en standaardiseren, waarbij ook nieuwe inzichten en moderne methodes, zoals warmtebeeldtellingen benut moeten worden.

 

WEnR-rapport

De Jagersvereniging heeft voor wetenschappelijke onderbouwing van de argumentatie een rapport laten opstellen door gerenommeerd bureau in Nederland. Wij wachten daarom ook op de uitkomsten van het WEnR-onderzoek en hopen dan ook zeer dat alle betrokken stakeholders  zoals de Jagersverenigingen, de Federatie Particulier Grondbezit en LTO Nederland ook hun zienswijze op dit rapport kunnen indienen en niet alleen binnen het Ministerie behandeld wordt.




CDA wil wolf-vrije gebieden

PERSBERICHT CDA

De problematiek rond de wolf wordt steeds ernstiger en daarom wil het CDA regulering van de wolf, aanpassing van beschermde status en nieuwe maatregelen. Afgelopen week zijn er weer drachtige schapen gedood en verscheurd door een wolf. Nu in de provincie Friesland. In andere provincies zijn al eerder veel schapen gedood en verscheurd. Het CDA wil dat de provincies gaan inzetten op wolf-vrije gebieden en betere bescherming van schapen en ander vee tegen de wolf. Dit moet meegenomen worden in de update van het wolvenplan van het Interprovinciaal Overleg (IPO).

Dit is een gezamenlijke oproep van CDA Statenleden, CDA gedeputeerden Henk Jumelet (Drenthe)  en Peter Drenth (Gelderland) en CDA Tweede Kamerlid Derk Boswijk. ,,Met name voor de schapenhouders is de situatie ernstig en is actie noodzakelijk. Momenteel leven er 15 tot 20 wolven in Nederland. De financiële schade bedraagt landelijk inmiddels al meer dan 75.000 Euro maar daarnaast is de angst en onzekerheid over behoud van de kuddes onder dierhouders in diverse provincies zeer groot, zegt Statenlid Willemien Koning.

De CDA woordvoerders roepen daarnaast minister Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof) op om bij de Eurocommissaris op EU niveau aan te dringen op extra maatregelen om de wolvenoverlast tegen te gaan. De bescherming van de wolf is geregeld in de habitatrichtlijn bij de EU. ,,Het niveau van bescherming van de wolf moet op Europees niveau minimaal 1 en liefst 2 tredes naar beneden. Als dat niet gebeurd komen ook N2000 doelstellingen in gevaar omdat die in diverse gebieden alleen behaald worden met begrazing door schapen,’’ aldus Tweede Kamerlid Derk Boswijk. Op maandag 28 februari  2022 behandelde de EU-commissie landbouw en plattelandsontwikkeling een resolutie over de bescherming van veehouderij en wolven in Europa. Daar heeft CDA-Europarlementariër Annie Schreijer-Pierik ook gepleit voor betere regulering van de wolf.

gedood schaap wolfIn 2018 heeft de wolf zijn herintrede gedaan in Nederland. Waar de wolven eerst nog in grotere natuurgebieden in Duitslands en midden Europa bleven, zwerven zij nu in veel provincies in Nederland rond. De gevolgen hiervan zijn merkbaar op het platteland waar de wolven vooral veel schapen toetakelen en lak hebben aan veiligheidsmaatregelen die veehouders  treffen.

De CDA-politici achten het niet mogelijk op dit moment om de wolf uit Nederland te verbannen maar willen zo spoedig mogelijk regulering met wolf-vrije gebieden om de situatie te verbeteren. ,,Het plaatsen van afrastering rondom de weides waar de schapen lopen, is op lange termijn geen afdoende optie omdat veel kuddes steeds verweid worden naar andere percelen en omdat de wolven over hoge hekken heen kunnen springen. Alle percelen afrasteren met hoge hekken is ook niet wenselijk omdat andere dieren zich dan ook niet meer kunnen verplaatsen, ‘’ zegt Arjan Tolkamp, Statenlid provincie Gelderland. ‘’Zolang er nog geen sprake is van wolf-vrije gebieden moet er echter wel voldoende vergoeding beschikbaar zijn voor het plaatsen van hekwerk, voor de arbeid die daarmee gemoeid is en voor het vergoeden van de schade.’’

Provinciale CDA woordvoerders

 

  • Groningen – Jesper Bergsma 06-18562201
  • Friesland – Attje Meekma – 06-23737233
  • Drenthe – Eline Vedder – 06-28487660
  • Overijssel – Jeroen Piksen – 06-22267257
  • Gelderland – Arjan Tolkamp – 06-13475262
  • Brabant – Tanja van de Ven – 06-10109908
  • Limburg – Ingrid Voncken – 06-51361005
  • Flevoland – Chris Schotman – 06-23988260
  • Zeeland – Anton Geluk – 06-22405212
  • Zuid-Holland – Jaco Kastelein – 06-13232775
  • Utrecht – Marije Stegenga – 06-44988544
  • Noord-Holland – Willemien Koning – 06-23121275



Honderden vogels met vogelgriep: ‘Het is nog nooit zo erg geweest’ in Zeeland

In de Zeeuwse delta bezwijken sinds enkele weken honderden vogels aan het vogelgriepvirus. Het is de hevigste uitbraak van vogelgriep tot nu toe. Medewerkers van de dierenambulance draaien overuren. Ze zeggen dat de situatie op dit moment extreem is.

 
Vogelgriep grijpt om zich heen, dierenambulance krijgt meerdere meldingen per dag.
De dierenambulance rukt dagelijks enkele keren uit. “We hebben nog nooit zoveel vogelgriepslachtoffers gehad. We krijgen meerdere meldingen per dag”, zegt coördinator Karina Wijnands van de dierenbescherming. “Zo erg heb ik het nog nooit meegemaakt.”

Zieke vogels krijgen een spuitje

In volle beschermende uitrusting halen medewerkers van de dierenambulance zieke vogels op. Als zij dode vogels tegenkomen, nemen zij die ook mee. Zieke vogels krijgen bij de dierenarts een spuitje. De dode vogels gaan naar de destructie of naar onderzoekers van het Dutch Wildlife Health Centre (DWHC) van de faculteit diergeneeskunde in Utrecht. Die laten de vogels in Lelystad bij het Wageningen Bioveterinary Research onderzoeken.
Woordvoerder Magriet Montizaan van het DWHC bevestigt het beeld. “Het is de ergste uitbraak ooit in Europa. Dat hebben we nog nooit zo meegemaakt.”
 
Vogelteller Pim Wolf: ‘Het slaat meteen op hun motoriek. Het is ongelofelijk zielig om te zien’ 
Projecten komt zieke vogels regelmatig tegen. “Het zijn totaal gedesoriënteerde beesten die niet meer rechtuit kunnen lopen of rechtuit kunnen zwemmen, maar voortdurend in rondjes bewegen. Het slaat meteen op hun motoriek. Het is ongelofelijk zielig om te zien.”

Vooral ganzen en roofvogels

De ziekte treft vooral ganzen en roofvogels, meldt de dierenambulance. “We hebben vorige week een buizerd opgehaald die op zijn rug vloog en neerstortte”, vertelt Karina Wijnands. “Bij de ganzen en zwanen zie je dat ze heel erg met hun kop schudden of rondjes zwemmen of lopen. Daar kunnen we het aan herkennen.”
 
 
     
Voor sommige soorten is vogelgriep een grote klap. “Voor brandganzen is het niet zo’n groot probleem, daar zijn er veel van. Maar voor kanoeten bijvoorbeeld, een kleine strandloper, die zijn erg gevoelig”, vertelt Wolf, “Als er daar tweeduizend van overlijden, dan heeft dat zeker effect. Die populatie is veel kleiner.”
De ziekte treft ook veel roofvogels zoals buizerds en valken. Die raken besmet door het eten van zieke vogels. “Dat leidt tot verliezen”, zegt Wolf. “Onder slechtvalken bijvoorbeeld. We zien nu een enorme afname van slechtvalken.”

Het is niet haalbaar om alle dode vogels te laten testen.

Margriet Montizaan, patholoog en dierenarts Universiteit Utrecht
Het is onduidelijk hoe groot de uitbraak van vogelgriep in Zeeland is in vergelijking met andere delen van het land. Een landelijk systeem van monitoring ontbreekt.
Wolf vermoedt dat vogelgriep in de noordelijke provincies en de Waddenzee heftiger toeslaat dan in Zeeland. “We hebben honderden dode brandganzen gevonden in het Haringvliet en ook op Schouwen-Duiveland in de Prunje, waar we vele tientallen dode beesten hebben gevonden. Maar op Walcheren kom je nauwelijks zieke beesten tegen.”

Niemand heeft goed zicht op de situatie

“Er is geen goed overzicht van de aantallen vogels die gestorven zijn”, zegt Magriet Montizaan, van het Dutch Wildlife Health Centre. Niet alle zieke vogels worden in Lelystad onderzocht of worden geregistreerd. “Het is belangrijk dat dode vogels op vogelgriep worden getest, maar het is niet haalbaar om alle dode vogels te laten testen. Het opruimen van dode vogels gebeurt grotendeels door gemeenten en dierenambulances. Er is nog geen landelijk systeem waar het melden voor onderzoek en het melden voor het opruimen van vogels goed op elkaar zijn afgestemd.”
De dierenbescherming kan het aantal meldingen van zieke vogels ternauwernood aan. “We komen al niet meer bij vogelopvangcentrum De Mikke,”, vertelt Mieke Wijnands “Nu gaan we meteen naar de destructiebak. Al die vogels worden niet meer onderzocht en worden niet meer geregistreerd. Dat is nu niet meer te doen.”
'Raak de vogels vooral niet aan en bel de dierenambulance' 

Het gevaar van vogelgriep wordt steeds urgenter gevoeld. Wilde vogels dragen vogelgriep nu jaarrond bij zich. Regelmatig worden in Nederland besmette pluimveebedrijven geruimd. Virologen waarschuwen al jaren voor het gevaar van het overspringen van vogelgriep op mensen.

'Vooral niet aanraken en schoenzolen ontsmetten'
Wat moet je doen als je een zieke vogel tegenkomt? “Vooral niet aanraken en de dierenambulance bellen”, zegt Wijnands. Voor pluimveebedrijven geldt op dit moment een ophokplicht. Mensen met kippen op hun erf of in de tuin wordt geadviseerd om de kippen in het hok te houden of af te schermen. Vogelgriep kan worden overgedragen door vogelpoep. “En heb je in de natuur gewandeld, dan zou je je schoenzolen kunnen ontsmetten.”



Meer nestsucces bij weidevogels door beheer steenmarters in Friesland

Steenmarter

 

Het beheer van steenmarters zorgde afgelopen seizoen in Friesland voor meer uitgekomen weidevogeleieren en overlevende kuikens. Dat blijkt uit verschillende onderzoeken en pilots binnen de provincie Friesland. Betrokken partijen evalueren dit jaar de pilots en de uitkomsten van de onderzoeken van de afgelopen jaren om de verdere koers van het steenmarterbeheer te bepalen. Provinciale Staten worden daar in de herfst van 2022 over geïnformeerd.

Het afgelopen jaar zijn bij wijze van pilot in 13 weidevogelgebieden steenmarters gevangen  In het gebied Soarremoarre is nu 4 jaar op rij te zien dat meer weidevogeleieren uitkomen als steenmarters verwijderd worden. In 2021 waren dat 14 steenmarters. Dat zorgde ervoor dat 37% meer weidevogeleieren uitkomen  ten opzichte van 2017, het jaar van de nulmeting.

De steenmarterpilot is verder uitgebreid naar de Workumerwaard, Skriezekrite Idzegea, Skrok & Skrins en Runom, Fjûrlannen, St. Johannesga, Lytse Deelen, Feanhoop, Janssenstichting, De Ontginning, Raard, Kollum en Zwagermieden. Hier werden vorig jaar 141 steenmarters gevangen. In 8 van de 12 gebieden zorgde dat voor een afname van predatie. Ongeveer 70% van de nesten kwam uit. In de andere 4 gebieden was die afname niet te zien. Dat kwam bijvoorbeeld doordat in verhouding meer vossen de nesten leeghaalden.

Met behulp van 3800 nestcamera’s is in 50 weidevogelgebieden het aandeel van de steenmarter bij het leeghalen van de nesten onderzocht. De afgelopen 4 jaar had de steenmarter over al die gebieden het grootste aandeel. In het zuiden en oosten van de provincie had de vos ook een behoorlijk aandeel. Verder werden zwarte kraai, bruine rat, huiskatten en kleine marters zoals hermelijn gezien.

Ook is onderzocht of kleine marters zoals hermelijn, wezel en bunzing meer nesten zouden leeghalen als er meer steenmarters gevangen zouden worden. De aanleiding was een verhoogde nestpredatie door deze soorten in 2020. Onderzoek wijst uit dat er geen direct verband is, maar dat het mogelijk door de vele muizen dat jaar kwam. Afgelopen jaar nam de nestpredatie door de kleine marters weer af.

Dit jaar vindt er ook steenmarterbeheer plaats bij Bolsward, Meamerter- en Wammerterpolder, Anjumerkolken, Tusken Wâld en Ie en de Haskerveenpolder. Daar zagen agrarisch collectieven afgelopen jaar op camera’s dat veel steenmarters de nesten leeghaalden en dat er een laag broedsucces was. In circa 20 andere weidevogelgebieden zullen collectieven dit weidevogelseizoen ook met nestcamera’s nesten in de gaten houden.

 

bron: Provincie Friesland, 15/03/2022



Wildbeheereenheid en Altenatuur samen voor minder maaislachtoffers

Wildbeheereenheid en Altenatuur samen voor minder maaislachtoffers

Wildbeheereenheid Land van Altena en natuurbeschermingsvereniging Altenatuur zetten zich gezamenlijk in om het aantal maaislachtoffers in Altena te verminderen. Dit jaar starten zij een gezamenlijk project om dieren en weidevogels te sparen onder de aandacht te brengen. Om het gebruik van de wildredder te promoten kunnen agrariërs en loonwerkers binnen de gemeente Altena zich aanmelden voor een gratis akoestische wildredder waarmee het aantal maaislachtoffers kan worden verminderd.

De akoestische wildredder verjaagd met behulp van geluid dieren die zich in de buurt van de machine begeven. Hierdoor kunnen deze dieren tijdig vluchten en worden jonge weidevogels en andere dieren gespaard van de maaimachine. Uit veldproeven blijkt dit type wildredder het aantal maaislachtoffers met circa 60% te verminderen. Naast het gebruik van de wildredder is vooral ook het maaien van binnen een perceel naar buiten van grote invloed op het beperken van maaislachtoffers.

Behalve de meerwaarde voor de natuur biedt het gebruik van de wildredder ook voordelen voor de agrariër. Zo zal het aantal dode dieren als gevolg van het maaien in de voeropslag verminderen, waardoor de kans op rot en botulisme in het voer afneemt. Ook broedvogels op oevers van sloten en vaarten worden gespaard. Deze oevers worden gemaaid door zowel agrariërs als door het waterschap. Dit nieuwe type wildredder kan gemakkelijk op de maaimachine worden geplaatst. Met behulp van een magneet wordt het apparaat op de maaier geplaatst waarna deze via een snoer eenvoudig kan worden aangesloten op de tractor.

Het project wordt ondersteunt door de gemeente Altena, Brabants Landschap, Waterschap Rivierenland en de Nationale Postcodeloterij. Door de financiële bijdrage van de partners kunnen de wildredders kosteloos worden aangeboden.

Geïnteresseerde agrariërs of loonwerkers kunnen zich aanmelden via de jager en/of weidevogelbeschermer die op hun gronden actief zijn. Voor meer informatie kan contact worden opgenomen via wildredder-altena@outlook.com.

De deelnemers ontvangen na hun aanmelding zo spoedig mogelijk de gratis akoestische wildredder, zolang de voorraad strekt.

 

Secretaris WBE ‘Land van Altena’  




Franse hartworm bij vos en wolf

Bron: DWHC

In 2021 heeft DWHC bij de helft van de tien onderzochte vossen een longontsteking vastgesteld die werd veroorzaakt door infectie met de Franse hartworm (Angiostrongylus vasorum). De ernst van de longontstekingen varieerde van mild tot zeer ernstig. Alle vijf vossen waren door trauma om het leven gekomen, meestal door het uit lijden verlossen vanwege de slechte conditie van de vos.
Ook bij twee van de vier in 2021 onderzochte wolven, werd een uitgebreide longontsteking door de Franse hartworm vastgesteld. Beide wolven waren door een verkeersongeval om het leven gekomen.

De Franse hartworm

De Franse hartworm is een parasitaire rondworm die bij gehouden en wilde hondachtigen voor longontstekingen kan zorgen. De Franse hartworm heeft een levenscyclus waarbij de hondachtigen de eindgastheren zijn en slakken (Gastropoda), zowel naaktslakken als huisjesslakken, de tussengastheren (Morgan & Shaw, 2010). Voor meer informatie zie https://dwhc.nl/ziekten/angiostrongylus-vasorum-franse-hartworm/.
Hieronder staan twee filmpjes van larven van Franse hartworm.

Bewegende larven die zijn verzameld met de Baermann methode uit verse vossenuitwerpselen:

Krioelende larven van Franse hartwormen in een vossenlong:

 

Het voorkomen in Nederland

Bij honden werd in 2007 voor het eerst een in Nederland opgelopen besmetting van de Franse hartworm vastgesteld (Van Doorn et al., 2009).

Bij een onderzoek op vossen die in de periode februari 1978 – mei 1979  langs de Duits-Nederlandse grens waren verzameld, werd geen Franse Hartworm gevonden (Borgsteede, 1984). De eerste bekende vondst van Franse hartworm bij vossen was door DWHC in 2010: in dat jaar waren van de 15 onderzochte vossen 13 dieren besmet met deze parasiet. Zeven van deze 13 dieren kwamen uit één gemeente (Zeewolde) en hadden allen een geringe longontsteking. Van de overige zes besmette vossen hadden drie dieren een longontsteking, waarvan twee een zeer ernstige.
Het RIVM en de Universiteit Utrecht vonden bij een steekproef tijdens een parasieten-onderzoek in 2010-2012 ook Franse hartworm. Bij een vervolgonderzoek in 2015 werd een prevalentie van 34 % gevonden (E.R. Nijsse, persoonlijke communicatie 17-01-2019).

Zoals te zien is in grafiek 1, is er jaarlijks een verschil in zowel het totaal aantal bij DWHC onderzochte vossen als het aandeel van vossen dat besmet is met de Franse hartworm. Op figuur 1 wordt de verspreiding over Nederland weergegeven van de bij DWHC onderzochte en de besmette vossen.

Grafiek met het aantal bij DWHC onderzochte vossen met Franse hartworm
Grafiek 1: het aantal bij DWHC onderzochte vossen met Franse hartworm
kaart met verspreiding van Franse hartworm (Angiostrongylus vasorum) bij vossen
Figuur 1: Verspreiding van bij DWHC onderzochte vossen en besmetting met Franse hartworm.

Vos is nu reservoir

Uit Zwitsers onderzoek(Gillis-Germitsch et al., 2020) blijkt dat vossen geen immuniteit opbouwen tegen de Franse hartworm. En als de vos opnieuw wordt besmet, neemt het aantal wormen (de wormenlast) toe. Met als gevolg dat niet alleen het aantal larven dat de vos uitscheidt toeneemt, maar dat deze ook continu worden uitgescheden.

In Zwitserland zag men in dertig jaar tijd een toename van 2,4 % naar 62% besmette vossen. In bepaalde regio’s verviervoudigde het aantal met Franse hartworm besmette vossen in 6-jaar tijd. Het Zwitsers onderzoek concludeert dat “dit de belangrijke rol van de vos als reservoir onderbouwt en verklaart de daarmee gepaard gaande toename van het aantal gevallen van Franse hartworm besmettingen bij honden rond de milleniumwisseling” (Gillis-Germitsch et al., 2020).

Honden

Foto: Margriet Montizaan

Honden kunnen zich besmetten door (delen van) slakken te eten. Dit kan ook onbedoeld gebeuren, bijvoorbeeld door het eten van gras of het spelen met/kauwen op takken en stokken, of graven en daarbij aarde binnenkrijgen. Bij een vroege besmetting zal de hond nog geen verschijnselen vertonen.
Als een hond regelmatig met de juiste medicijnen (macrocyclische lactonen) wordt ontwormd, kan een infectie de kop worden ingedrukt voordat het tot ernstige klachten leidt. Onbehandelde infecties kunnen ook bij de hond, net als bij deze vossen, tot ernstige longontsteking en uiteindelijk tot de dood leiden. De symptomen kunnen onder andere kortademigheid, hoesten, versnelde ademhaling, hijgen, etc. zijn. Onderzoek door een dierenarts is dan nodig om de juiste diagnose te stellen, de symptomen komen nl ook bij andere ziekten voor, en gepaste therapie in te zetten. Meer informatie over de Franse hartworm is te vinden op https://www.esccap.eu/uploads/docs/ucpeabnu_1.4_Franse_hartworm_Angiostrongylus_vasorum.pdf

Met het vochtige weer van de zomer en herfst in 2021, waren de weersomstandigheden gunstig voor de slakkenpopulatie. Dit zou er toe kunnen leiden dat er nu meer honden besmet zijn of worden. Vandaar dat alertheid geboden is. Het is raadzaam om honden die de kans lopen op het binnen krijgen van een slak, regelmatig te ontwormen. Voor meer informatie over wormbestrijding bij honden is te vinden in de ESCCAP Richtlijn 01 Wormbestrijding bij hond en kat (European Scientific Counsel Companion Animal Parasites (ESCCAP), 2021)

Referentielijst

Borgsteede F.H. (1984) Helminth parasites of wild foxes (Vulpes vulpes L.) in The Netherlands. Z Parasitenkd 70(3):281–285.

European Scientific Counsel Companion Animal Parasites, 2020. Modulaire Richtlijnen 1 Tweede Druk. 1.4: Franse hartworm (Angiostrongylus vasorum). Geraadpleegd op 26 maart 2022.  ucpeabnu_1.4_Franse_hartworm_Angiostrongylus_vasorum.pdf (esccap.eu)

European Scientific Counsel Companion Animal Parasites, 2021. Wormbestrijding bij hond en kat. ESCCAP Richtlijn 01 Zesde Druk – Mei 2021. Geraadpleegd op 7 maart 2022.

Gillis-Germitsch N., Tritten L., Hegglin D., Deplazes P., & Schnyder M. (2020). Conquering Switzerland: the emergence of Angiostrongylus vasorum in foxes over three decades and its rapid regional increase in prevalence contrast with the stable occurrence of lungworms. Parasitology. Sep;147(10):1071-1079. doi: 10.1017/S0031182020000700. Epub 2020 May 6. PMID: 32372743.

Franssen, F.,  Nijsse, R., Mulder, J., Cremers, H., Dam, C., Takumi, K., & van der Giessen, J. (2014). Increase in number of helminth species from Dutch red foxes over a 35-year period. Parasites Vectors 7, 166. doi.org/10.1186/1756-3305-7-166

Morgan E.R. & Shaw, S. (2010). Angiostrongylus vasorum infection in dogs: continuing spread and developments in diagnosis and treatment. Journal of Small Animal Practice 51, 616-621.

Van Doorn D.C., van de Sande A.H., Nijsse E.R., Eysker M., & Ploeger H.W. (2009). Autochthonous Angiostrongylus vasorum infection in dogs in The Netherlands. Vet Parasitol. 162,163–166. doi: 10.1016/j.vetpar.2009.02.019




Provincie Utrecht in hoger beroep tegen uitspraken over ontheffingen schadebestrijding vos etc.

 

Het provinciebestuur van Utrecht gaat in hoger beroep tegen rechterlijke uitspraken over ontheffingen voor schadebestrijding. De provincie wil van de Raad van State definitieve duidelijkheid over de wijze waarop ontheffingsaanvragen voor schadebestrijding beoordeeld moeten worden.

Om belangrijke schade aan onder andere weidevogels, vee en landbouwgewassen te voorkomen, heeft de Faunabeheereenheid Utrecht verschillende ontheffingen gekregen om diersoorten te beheren. Enkele dierenbeschermingsorganisaties hebben hiertegen bezwaar gemaakt en vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank Midden-Nederland. De rechter heeft deze beroepen gegrond verklaard. Hierdoor kunnen de ontheffingen voor vossen, wilde zwijnen en knobbelzwanen niet meer worden gebruikt.

Verstrekkende gevolgen

De uitspraken hebben verstrekkende gevolgen onder andere voor het gebruik van de landelijke vrijstelling, het provinciale nulstandbeleid voor wilde zwijnen en de wijze waarop moet worden beoordeeld wanneer er sprake is van belangrijke schade.

Duidelijkheid over aanvraag van ontheffingen

Door de uitspraak te toetsen bij een hogere rechter, hoopt de provincie definitieve duidelijkheid te krijgen over de wijze waarop ontheffingsaanvragen voor schadebestrijding beoordeeld dienen te worden.

De rechter heeft vorige maand de door de provincie aan de Faunabeheereenheid Utrecht verleende ontheffing voor het afschieten van vossen, zwanen en zwijnen gegrond verklaard. Dit betekende dat de ontheffingen met onmiddellijke ingang werden vernietigd en dat er geen vossen, zwanen en zwijnen meer ogen worden geschoten ter bestrijding van schade. De rechtszaak was aangespannen door diverse dierenorganisaties.

De Faunabeheereenheid Utrecht had al jaren diverse ontheffingen van de provincie om bepaalde diersoorten die schade veroorzaken te bestrijden. Het reguleren van dieren zoals vos, knobbelzwanen en wilde zwijnen geldt als middel om schade aan bijvoorbeeld de weidevogelstand, vee en landbouwgewassen binnen de perken te houden.

Vossen worden gezien als gevaar voor het voortbestaan van weidevogels als grutto en tureluur, omdat de roofdieren veel kuikens doden. Knobbelzwanen zijn niet populair bij boeren omdat ze grasland beschadigen. Wilde zwijnen komen in de provincie Utrecht nog niet voor, maar Utrecht hanteerde tot nu toe de nulstand, wat betekent, dat de wilde zwijnen die vanaf de Veluwe naar de Utrechtse Heuvelrug trekken gedood mag worden.

Er worden in de provincie Utrecht jaarlijks zo’n 700 vossen geschoten en plus minus 800 knobbelzwanen.  Wilde zwijnen komen in Utrecht nog niet voor.

bron: Provincie Utrecht




Vragen SGP en VVD aan de minister voor Natuur en Stikstof over het jachtbeleid.

2 hazen bijeen

De Tweede Kamerleden Roelof Bisschop (SGP) en Thom van Campen (VVD) hebben schriftelijke vragen gesteld aan de minister voor Natuur en Stikstof over het jachtbeleid naar aanleiding van de problemen door een rechterlijke uitspraak over de landelijke vrijstellingen, nieuwe inzichten in de hazenpopulaties en twijfels over de kwaliteit van de gebruikte data voor de Rode Lijst.

2022Z04623 (ingezonden 11 maart 2022)

  1. Heeft u kennisgenomen van de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland over de landelijke vrijstelling van de jacht op de vos? 1)
  2. Hoe waardeert u het onverbindend verklaren van de vrijstelling voor de jacht op de vos, een belangrijke predator van weidevogels, in de Regeling natuurbescherming in verband met de blijkbaar gebrekkige aansluiting op de bepaling in de Wet natuurbescherming (artikel 3.15)?
  3. Bent u voornemens op zeer korte termijn in overleg te treden met provincies over de aanpak naar aanleiding van deze uitspraak?
  4. Bent u voornemens op zeer korte termijn ervoor te zorgen dat onderhavige vrijstelling en andere vergelijkbare vrijstellingen juridisch goed geregeld worden en dat provincies hierop kunnen anticiperen, zodat het komende broedseizoen predatoren van weide- en akkervogels bejaagd kunnen blijven worden?
  5. Heeft u kennisgenomen van het onderzoek van Bureau Waardenburg en de Jagersvereniging op basis van warmtebeeldtellingen dat erop wijst dat de populatieomvang van haas, konijn en ree wordt onderschat, omdat zoogdieren steeds meer in de nachtelijke uren actief zijn terwijl reguliere tellingen overdag plaatsvinden? 2)
  6. Hoe waardeert u de analyse dat sprake is van onderschatting van de wildstand omdat de tellingen die ten grondslag liggen aan de Rode Lijst vooral gebaseerd zijn op tellingen overdag?
  7. Deelt u de analyse dat onder meer hazen in de loop van de tijd door externe factoren als toenemende menselijke activiteiten en toenemende predatie steeds meer in de nacht in plaats
    van overdag actief zijn?
  8. Worden de uitkomsten van het genoemde onderzoek betrokken bij het onderzoek naar de staat van instandhouding van wildsoorten door Wageningen Environmental Research en de beleidsreactie daarop?
  9. Hoe waardeert u de inschatting van het Dutch Wildlife Health Centre op basis van Duits onderzoek dat de hazenpopulatie (ook) in Nederland de afgelopen drie jaar met een kwart is toegenomen? 3)
  10. Wordt de genoemde analyse eveneens betrokken bij het onderzoek naar de staat van instandhouding van wildsoorten door Wageningen Environmental Research en de beleidsreactie daarop?
  11. Zijn de cijfers en inzichten van faunabeheereenheden, die de wettelijke taak hebben om gegevens over wildpopulaties te verzamelen, integraal betrokken bij het genoemde onderzoek van Wageningen Environmental Research? Zo niet, gaat u ervoor zorgen dat dit alsnog gebeurt dan wel dat deze gegevens betrokken worden in het vervolgtraject?
  12. Deelt u de mening dat het hanteren van 1950 als referentiejaar voor de Rode Lijst geen goed beeld geeft, omdat destijds geen sprake was van structurele, landsdekkende monitoringsprogramma’s en ook van ander landgebruik?
  13. Gaat het bij de cijfers die zijn gebruikt voor de periode 1950-1980 om landsdekkende dan wel voor het hele land representatieve cijfers?
  14. Welke referentiejaren voor de beoordeling van de staat van instandhouding van wildsoorten hanteren omliggende landen?
  15. Gaat u in overleg met alle betrokken partijen die tellingen uitvoeren en/of wettelijk vastgestelde taken in het jachtdomein uitvoeren over de wijze waarop tellingen uitgevoerd worden en de uniformering daarvan en over de duiding van genoemde onderzoeken met betrekking tot de staat van instandhouding van wildsoorten alvorens maatregelen te nemen?
  16. Bent u bereid deze vragen te beantwoorden voor het tweeminutendebat Natuur?

1) Rechtbank Midden-Nederland, 22 februari 2022, Zaaknummer UTR 21/1854 en UTR 21/2143 (ECLI:NL:RBMNE:2022:552, Rechtbank Midden-Nederland, UTR 21/1854 en UTR 21/2143 (rechtspraak.nl))
2) Website Nederlandse Jagersvereniging, 4 maart 2022, ‘Warmtebeeldtellingen: een verschil van dag en nacht’ (https://www.jagersvereniging.nl/nieuws/persbericht-warmtebeeldtellingen-eenverschil- van-dag-en-nacht/)
3) Website Nederlandse Jagersvereniging, 21 februari 2022, ‘Hazenpopulatie toont zich veerkrachtig’ (https://www.jagersvereniging.nl/nieuws/persbericht-onderzoek-duidt-op-25-groeihazenpopulatie/)




Analyse dag-/nachttellingen Haas, konijn en ree

De Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging heeft een onderzoek uitgevoerd waarbij de telmethodiek van de wildsoorten haas, konijn en ree onder het licht is gehouden. Er werd specifiek gekeken naar de invloed van de telmethode (verrekijker vs. warmtebeeldcamera) en de tijd van tellen (ochtend-, avond- en nachtronde) op het aantal waarnemingen. Uit deze gegevens is gebleken dat er voor alle drie de soorten meer dieren werden geteld als er warmtebeeldcamera’s werden gebruikt. Voor haas was dit verschil bijna dubbel zo groot, bij ree en konijn was dit minder groot. Het tijdstip van de telrondes heeft ook uitgemaakt voor het aantal getelde dieren. In de nachtrondes zijn er namelijk meer hazen en reeën geteld dan in de ochtend- en avondrondes. Voor het aantal getelde konijnen maakte het tijdstip niet uit. Zie hieronder het onderzoeksrapport van Bureau Waardenburg, dat in opdracht van de Jagersvereniging is onderzocht.


Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab




Update berichtgeving wildlijst en vrijstellingenlijst: Stakeholders sturen brief naar minister

Onduidelijkheid rondom de vrijstellingenlijst en het nog altijd niet openbaar gemaakte onderzoek van de Wageningen University and Research (WUR) naar de soorten op de wildlijst hielden ook afgelopen week de gemoederen weer bezig. De Jagersvereniging stuurde samen met de NOJG, FPG en LTO een brief naar minister Van der Wal. De kernboodschap: het beperken van een jachtseizoen is niet alleen ineffectief, maar levert zelfs averechts effect op ten aanzien van populaties en faunabeheer in brede zin.

In de discussies die op dit moment spelen, komen verschillende problemen rond het faunabeheer in Nederland bij elkaar. De afgelopen week heeft de Jagersvereniging wederom vele gesprekken gevoerd met ambtenaren en overheden. Hierbij is telkens aangehaald dat de studies die op dit moment op tafel liggen, niet zijn gebaseerd op betrouwbare telgegevens.

Onderzoek dag- en nachttellingen

Vandaag zijn ook de onderzoeksresultaten van het dag- en nachttellingenonderzoek van de Jagersvereniging in samenwerking met Bureau Waardenburg bekendgemaakt. Uit het onderzoek blijkt dat er met name bij haas en ree, ’s nachts veel meer dieren worden geteld met de nachtkijker, dan overdag met een verrekijker. Dit onderzoek bevestigt opnieuw het belang van het gebruik van betrouwbare data. Deze data ontbreekt in de onderzoeken die het ministerie op dit moment raadpleegt. De Jagersverenigingen zijn van mening dat deze onderzoeken geen betrouwbare basis zijn voor besluitvorming. De Jagersverenigingen pleiten voor nader onderzoek en bieden hulp aan bij het ontwikkelen van betrouwbare telprotocollen.

Kritische kanttekeningen

De rechter van de rechtbank Midden-Nederland die onlangs oordeelde dat er een ontoereikende grondslag zou zijn voor de landelijke vrijstellingslijst in de vorm van een Ministeriële regeling, heeft met deze bewering veel onrust veroorzaakt. Terwijl alle ogen gericht zijn op de minister die geacht wordt deze uitspraak te duiden, wordt in de  provincies verschillend gereageerd op deze uitspraak met de nodige verschillen en onduidelijkheid per provincie als gevolg. Na de provincies Utrecht en Gelderland die al eerder aangegeven hebben dat de vos niet beheerd mag worden, heeft ook de FBE Noord-Brabant de jagers geadviseerd om geen uitvoering te geven aan het beheer van de vos op basis van de landelijke vrijstelling. De Provincie Flevoland heeft aangegeven niet handhavend op te treden.

De provincie Friesland, dat in eerste instantie de jacht op de vos ook had stilgelegd, heeft dit besluit inmiddels weer teruggedraaid. In een brief van de FBE Friesland aan de jachtaktehouders in Friesland valt te lezen: “Na overleg met andere provincies en het grondig bestuderen van de uitspraak is besloten dat het bejagen van vossen toch weer doorgang kan vinden. Dit tot eventueel nader bericht van LNV (…) Dit betekent dat u tot nader order de vos weer overdag in de gehele provincie – en indien u daarvoor een machtiging heeft – ’s nachts onder ontheffing kan bejagen.”

De provincie Drenthe spant wel de kroon. Deze provincie liet weten de bestrijding van alle soorten op de vrijstellingslijst op te schorten. Gelukkig zijn de overige provincies terughoudend en wachten (naar onze mening terecht) de nadere duiding van de minister af. De ontheffingen en verstrekte WnB-opdracht bleven wel van kracht.

De Jagersverenigingen plaatsen enkele kritische kanttekeningen bij de uitspraak van de rechtbank over de vrijstellingslijst. De Wet, het Besluit en de Regeling natuurbescherming bieden in principe namelijk wel degelijk een (toereikende) grondslag voor de landelijke vrijstelling van de vos in de vorm van een Ministeriële regeling. Echter, die regelgeving blinkt niet uit in duidelijkheid. De Jagersverenigingen zijn van mening dat de minister aan zet is om de uitspraak eerst te duiden en vraagt de provincies terughoudend te zijn bij het opleggen van beperkingen.

Evenwichtige balans

Het stop zetten of beperken van predatorenbeheer heeft een desastreuze impact op het voortbestaan van kwetsbare diersoorten, zoals weidevogels en hamsters. Samen met andere stakeholders uit het veld, onderstreept de Jagersvereniging continu de noodzaak van faunabeheer bij de nieuwe regering in Den Haag en bij de provincies.

Daarnaast zal de Jagersvereniging de komende tijd de uitkomsten van het onderzoek ‘Dag- en nachttellingen’ van de Jagersvereniging in samenwerking met Bureau Waardenburg actief onder de aandacht brengen bij pers en politiek.




Goudjakhals nu ook gespot in Friesland.

GoudjakhalsOp 12 februari is in gemeente Friese Meren een goudjakhals gesignaleerd. Het is de zevende keer dat een goudjakhals wordt waargenomen in Nederland. Eerder was dit het geval in Gelderland, Drenthe, Groningen en Utrecht. Voor zover bekend betreft dit de eerste waarneming van een goudjakhals in Friesland.

De goudjakhals is een beschermde hondachtige die vooral jaagt op muizen. Er is in Nederland nog geen beleid ontwikkeld rondom de goudjakhals. Qua grootte zit het dier tussen een vos en een wolf in. Goudjakhalzen blijven bij wolven uit de buurt, want die zien de dieren als een concurrent en doden ze daarom. Goudjakhalzen zijn allesetende opportunisten en past dus zijn voedsel aan aan wat hij tegenkomt,zoals alle knaagdieren, jonge vogels, eieren etc., maar ook wel bessen en fruit en afval. Ook jaagt het dier wel op ruiende ganzen jagen. Kan echter ook zoals gebleken is schapen, reekalveren doden, het is een soort die meer overeenkomst toont met coyotes en wolven. De goudjakhals kan langere tijd zonder water.

Zijn hol ligt vaak op open vlakten, verscholen tussen de begroeiing. Het is zelfgegraven of een vergroot verlaten hol. In de schemering en de nacht verlaat hij zijn hol om te gaan jagen

 

bron: Zoogdiervereniging, 28/02/2022



Jagersverenigingen bundelen krachten met betrokken partijen voor het faunabeheer in Nederland

Bron: Jagersvereniging

Faunabeheer verdient prioriteit en zorgvuldigheid minister

Met de recente commotie rondom landelijke vrijstellingen en ontheffingen, de eerder al ontstane omstreden aanmerking ‘gevoelig’ van haas en konijn op de Rode Lijst en een daaruit voortvloeiende Kamermotie, komen verschillende fundamentele vraagstukken rond het faunabeheer in Nederland bij elkaar. Daarbij komt nog het door de minister aangekondigde en binnenkort te verwachten onderzoek van de Wageningen University and Research (WUR) naar de staat van instandhouding van de vijf wildsoorten. De Jagersvereniging werkt voortdurend en intensief aan deze dossiers en zet dit ook kracht bij in samenwerking met gelijkgestemde partijen als FPG, NOJG en LTO Nederland.

De afgelopen weken heeft de Jagersvereniging al verschillende gesprekken gevoerd met betrokken ambtenaren op verschillende (overheids)niveaus, als het gaat om de staat van instandhouding van wildsoorten. Voor zover populaties zouden afnemen, wijzen onderzoeken herhaaldelijk uit dat de oorzaak niet wordt gevonden in jacht. Verbeteringen moeten daarom ook niet worden gezocht in beperking daarvan.

Integendeel, een dergelijk wegnemen van (wettelijk vastgelegde) verantwoordelijkheid en vertrouwen zou bepaald geen stimulerende werking hebben op het vele werk dat jagers (vrijwillig) verrichten rond biotoopverbetering, bescherming, tellingen, beperken van schade aan landbouw en infra, verkeersveiligheid en rond (signalering en voorkomen van) dierziekten.

Vanzelfsprekend willen de jagers hun kennis en kunde wel inzetten om de positie van de haas en andere soorten op de wildlijst te verbeteren. Dit is immers ook hun plicht, zoals vastgelegd in de Wet natuurbescherming. Dit gaat hand in hand met het belang bij gezonde wildstanden in de velden waar jagers zorg voor dragen. Onder meer deze feiten en argumenten brengen wij consequent en proactief in. Daarbij benadrukken wij ook de samenhang die bestaat tussen nut en noodzaak en hoe faunabeheer is georganiseerd.

Vrijstelling van de vos
De uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland die er afgelopen vrijdag voor heeft gezorgd dat de jacht op vossen in de provincie Utrecht op dit moment in zijn geheel niet is toegestaan, zorgt voor veel onrust. De Jagersvereniging plaatst enkele kritische kanttekeningen bij de uitspraak van de rechtbank. De Wet, het Besluit en de Regeling natuurbescherming bieden in principe namelijk wel degelijk een (toereikende) grondslag voor de landelijke vrijstelling van de vos in de vorm van een Ministeriële regeling. Echter, die regelgeving blinkt niet uit in duidelijkheid.

De Jagersverenigingen zijn van mening dat de minister aan zet is om de uitspraak eerst te duiden en vraagt de provincies terughoudend te zijn bij het opleggen van beperkingen. Niettemin hebben naast Utrecht ook Friesland en Gelderland in hun provincie de jacht op de vos stilgelegd. FBE Noord-Brabant adviseert haar leden geen uitvoering te geven aan de landelijke vrijstelling vos, totdat de minister duidelijkheid heeft verstrekt over de rechtszekerheid van deze uitvoering. Vanzelfsprekend heeft de Jagersvereniging ook op dit punt aan de bel getrokken bij het ministerie.

Aangezien het Faunabeheerplan in (onder meer) Utrecht niet alleen op punt van de vos is aangevochten door dierenactivisten, maar vrijwel op alle onderdelen, worden er ook en met wisselende uitkomsten rechterlijke uitspraken gedaan omtrent knobbelzwanen, zwijnen en reeën. De Jagersverenigingen zijn formeel geen partij in dergelijke processen tegen de provincie, maar uiteraard houden we u zo goed mogelijk op de hoogte. Houdt u hiertoe ook de berichtgeving van FBE’s en WBE’s goed in de gaten.

Evenwichtige balans
Het stop zetten of beperken van predatorenbeheer heeft een desastreuze impact op het voortbestaan van kwetsbare diersoorten, zoals weidevogels en hamsters. Samen met LTO, FPG en andere stakeholders uit het veld, wil de Jagersvereniging de noodzaak van faunabeheer in Den Haag en bij de provincies onderstrepen. Het uitkeren van forse schadevergoedingen en jagers beperken in het uitvoeren van hun plicht, helpen niet om een evenwichtige balans in het Nederlands natuurlandschap te creëren.

Naast actieve belangenbehartiging om diverse ambtelijke niveaus, zorgt de Jagersvereniging daarnaast voor wetenschappelijke onderbouwing van de argumentatie. Onderdeel daarvan is de uitdrukkelijke wens om een betrouwbare telmethode voor de haas en andere diersoorten te hanteren; passend bij de soort. Voor de haas betekent dit dat nachtzichttellingen onontbeerlijk zijn om te komen tot een betrouwbaar telresultaat. Het onderzoek ‘Dag- en nachttellingen’ van de Jagersvereniging, laat duidelijk zien dat hazen van dag actieve zoogdieren, steeds meer nachtactief lijken te zijn geworden. De Jagersvereniging zal de uitkomsten van dit onderzoek breed onder de aandacht brengen bij pers en politiek.