Intrekken van vrijstellingen voor konijn, kauw en houtduif vergt meer tijd


In oktober 2023 heeft de Tweede Kamer een motie aangenomen waarin de regering wordt gevraagd om per direct die soorten die in hun voortbestaan worden bedreigd van de landelijke vrijstellingslijst af te halen. Het betreft onder meer de vrijstelling voor konijn, kauw en houtduif. Minister Van der Wal voor Natuur en Stikstof meldt dat ze uitvoering gaat geven de motie, maar dat de uitvoering ervan wat complexer is dan was voorzien.

In januari is in gesprekken met de provincies en andere partijen gebleken dat aan het intrekken van de vrijstellingen meer haken en ogen zitten dan eerder gedacht. Aanpassing van de landelijke vrijstellingslijst heeft consequenties die op dit moment nog niet goed kunnen worden overzien. De vrijgestelde soorten brengen schade toe op diverse terreinen, waaronder aan landbouwgewassen en infrastructuur. Het intrekken van de vrijstellingen beperkt de mogelijkheden om deze schade te voorkomen.

Voor provincies zal het intrekken van vrijstellingen financiële consequenties hebben, die nu in beeld worden gebracht. Van der Wal is op dit moment nog met provincies en belanghebbende partijen in gesprek over wat nodig is om uitvoering te geven aan de motie. Half april start een ambtelijk overleg met de provincies, waarbij wordt gekeken naar de eventuele noodzaak en mogelijkheden om ook zonder landelijke vrijstellingen schade te kunnen blijven voorkomen, het dekken van eventueel te maken kosten en de termijn waarop besluitvorming over het aanpassen van de vrijstellingslijst mogelijk is.

De minister heeft tevens besloten een traject te starten om het huidige systeem van faunabeheer tegen het licht te houden. Daarbij streeft ze naar een begrijpelijk stelsel met duidelijk perspectief voor het faunabeheer op de lange termijn. Hierbij betrekt Van der Wal naast de provincies ook natuurorganisaties, landbouworganisaties, terreinbeheerders, dierenwelzijnsorganisaties en jagersorganisaties. Ze wil daarbij ook bekijken in hoeverre de motie over de vrijstellingslijst beter kan worden uitgevoerd vooruitlopend op het traject van de stelselwijziging of in combinatie met dat traject.

bron: Ministerie van LNV, 05/04/2024






Overgang  naar zomertijd gevaarlijk voor mens en dier

In de nacht van 30 tot 31. Maart 2024 worden de horloges omgezet naar de zomertijd, dan is het belangrijk om extra alert te zijn op de weg, vooral in de schemering wanneer wilde dieren actiever zijn.

De overgang van donker naar licht kan leiden tot meer aanrijdingen met dieren zoals reeën, wilde zwijnen, vossen en andere wilde dieren. Deze dieren zijn niet gewend aan de verandering in onze rijtijden en kunnen daardoor onverwachts de weg oversteken.

Ongevallen met wilde dieren kunnen in het ergste geval fataal zijn en jaarlijks veel schade aan eigendommen veroorzaken.

Bovendien zijn chauffeurs potentieel onoplettend, velen veroorzaken slaap in het “verdwenen” uur van de slaap. Zelfs een licht verlaagde reactiesnelheid verlengt echter de reactiesnelheid aanzienlijk.

Om ongelukken te voorkomen, is het verstandig om je snelheid aan te passen, meer afstand te houden en alert te zijn op mogelijke risico’s. Denk eraan dat een botsing met een dier niet alleen rampzalig is voor het dier, maar ook levensgevaarlijk kan zijn voor jou als automobilist.

Wees voorzichtig en probeer uitwijken te vermijden, aangezien dit vaak leidt tot ernstige ongelukken. Laten we samen zorgen voor de veiligheid van zowel de dieren als onszelf op de weg.

De NOJG beveelt aan, vooral voorzichtig en vooruit-waarnemend gericht te rijden.

  • Waar bos is, is ook wild: vooral ’s avonds en in de vroege ochtenduren op landwegen met veel vegetatie langs de kant van de weg: om voet van het gas te zijn en altijd klaar te zijn voor het remmen.
  • Een ree en zeker een hert komt zelden alleen: als je dieren langs de weg ontdekt, moet je verwachten daar er ook andere dieren van een sprong of roedel onderweg zijn.
  • Bovendien moet men zich niet in valse veiligheid wanen door bijvoorbeeld het gedrag van herten. Zelfs als het dier zogenaamd de auto heeft opgemerkt, is het geen garantie dat hij niet voor de auto springt.
  • Toeteren en uitschakelen van het groot licht kan het dier verjagen, terwijl hierbij juist risicovolle ontwijkende manoeuvres moeten worden vermeden.



Ook forse toename van de wilde zwijnen in Belgisch Limburg

Het aantal wilde zwijnen in Belgisch-Limburg en de aangrenzende Nederlandse provincies Noord-Brabant en Limburg neemt fors toe, zo blijkt uit de jaarlijkse afschotcijfers. In Limburg werden afgelopen jaar ruim 2.700 dieren afgeschoten, wat een stijging van 25 procent betekent.

Vanuit België rukken deze dieren ook steeds meer op naar onze zuidelijke provincies. Sinds 2006 maakt het wilde zwijn een comeback in Vlaanderen, vooral in de provincie Limburg. Hoewel het aantal wilde zwijnen op Vlaams grondgebied niet precies bekend is, groeit de populatie gestaag en verspreidt deze zich verder. In Belgisch Limburg, grenzend aan de Nederlandse provincies, bevinden zich de meeste everzwijnen. Ze worden zelfs steeds vaker gezien in stedelijke gebieden.

Om schade aan woonwijken en landbouw te minimaliseren, biedt de gemeente Genk jachtrechten voor ruim 600ha bossen om het wilde zwijnenbestand terug te dringen. De grootste populatie wilde zwijnen bevindt zich in de provincie Limburg, wat ook te zien is in de afschotcijfers. In 2023 werden 2.719 dieren afgeschoten, een stijging van 25 procent ten opzichte van het voorgaande jaar.

De Voerstreek, grenzend aan Nederlands Zuid-Limburg, is een gebied waar ook veel wilde zwijnen zich ophouden en de grens oversteken naar het Heuvelland. Belgisch Noord-Limburg grenst aan varkensintensieve gebieden in Brabant en Limburg. De jaarlijkse monitoring van het afschot laat een stijgende trend zien, met een opvallende piek in 2021. Mogelijke verklaringen hiervoor zijn een inhaalbeweging na de coronapandemie of omgevingsfactoren zoals klimaat en voedselbeschikbaarheid die de groei stimuleren.




Nationale reeënsurveillance 2024

 

Het onderzoek naar teken-encefalitisvirus wordt in 2024 herhaald door het RIVM en het DWHC. Dit virus is een zoönose (https://www.rivm.nl/tekenencefalitis) wordt door teken op mensen overgedragen en komt niet gelijkmatig verdeeld over een groot gebied voor, maar kleinschalig in haarden. Reeën spelen een belangrijke rol bij het vinden van deze haarden vanwege hun eigenschappen.

Voor dit onderzoek worden geen reeën speciaal geschoten, maar wordt materiaal verzameld van reeën die in het kader van beheer worden geschoten of verkeersslachtoffer zijn. Door nu reeënbloed te onderzoeken op de aanwezigheid van afweerstoffen tegen het teken-encefalitisvirus, komt er meer duidelijkheid over de gebieden waar met teken-encefalitisvirus besmette teken zich bevinden. Per WBE worden ca 5 monsters verzameld. De bloedmonsters worden bij het DWHC verwerkt en bij het RIVM getest. Het overgebleven materiaal wordt zorgvuldig bewaard voor mogelijk toekomstig onderzoek naar andere ziekteverwekkers.

Het onderzoek loopt tot eind 2024 en de Nederlandse jagersverenigingen zijn geïnformeerd over dit initiatief.

Voor de faunabeheerders en valwildcoördinatoren: zie hier de instructiefilm voor het nemen van de bloedmonsters.

Afkortingen

DWHC: Dutch Wildlife Health Centre
FSME:  Frühsommer-Meningoenzephalitis
RIVM:   Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
TBE:    Tekenbeet encefalitis (NL tekst); Tick Borne Encephalitis (EN tekst)

Meer informatie:

over teken-encefalitis bij de mens: RIVM: Teken-encefalitis

DWHC berichten over teken-encefalitis: https://dwhc.nl/ziekten/teken-encefalitis/

Banner reeën: © Bas Worm




Nieuwsbrief NOJG

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab




Op 27 febr 2024 heeft het Europees Parlement voor de herstelwet gestemd

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download




NOJG wacht af, na stevig gesprek met Ministerie

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download [26.98 KB]




Vrijstelling van jacht op konijn houtduif en kauw mogelijk ingetrokken




Zuid-Hollands faunabeheerplan vos 2024-2031 goedgekeurd

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben het faunabeheerplan vos Zuid-Holland 2024 -2031, zoals dat is vastgesteld door het  bestuur van de Faunabeheereenheid Zuid-Holland, op grond van de Wet natuurbescherming goedgekeurd. In het faunabeheerplan wordt een planmatig en duurzaam beheer van de vos in de provincie Zuid-Holland beschreven. 

 

Het nieuwe faunabeheerplan vos Zuid-Holland 2024 -2031 is geheel in lijn met het recent vastgestelde soortenbeleid en het geeft uitwerking aan het actiepunt over predatie zoals genoemd in het Zuid-Hollandse Actieplan Boerenlandvogels. Ook geeft het plan uitvoering aan een aangenomen motie in de Provinciale Staten van Zuid-Holland over maatwerk bij weidevogelbescherming.

Het voorliggende Faunabeheerplan vos Zuid-Holland 2024 – 2031 is dan ook een beschrijving en onderbouwing van het voorgenomen vossenbeheer in Zuid-Holland in de periode 2024 – 2031.

Het omvat een uitwerking van het in 2023 vastgestelde provinciale soortenbeleid en dan met name van de maatregel “Voorkomen dan wel beperken van de predatie ter bescherming van kwetsbare soorten waaronder grondbroedende vogels”. Het sluit tevens aan bij het Actieplan boerenlandvogels van de provincie Zuid-Holland waarin de ambitie is vastgelegd om in 2027 grotere populaties akker- en weidevogels te hebben dan in de periode 2013-2015.

Algemeen

Nederland is voor weidevogels van groot belang in Noordwest-Europa. Nederland herbergt van sommige weidevogelsoorten een substantieel deel van de wereldwijde populatie en het aantal akker- en weidevogels in Nederland daalt gestaag, mede veroorzaakt door predatie door de vos. Het beheer in dit faunabeheerplan komt in grote lijnen overeen met het in voorgaande faunabeheerplan (2017 – 2023) omschreven beheer.

Er zijn wel drie belangrijke wijzigingen:

  1. Toevoeging van beheermaatregelen ter bescherming van meeuwenpopulaties in het havengebied van Rotterdam;
  2. Beëindiging jaarrond optreden op basis van de landelijke vrijstelling;
  3. Specifieke aandacht voor kwetsbare soorten zoals bodembroeders

Het faunabeheerplan is nodig vanwege de negatieve trends in populaties van weidevogels en andere kwetsbare soorten. Door middel van het vossenbeheer en andere maatregelen hoopt men deze trends te keren en de populaties te beschermen.Het heeft als doel om het vossenbeheer in Zuid-Holland vorm te geven en uit te voeren, met als belangrijkste doel het beschermen van kwetsbare soorten zoals grondbroedende vogels. Daarnaast wordt er specifieke aandacht besteed aan de bescherming van meeuwenpopulaties in het havengebied van Rotterdam.

De vos is een belangrijke predator van weidevogels en andere bodembroeders, en het vossenbeheer is dan ook gericht op het verminderen van predatie door vossen. Het beheer bestaat onder andere uit het beperken van vossenpopulaties in bepaalde gebieden, waarbij ontheffingen worden aangevraagd bij de provincie. Er wordt gebruik gemaakt van verschillende methoden, zoals nachtelijk optreden en het bejagen van vossen.

Het is echter belangrijk om het beheer zorgvuldig uit te voeren en de impact op andere dieren en de ecologie in het gebied te minimaliseren.

Monitoring en evaluatie vormen belangrijke onderdelen van het vossenbeheer. De FBE verzamelt en publiceert jaarlijks beheergegevens en voert ook een jaarlijkse vossentelling uit. Op basis van deze gegevens kan het beheer worden geëvalueerd en indien nodig worden aangepast.

bron: Provincie Zuid-Holland, 30/01/2024



SJN gaat jachtcursus ontwikkelen voor het afschieten wolf

 

Jagers in Nederland hebben geen of nauwelijks ervaring met het afschieten van wolven.

 
Jagers kwamen in Gelderland één keer in actie bij een zwaargewonde wolf die na een aanrijding bij de A12 uit zijn lijden werd verlost. Daarom is de stichting Jachtopleiding Nederland bezig met een aanvullende training voor jagers. In deze training leren ze meer over het gedrag van de wolf en hoe je een wolf doodt.

 

De Stichting Jachtopleidingen Nederland is bezig met het ontwikkelen van een cursus voor jagers waarin ze leren hoe ze een wolf kunnen doodschieten. Deze training is bedoeld om jagers voor te bereiden op situaties waarin het doden van een wolf wettelijk is toegestaan, bijvoorbeeld bij problematische wolven. Jagers in Nederland hebben momenteel weinig ervaring met het afschieten van wolven, dus deze aanvullende training is nodig.

De cursus zal jagers meer leren over het gedrag van wolven en hoe ze op een veilige en diervriendelijke manier een wolf kunnen doden. Het schieten op het schouderblad, waarachter het hart zit, wordt beschouwd als de meest veilige en snelle manier om een wolf te doden.

Het herkennen van individuele wolven kan lastig zijn, en daarom wordt jagers geleerd om alleen zeker te schieten. Bij twijfel moeten ze hun vinger recht houden en niet schieten. Jagers zijn altijd verantwoordelijk voor het schot dat ze lossen en moeten zich altijd houden aan strikte veiligheidsregels.

Er kunnen verschillende redenen zijn om wolven te doden, zoals openbare orde en veiligheid en schade aan landbouwhuisdieren. Echter, het doden van wolven lost het probleem niet altijd op. Volgens de Zoogdiervereniging is preventie een betere oplossing, zoals het goed beschermen van landbouwdieren.

Daarnaast benadrukt de Zoogdiervereniging dat het beheren of jagen op wolven zorgvuldig moet gebeuren. Het doden van een individuele wolf kan leiden tot problemen, zoals het uiteenvallen van een roedel en de jongen die gaan zwerven en mogelijk schade aanrichten. Ook kan het doden van een vrouwtjeswolf resulteren in de komst van een nieuwe vrouwtjeswolf met mogelijk ander gedrag.

Er zijn al gevallen geweest waarin wolven gedood zijn, bijvoorbeeld na een aanrijding waarbij een wolf zwaargewond raakte. In het geval van een probleemwolf kan de betrokken provincie opdracht geven tot het bestrijden van de schade of het voorkomen van onveilige situaties.

Het doden van een wolf zonder ontheffing is strafbaar, omdat de wolf Europees beschermd is.

Bron: Omroep Gelderland




Friesland keerde in 2022-2023 12,8 miljoen euro uit voor ganzenschade

 
 
Samenvatting conclusie Jaarbericht;

Ganzenbescherming gaat goed; winter-, trekkende brand- en zomerganzen aantal blijft toenemen, grauwe ganzen nemen toe en trekkende kolganzen hebben een lichte daling. Het aantal zomerganzen blijft toenemen, maar veroorzaken ook meer schade (8% vs 3,6% in 2017/2018).

Het aantal geschoten ganzen is met 31% toegenomen ten opzichte van vorig seizoen.

Behandeling van eieren is verdubbeld ten opzichte van het vorige seizoen maar blijft laag, terwijl het aantal behandelde eieren van 2017 tot 2021 gemiddeld drie maal zo hoog lag.

Getaxeerde schade en oppervlakte nemen buiten foerageergebieden langzaam toe. Schade binnen foerageergebieden blijft gelijk, waardoor de beleidsdoelen om de vraatschade te verminderen niet behaald zijn.

Uitbetaalde en getaxeerde schadebedrag blijft stijgen, vooral door hogere grasprijzen per kg droge stof en stijging van getaxeerde schade buiten de foerageergebieden.

Meer informatie is te vinden in het Jaarbericht Fryske Guozzenoanpak 2022-2023.

 

bron: Provincie Friesland, 23/01/2024




Verhuizing konijnen van Luistenbuul naar Amsterdamse Waterleidingduinen

/*! elementor - v3.18.0 - 20-12-2023 */ .elementor-widget-image-box .elementor-image-box-content{width:100%}@media (min-width:768px){.elementor-widget-image-box.elementor-position-left .elementor-image-box-wrapper,.elementor-widget-image-box.elementor-position-right .elementor-image-box-wrapper{display:flex}.elementor-widget-image-box.elementor-position-right .elementor-image-box-wrapper{text-align:right;flex-direction:row-reverse}.elementor-widget-image-box.elementor-position-left .elementor-image-box-wrapper{text-align:left;flex-direction:row}.elementor-widget-image-box.elementor-position-top .elementor-image-box-img{margin:auto}.elementor-widget-image-box.elementor-vertical-align-top .elementor-image-box-wrapper{align-items:flex-start}.elementor-widget-image-box.elementor-vertical-align-middle .elementor-image-box-wrapper{align-items:center}.elementor-widget-image-box.elementor-vertical-align-bottom .elementor-image-box-wrapper{align-items:flex-end}}@media (max-width:767px){.elementor-widget-image-box .elementor-image-box-img{margin-left:auto!important;margin-right:auto!important;margin-bottom:15px}}.elementor-widget-image-box .elementor-image-box-img{display:inline-block}.elementor-widget-image-box .elementor-image-box-title a{color:inherit}.elementor-widget-image-box .elementor-image-box-wrapper{text-align:center}.elementor-widget-image-box .elementor-image-box-description{margin:0}

Konijnen zijn met succes verhuisd van Luistenbuul naar de Amsterdamse Waterleidingduinen (AWD) om de natuur te herstellen. De konijnen op Luistenbuul zorgden voor een extreem hoge graasdruk waardoor kenmerkende planten niet langer tot bloei komen en verdere verspreiding naar omliggende gebieden wordt belemmerd.
In de AWD waren vroeger konijnen talrijk en speelden zij een cruciale rol in het behoud van specifieke begroeiing, zoals duingrasland en open duin. Waternet heeft nu stimuleringsmaatregelen getroffen om de konijnenpopulatie te herstellen, zoals gericht maaiwerk en lokale herintroductie van konijnen.
De konijnen worden gemonitord met behulp van wildcamera’s en het succes wordt bepaald door de waarneming van jonge konijnen volgend voorjaar. Het project wordt mogelijk gemaakt door subsidies van de provincies Noord-Holland en Zuid-Holland.


Lees meer




De Koninklijke Jagersvereniging en Federatie Particulier Grondbezit gaan toch in hoger beroep

De Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging, de Federatie Particulier Grondbezit (FPG), de in de Bodemprocedure betrokken WBE’s en drie individuele jagers hebben voor de deadline van 11 januari Hoger Beroep aangetekend tegen de uitspraak in de Bodemprocedure die op 11 oktober 2023 bekend werd. Enkel de NOJG ziet af van verdere procesvoering.

“Het Hoger Beroep staat los van het feit dat we constructief samenwerken met de ambtenaren op het ministerie van LNV. Sinds de uitspraak van 11 oktober jl. is er weer veelvuldig contact geweest met de ambtenaren en met minister Christianne van der Wal zelf”, aldus directeur Willem Schimmelpenninck van de Jagersvereniging. “Echter, op basis van de uitslag van de recente Tweede Kamer verkiezingen is het nog te vroeg om te zeggen wie het stokje van Van der Wal straks op de ministerspost gaat overnemen. Daarom willen we de mogelijkheid openhouden dat het Gerechtshof de uitspraak van de rechtbank kan wijzigen.”

Zorgvuldige afweging

Vanzelfsprekend is samen met de advocaten van kantoor Stibbe en andere deskundigen een zorgvuldige afweging gemaakt over de vraag of er wel of niet in Hoger Beroep gegaan moest worden tegen de uitspraak van de rechtbank in Den Haag. Op basis van alle aangeleverde informatie en adviezen is besloten Hoger Beroep aan te tekenen, waarbij zorgvuldig de tijd wordt genomen voor het aanleveren van de benodigde stukken. Dit besluit is door de Ledenraad bekrachtigd.

Regulering eigendomsrecht

De belangrijkste vordering van de Jagersverengingen, de FPG en andere betrokkenen in de Bodemprocedure was het terugdraaien van het onrechtmatige besluit van de minister om de Regeling natuurbescherming (Rnb) te wijzigen, zodat de jacht op haas en konijn in heel het land weer mogelijk zou zijn in het jachtseizoen. De rechter bevestigde in haar vonnis dat de minister met haar besluit de Rnb te wijzigen inderdaad het eigendomsrecht reguleert. Deze regulering was volgens de rechter echter toegestaan, omdat daarvoor een wettelijke basis bestaat en omdat deze regulering proportioneel is (oftewel niet te ver gaat). De Jagersvereniging en alle andere partijen die in hoger beroep zijn gegaan zijn het oneens met deze conclusie.

Tellingen niet meegenomen

De Jagersvereniging en de FPG in het bijzonder blijven bij hun standpunt dat de wettelijke basis voor het wijzigen van de Rnb ontbreekt. Voorzitter Theo ten Haaf: “Wij blijven ook van mening dat het belang van de jagers niet goed is gewogen. Er is inhoudelijk niet ingegaan op argumenten en stellingen van jagers en telgegevens van onze jagers in het veld zijn niet meegenomen. Op deze manier voelen we ons niet serieus genomen en we zien ook nog geen verandering van beleid. Wij blijven staan voor de belangen van onze jagers! Daarom gaan we dus door, waarbij we wel in constructief gesprek met de minister willen blijven.”

Positie versterken

Daarnaast heeft de minister een pertinent onjuiste toetsing toegepast voor de staat van instandhouding dan in de wet is opgenomen. De verenigingen hoopten dat de bodemrechter deze beslissing van de minister, alsook de gehanteerde beoordelingsmethode om de staat van instandhouding van de haas en het konijn te bepalen, kritisch zou toetsen. Van een kritische toetsing leek echter geen sprake bij het bestuderen van de uitspraak van 11 oktober 2023. De partijen die Hoger Beroep hebben aangetekend hopen nu op een meer inhoudelijke behandeling van de zaak, wat de positie van de jagers in het gehele proces van de stelselwijziging rondom de jacht en de turbulentie rondom de kabinetswisseling moet versterken.

Constructief samenwerken

De NOJG ziet af van verdere procesvoering. “In plaats van veel geld uitgeven aan een hoger beroep met een geringe slagingskans zoeken wij liever het constructieve gesprek met het ministerie om de jacht voor de toekomst beter te maken”, aldus NOJG-voorzitter René Leegte in zijn ledenbrief. “Hoewel de NOJG daarmee een ander inzicht heeft dan de Jagersvereniging, zullen wij constructief blijven samenwerken met de Jagersvereniging, LTO en Federatie Particulier Grondbezit om via de stelselwijziging de jacht in Nederland voor de toekomst zeker te stellen. We werken heel nauw met elkaar samen en zullen dat in de toekomst ook blijven doen.”

zie: NOJG motivatie waarom niet verder te procederen

Bron: Jagersvereniging




Afschot Konijnen op Texels vakantiepark mogen worden afgeschoten i.v.m. populatiebeheer

KonijnenDe rechtbank Noord-Holland heeft een beroep van 2 natuurverenigingen tegen een door de provincie Noord-Holland ontleende ontheffing op het doden van konijnen op een Texels vakantiepark ongegrond verklaard. De beheerder van het park mag de konijnenpopulatie in stand houden door konijnen te doden.

De beheerder van het vakantiepark heeft sinds december 2020 een ontheffing van de Wet natuurbescherming voor het doden van konijnen, om een gezonde populatie in stand te houden. Uit de ontheffing blijkt dat de konijnen talloze gaten en holen hadden gegraven op het terrein en dat veel schade is waargenomen bij zowel de vaste vakantieaccommodaties als op de kampeerterreinen en bij de toiletgebouwen.

In april 2023 is een nieuwe ontheffing verleend voor 5 jaar om de schade die konijnen op het park veroorzaken te voorkomen. Uit een deskundigenrapport komt naar voren dat het park een plan van aanpak heeft voor de aanwezige konijnenpopulatie, onder andere bestaande uit het aanbrengen van hekwerken, rasters en weringen en konijnwerende korrels. Het afschieten van konijnen is het allerlaatste redmiddel om economische en lichamelijke schade door overmatig gravende konijnen te voorkomen.

De natuurstichtingen zeggen dat er geen significante schade is aangetoond. Ook is volgens hen niet aangetoond dat de ontheffing nodig is om schade of overlast te voorkomen. Volgens de provincie zijn er geen werkbare diervriendelijker alternatieven mogelijk voor het beheersen van de grootte van de konijnenpopulatie op het park. Er zijn al veel maatregelen getroffen om schade te voorkomen. Van andere maatregelen zoals het plaatsen van klaphekjes wordt onvoldoende resultaat verwacht. Vangen en elders uitzetten is ook geen reëel alternatief, omdat dat risicovol is en lang niet altijd succesvol.

Naar het oordeel van de rechter staat voldoende vast dat een grote  konijnenpopulatie in het park schade met zich meebrengt. De rechtbank is daarom van oordeel dat de ontheffing nodig is om schade door een snelle vermeerdering van de konijnenpopulatie op het park  te voorkomen. De provincie heeft voldoende gemotiveerd waarom er geen goede alternatieven zijn voor het doden van de konijnen en mocht de ontheffing voor het doden van konijnen verlenen.

Meer informatie is te vinden in de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland.

 

bron: Rechtbank Noord-Holland, 12/01/2024



Vos op meer plaatsen in natura 2000 gebieden bejaagbaar in Zeeland

Ondanks protest van de Faunabescherming geeft de provincie Zeeland toestemming om in vier nieuwe gebieden in Zeeland de vos te bejagen. In totaal mag Faunabeheereenheid jaarlijks tussen 1 januari en 30 juni 18 vossen in Zeeland afschieten of vangen, onder strikte voorwaarden.
 
De nieuwe gebieden waar aan populatiebeheer van de vos wordt gedaan zijn de Natura 2000-gebieden Kop van Schouwen, Yerseke en Kapelse Moer, Grevelingen en Oosterschelde. Op andere plekken in Zeeland mag de Faunabeheereenheid al vossen schieten of vangen. De aanwezigheid van de vos zet een te zware druk op een aantal vogels in die gebieden, zo wordt geredeneerd.
Achttien keer schieten
En dus mag er in de eerste helft van het jaar gejaagd worden op de vos. Als er geschoten wordt, dan moet dat vanuit een auto en met een geluiddemper, om geluidsoverlast te voorkomen. Het aantal schoten is ook beperkt, namelijk tot achttien. Navraag bij verantwoordelijk gedeputeerde Wilfried Nielen leert dat dit inderdaad om schoten gaat en niet om geschoten vossen. Wanneer er gemist wordt, worden er minder vossen gedood.
‘Oplossing voor niet bestaand probleem’
De Faunabescherming wil het doden van vossen stoppen. Die vindt onder andere dat het op jacht gaan met een auto in een natuurgebied en het jagen überhaupt juist zorgt voor verstoring van de broedvogels.
“Jagen in natuurgebieden is schadelijk en het gebeurt altijd in het broedseizoen. Dat verstoort niet alleen een vos, maar alle dieren die er zijn”, licht Harm Niesen van de Faunabescherming toe in het radioprogramma Zeeland Wordt Wakker. Ook noemt hij jagen op vossen een ‘oplossing voor een niet bestaand probleem.’
Volgens hem zijn er niet te veel vossen. En zelfs als dat wel zo zou zijn, vermindert het aantal vossen niet door de jacht. Het jagen op vossen zou juist nieuwe vossen aantrekken. “Jonge vossen zoeken een opengevallen plek. Als een spons zuigt zo’n plek vossen weer aan.” Ook noemt hij dat er juist meer jongen zouden komen wanneer de vossenpopulatie door jacht onder druk staat.



Nieuwsbrief Omgevingswet – jachtaansprakelijkheidsverzekering

Geacht NOJG lid,

Deze informatiebrief heeft betrekking op de jachtaansprakelijkheidsverzekering verstrekt door Ecclesia. Heeft u geen jachtverzekering via Ecclesia, dan mag u deze brief ter kennisgeving aannemen.

Per 1 januari 2024 is de ‘Omgevingswet’ van kracht gegaan. Deze wet heeft de ‘Wet Natuurbescherming’ vervangen. Dit betekent dat de vergunningssoort ‘Jachtakte’ niet meer bestaat. De nieuwe naam is ‘Omgevingsvergunning jachtgeweeractiviteit’.

Zoals u wellicht heeft gemerkt zijn er momenteel problemen bij Ecclesia bij het afgeven van verzekeringsbewijzen. De reden hiervoor is dat de achterliggende hoofdverzekeraar, overigens dezelfde als bij de Jagersvereniging, kennelijk op juridische problemen is gestuit vanwege de invoering van de nieuwe Omgevingswet.

Op moment van schrijven wordt de Jachtaansprakelijkheidsverzekering conform de nieuwe wet gewijzigd en wij verwachten dat het aanstaande weekend alles is opgelost en de website verzekerdejager.nl weer in de lucht is.

Wij adviseren u tot maandag te wachten met het aanvragen van uw verzekering om eventuele frustratie te voorkomen.

Wat betekent dit voor de lopende en de reeds nieuw verstrekte verzekeringsbewijzen?

  1. Voor de lopende 3-jarige verzekeringsbewijzen geldt een overgangsregeling.
    Verzekeringsbewijzen met een 3-jarige looptijd verstrekt in 2022-2023 blijven geldig. Voor leden met deze verzekeringsbewijzen verandert er dan ook niets. U hoeft geen nieuw verzekeringsbewijs aan te vragen.
  2. De nieuw verstrekte verzekeringsbewijzen per 1 januari 2024 zijn niet geldig en worden aangepast
    De nieuwe verzekeringsbewijzen (geldigheidsperiode 1 jaar én 3 jaar), die al zijn verstrekt dit jaar, zijn ongeldig en dienen te worden aangepast.
    Na correctie worden leden, die op dit moment een ongeldig verzekeringsbewijs hebben ontvangen, een nieuw verzekeringsbewijs toegezonden.

De politie heeft in elk geval aangegeven dat alle afspraken met betrekking tot het verkrijgen van de akte doorgang kunnen vinden én dat het verzekeringsbewijs op een later moment mag worden nagestuurd.

We betreuren de onduidelijkheid, maar zowel NOJG als Ecclesia zijn nu eenmaal afhankelijk van de achterliggende hoofdverzekeraar.

We moeten even het tijdens het jagen geleerde geduld beproeven…

 Mochten er zich nieuwe ontwikkelingen voordoen, zullen wij u uiteraard op de hoogte houden. 

 

Vriendelijke groet,

Mr. Maurice J.J.E. Stassen