Uitnodiging Brede Bijeenkomst NOJG Regio Noord-Holland – 30 sept 2023

INSCHRIJVEN VOOR DEZE BREDE BIJEENKOMST




Uitspraak bezwarencommissie over steenmarterontheffing volledig in voordeel Provincie

De provinciale Commissie voor bezwaar- en beroepsschriften van Fryslân is op 13 juli met een advies gekomen over de ontheffing die de Provincie had afgegeven voor het vangen en doden van steenmarters in een aantal weidevogelkerngebieden. De commissie heeft alle bezwaren en de verdediging van de provincie bestudeerd en is tot de conclusie gekomen dat de ontheffing niet aangepast hoeft te worden. Op alle bezwaarpunten werd de provincie in het gelijk gesteld!

Dit betekent dat er vanaf 1 december van dit jaar weer gevangen mag worden tot een maximum van 429. Volop werk aan de winkel dus voor al die vrijwilligers die de vangkooien beheren. Wordt het gebied succesvol steenmartervrij gemaakt dan levert dat meer kans op voor weidevogels om kuikens vliegvlug te krijgen. En daar doen we het allemaal voor!

Over de bezwaren tegen de ontheffing, de verdediging van de Provincie en de uitspraak van de voorzieningenrechter heeft Ultsje Hosper een overzichtelijke tekst gemaakt. 




Rechter laat ontheffing voor beheer van reeën in Zuid-Holland in stand

bron: Rechtbank Den Haag, 27/07/2023

Doodgereden reebokIn een uitspraak van 19 mei oordeelde de rechtbank Den Haag dat de ontheffing voor het beheren van reeën in de provincie Zuid-Holland terecht is verleend, om de verkeersveiligheid te vergroten en om schade aan landbouwgewassen te voorkomen. Het besluit was bij de rechter aangevochten door een groep natuurorganisaties. De uitspraak van de rechter is donderdag 27 juli gepubliceerd.

De rechtbank oordeelt dat het provinciebestuur van Zuid-Holland mag streven naar een maximale populatieomvang, aangezien er een significant positieve relatie blijkt tussen het aantal getelde reeën en het aantal geregistreerde aanrijdingen. Aan de hand van enkele getaxeerde schadegevallen in gebieden waarin nog niet werd beheerd, mocht bovendien worden uitgegaan van concrete dreiging voor schade aan landbouwgewassen.

Goede dataverzameling WBE’s van essentieel belang

Bij de uitvoering van de ontheffing moet zoveel mogelijk worden gehandeld overeenkomstig het Faunabeheerplan en het werkplan van de betreffende WBE. De FBE benadrukte aan de hand van deze positieve uitspraak het belang van een goede dataverzameling en onderbouwing, door de Zuid-hollandse WBE’s hebben geleverd voor de onderbouwing van het Faunabeheerplan en de daarop verleende ontheffingen.

Meer informatie is te vinden in de uitspraak van de rechtbank Den Haag.

 

 



Goudjakhals steeds meer waargenomen in Noord-Nederland

De goudjakhals is in Nederland net als in Duitsland in opkomst. Het dier is al gesignaleerd in Drenthe, Groningen en Friesland. Natuurbeheerders weten door DNA-onderzoek dat er een goudjakhals zit. In de overige oostelijke deel van Nederland gaan ze er vanuit dat het slechts een kwestie van tijd is voor de goudjakhals ook daar opduikt.

De organisatie Wolven in Nederland ziet alleen in Limburg al circa 300 mogelijke territoria voor roedels.

In tegenstelling tot een wolf heeft een goudjakhals niet veel ruimte nodig. Als er genoeg eten is, kan dat zelfs al een vierkante kilometer zijn. De dieren eten kleine zoogdieren, maar ook fruit, aas en afval. Een goudjakhals ziet eruit als een wolf en leeft ook in roedels, maar qua gedrag en habitat lijkt het dier meer op een vos. Het is een opportunist, die zich prima redt in talloze omgevingen.

Goudjakhals (Canis aureus)

De goudjakhals is een middelgrote hond die zowel in paren als in roedels leeft. Vanuit het oorspronkelijke vestigingsgebied op de Balkan verspreidt het zich steeds meer naar West-Europa er zijn al individuele dieren geregistreerd in Duitsland. Samen met terugkeerders zoals de wolf en de exoot zoals de wasbeerhond, is de goudjakhals een andere nieuwkomer die van nature nieuwe gebieden koloniseert.

Goudjakhals Canis aureus
Goudjakhals Canis aureus (Bron: Goudjakhals Project Oostenrijk/Leopoldsberger/DJV)

Markering

  • Qua uiterlijk en lichaamsgrootte houdt deze hondachtige het midden tussen een vos en een wolf: schouderhoogte 50 cm, lichaamslengte 70-90 cm, lont 20-30 cm, lichaamsgewicht tot 15 kg
  • Bijzonderheid: de ballen van de middeltenen groeien samen in een hoefijzervorm
                               
  • Pelskleur meestal roestbruin tot goudrood; Door de langere, donkergekleurde vachtharen vanaf de achterkant van het hoofd over de rug tot aan de punt van de lont, is er een aparte “zadelmarkering”. Bruin gezichtsmasker en witte markeringen op de onderrand van de snuit en op de nek   
  • Hij kan worden verward met een wolf, maar: de kop van de goudjakhals is smal en langwerpig, de kop van de wolf lijkt driehoekig door de kortere en bredere snuit
poot gouden jakhals
Poot Gouden Jakhals (Bron: Hatlauf/DJV)
Verspreiding en positie in het zoölogische systeem
  • De Afrikaanse goudjakhals (Canis anthus) is nauwer verwant aan de wolf (Canis lupus) dan de Euraziatische goudjakhals (Canis aureus), wiens verspreidingsgebied zich uitstrekt van Azië tot India, het Arabische schiereiland, het Nabije en Midden-Oosten en de Balkan. Ook in West- en Noord-Europese landen, waaronder Duitsland, worden sinds enkele jaren individuele dieren waargenomen. Blijkbaar vindt er momenteel een natuurlijk expansieproces plaats in de goudjakhalspopulaties. 
  • Locaties van de eerste waarnemingen laten zien dat revieren, wetlands en laaglandlandschappen fungeerden als trekroutes voor deze wilde hondensoort.
Leefgebied
  • Zeer flexibel in habitatkeuze en vertoont nauwelijks voorkeuren; houtvrije open landschappen worden echter vermeden.
  • Habitatstructuren die beschutting bieden (bossen, rietvelden) zijn belangrijk als opgroeiplaats en als dagverblijf.
  • Landelijke nederzettingen worden ook bezocht vanwege hun voedselvoorziening (afval, huisdieren), zolang er maar een dagopvang in de buurt is. 
Voedsel
  • Generalist wiens dieet wordt gevormd door habitat en seizoen
  • Breed scala aan voedsel: insecten, knaagdieren, amfibieën, vogels, middelgrote zoogdieren (bijv. Konijnen, reekalfjes, lammeren, schapen), fruit, knollen, maïs; naast actieve jacht ook verzamelaars van aas en afval 
  • Foerageren vindt ’s nachts en in de schemering alleen of in kleine groepen plaats
Sensorische prestaties en vocalisatie
  • Vocalisaties vergelijkbaar met hond (grommen, blaffen) en wolf (huilen); Goudjakhalzen hebben een hogere toon bij het huilen, snellere reeksen van gehuil dan de wolf, en de toonhoogte valt aan het einde weg; net als bij de wolf dient het huilen om de roedel bij elkaar te houden
  • Het goede reukvermogen en gehoor van de goudjakhals, evenals zijn snelheid, stellen hem in staat om succesvolle nachtelijke uitstapjes te maken
Reproductie
  • Goudjakhalzen zijn na één jaar geslachtsrijp en blijven hun hele leven als paar bij elkaar
  • Paartijd (=Ranz): half januari tot half februari
  • Na een draagtijd van ongeveer 60 dagen worden 1-5 jongen geboren
  • Verblijfplaatsen:oude vossen- en dassenholen, struikgewas in het riet of struiken
  • Jonge dieren blijven bij hun ouders tot de lente van het volgende jaar; Roedelvorming vooral waargenomen in Zuidoost-Europa: ouders, puppy’s en jonge dieren van voorgaande jaren     
Levensstijl en levensverwachting
  • Leeft in paren of roedels en bezet gebieden waarin kerngebieden van 2-3 km² worden verdedigd
  • Levensverwachting in het wild ongeveer 8 jaar
  • Wolven doden goudjakhalzen, wat resulteert in migratie of uitsterven van paren / roedels jakhalzen 
Gevolgen voor soortenbescherming
  • De goudjakhals staat in alle EU-lidstaten vermeld in bijlage V van de Habitatrichtlijn, wat de verplichting inhoudt om een ​​”gunstige staat van instandhouding” te behouden en monitoring uit te voeren. In Duitsland wordt het bewijs van de goudjakhals ook geregistreerd via monitoring van grote carnivoren in de deelstaten.
  • Met betrekking tot de bescherming van bedreigde diersoorten, zoals op de grond nestelende vogels, zou de vestiging van de goudjakhals vooral voor de weide- en akkervogels problematisch kunnen zijn, aangezien dit het toch al brede scala aan roofdieren (vossen, marters en exoten zoals wasbeerhonden, wasberen) uitbreidt.  
     
Bronnen:
  • Demeter, A.; Spassov, N. (1993): Canis aureus   – jakhals, gouden jakhals. In: Handboek van Zoogdieren van Europa. Deel 5 Roofzuchtige zoogdieren – Carnivora, deel. Stubbe, M. 6 Krapp, F. (red.) Aula Verlag Wiesbaden.
  • J.Hatlauf (2016): De goudjakhals (canis aureus) in Duitsland en Europa (18,19) in WILD jaarverslag gepubliceerd door de Duitse jachtvereniging.
  • S. Schwarz (2013): Goudjakhalzen in Europa – een voorbeeld van de dynamiek van de natuur. FaunaFocus 5, dieren in het wild Zwitserland.
     
Links
  • Er wordt onderzoek gedaan naar de goudjakhals in Europa en er wordt bewijsmateriaal verzameld: www.goldschakal.eu

 




LTO Noord reageert op concept Faunabeleid van provincie Utrecht

LTO Noord heeft via een zienswijze gereageerd op het concept-Interim Omgevingswetprogramma Faunabeleid en Monitoring van de provincie Utrecht. De opmerkingen van de landbouworganisatie hebben onder andere betrekking op de verantwoordelijkheid voor faunaschade, het opstellen van passende beoordelingen, en de focus op preventieve maatregelen in het beleid.

LTO Noord vindt dat schade die voortvloeit uit de uitvoering van het faunabeleid volledig vergoed moet worden. De organisatie wijst ook op het complexe proces van het opstellen van passende beoordelingen voor beheer en schadebestrijding in Natura 2000-gebieden. Verder vindt LTO Noord dat de focus van het beleid op preventieve maatregelen moet verschuiven naar het realiseren van beheerbare populaties.

Voordat nieuwe populaties wilde dieren worden toegestaan, moet er een Fauna Effect Rapportage worden opgesteld om de consequenties en schade te beoordelen en volledige vergoeding van faunaschade moet worden gegarandeerd. Bij de uitvoering van effectief faunabeheer is dataverzameling cruciaal voor het onderbouwen van faunabeheerplannen en ontheffingen, benadrukt LTO Noord. Hiermee kunnen beleidsbeslissingen beter worden onderbouwd.

De landbouworganisatie vindt een verhoging van het eigen risico voor ganzenschade naar 20% niet aanvaardbaar, zolang de doelstellingen voor beheerbare ganzenpopulaties niet zijn behaald. LTO Noord roept op tot een interprovinciale aanpak voor ganzenbeheer, met name in het westen van Nederland. Samenwerking tussen provincies is essentieel om de problematiek aan te pakken.

 

bron: LTO Noord, 27/07/2023



Unieke samenwerking WBE Land van Horne en onderzoeksinstituten

Horn – 24 juni 2024

Jaarlijks organiseert WBE Land van Horne een kraaiendag. Hierbij staat het terugdringen van de kraaienpopulatie voorop, naast het uitoefenen van de lopende ontheffingen op vliegend soorten. Dit jaar is de samenwerking gezocht met een consortium van diverse onderzoeksinstituten die het geschoten wild nadere analyseren op voorkomende ziekten en besmettingen.

Klein gedeelte van het tableau sommigen al ingepakt voor nader onderzoek

Sinds vele jaren voert WBE Land van Horne een actief beleid uit om het schadelijk wild, waarvoor afschotmogelijkheden zijn, te reduceren ten voordele van de soorten die onder druk staan. Vrijwel alle jachtvelden van deze WBE doen mee aan dit initiatief. Jaarlijks worden grote aantallen schadelijk wild geschoten, dat zich uiteindelijk terugvertaalt in een mooie toename van de weidevogelstand, de hazenstand en niet in de laatste plaats de patrijzenstand.

Aangezien het beleid is dat elk afgeschoten stuk wild een bestemming moet krijgen, is dit jaar de samenwerking gezocht met de DHWC (Dutch Wildlife Health Centre).  Het Dutch Wildlife Health Centre (DHWC) is een organisatie in Nederland die zich richt op het bewaken van de gezondheid van in het wild levende dieren. Het doel van DHWC is het verzamelen, analyseren en delen van kennis over de gezondheid en ziekten van wilde dieren.

Onderzoekers aan de slag met het geschoten tableau

De DHWC werkt samen met verschillende partners, waaronder universiteiten, onderzoeksinstituten, natuurbeschermingsorganisaties en overheidsinstanties. Voor de samenwerking met WBE Land van Horne werkte de DHWC samen met de universiteiten van Utrecht, Rotterdam en Wageningen. Tevens was de Provincie Limburg erbij betrokken.

Onderzoekers aan de slag met het geschoten tableau foto 2

Van al het geschoten wild werden de uiterlijke kenmerken vastgelegd. Tevens werden bloedmonsters en overige (weefsel)monsters genomen om later in het laboratorium te analyseren op acht verschillende vogelziektes en invloeden van mogelijke verontreinigingen.

WBE voorzitter Vincent Deenen is trots op deze samenwerking: “Als jagers zetten we ons in voor het versterken van de biodiversiteit. Daar hoort nader onderzoek ook bij om zo veel mogelijk te weten te komen. De unieke samenwerking op onze kraaiendag samen met de verschillende onderzoeksinstituten is hier een mooi voorbeeld van.” Onderzoeker Henk van der Jeugd van het Nederlands Instituut voor Ecologie vult aan: “het is voor ons een hele mooie gelegenheid om zo veel dieren op één moment te kunnen analyseren op vele aspecten. Dit wordt gebruikt voor belangrijk onderzoek, waar uiteindelijk de natuur haar voordeel mee kan doen.” Al met al een mooie win-win situatie voor de jagers van WBE Land van Horne en de onderzoekers.

Voor nadere informatie kan contact worden opgenomen met:

WBE Land van Horne

Vincent Deenen (voorzitter)

wbe.lvh@ziggo.nl

 


WBE Land van Horne is een Wild Beheer Eenheid uit Midden Limburg. Het werkgebied omvat 10.000 ha. De wildbeheereenheid is een vereniging van jachthouders met een jachtakte en anderen dat tot doel heeft te bevorderen dat een duurzaam beheer van populaties van in het wild levende dieren, bestrijding van schadeveroorzakende dieren en jacht worden uitgevoerd mede in samenwerking met en ten dienste van grondgebruikers en/of terreinbeheerders en mede ter uitvoering van het door de faunabeheereenheid vastgestelde faunabeheerplan.




Bevers die schade aanrichten in Noord-Bcbrabant, mogen vanaf nu gedood worden

Het gaat zo goed met de bevers in de provincie Noord-Brabant, dat ze als laatste maatregel gedood mogen worden als ze schade aanrichten aan bijvoorbeeld dijken. De provincie heeft de Faunabeheereenheid daar donderdag vrijstelling voor gegeven. Die is nodig omdat de bever een beschermde diersoort is.

De Faunabeheereenheid kreeg eerder al toestemming om bevers te verplaatsen en hun burchten te slopen. Die maatregelen moeten nog steeds eerst worden genomen. Gaan de grote knaagdieren daarna niet weg, dan mogen zij gedood worden door de eenheid.

Populatie groeit

De reden voor dit besluit is dat de provincie al jaren ziet dat de beverpopulatie flink groeit. “Dat is goed voor de natuur en biodiversiteit, maar inmiddels gaat het zo goed met de beverpopulatie in Brabant dat de diersoort niet meer als bedreigd wordt beschouwd”, aldus de provincie.

Daarbij benadrukt de provincie wel dat het doden van de dieren een laatste maatregel is die alleen onder strikte voorwaarden wordt uitgevoerd. “Een grondeigenaar moet eerst alternatieve maatregelen toepassen zoals verjagen, vangen en verplaatsen of beschermende rasters plaatsen.”

Maatregelen

Deze maatregelen worden door de hele provincie al jaren genomen. Zo moet gaas en hekwerk bij een woonzorgcentrum in Boxmeer voorkomen dat een brug doorzakt. Een fietser zakte daar eerder door een wandelpad waar een burcht onder lag.

Waterschappen zijn bij dijken druk bezig om overlast van gravende bevers tegen te gaan. Zo mag Waterschap Aa en de Maas de dieren die graven in de dijken van de Maas bij Oss vangen en verplaatsen. Het waterschap heeft bij de Empelsedijk in Den Bosch stukken antigraafgaas met platen geplaatst.

Bevers werden in 1988 weer uitgezet in Nederland en de populatie blijft sindsdien groeien. Ze maken burchten die tot twee meter hoog en tien meter breed kunnen zijn. Dat kan gevaar opleveren voor de veiligheid van (spoor)wegen en waterkeringen omdat er loze ruimtes onder de grond ontstaan.

LEES OOK:

Bevers zorgen al 5 jaar voor problemen: ‘Beest is belangrijker dan de mens’

Bever knaagt Brabantse bescherming voor het water weg

Gravende bevers stuiten op een muur van gaas in de dijk

 




Proef met Drone ganzen van grasland verjagen in Utrecht werkt goed.

In de provincie Utrecht is onderzocht of het mogelijk is om op 1.000 hectare grasland ganzen te verjagen met een drone. De praktijkproef in opdracht van de provincie Utrecht werd uitgevoerd door CLM onderzoek en Advies en Drowgoo in de polders van Spengen en Portengen. Daarbij is gewerkt met een door Drowgoo ontwikkelde methode om ganzen te verjagen. Gedurende tweeënhalve maand zijn ganzen verjaagd. Er waren minder ganzen aanwezig, ze bleven langer weg en er was minder gewasschade dan het jaar daarvoor. 

Ganzen zijn in de provincie Utrecht de grootste diersoortengroep die schade aan landbouwgewassen veroorzaakt. Ondanks de huidige inspanningen neemt de schade nog altijd toe, daarom is de provincie op zoek naar nieuwe methoden om ganzen gebiedsgericht effectiever te verjagen. Na goede ervaringen met de inzet van drones op kleine schaal in Noord-Holland wilde de provincie Utrecht het systeem op grotere schaal uitproberen.

Het systeem van Drowgoo maakt gebruik van sensoren die in de weilanden geplaatst worden om signalen op te vangen. Een algoritme filtert het ganzengeluid eruit en geeft een melding. Op basis van dat ganzengeluid is er gedurende de proefperiode gericht actie ondernomen. Zodra een bepaalde sensor veel geluid en dus ganzen detecteerde, werden deze ganzen door de piloten opgezocht en de polder uit gejaagd met de drone.

Om een beter beeld van het effect te krijgen is naast de polder waar ganzen met de drone zijn verjaagd ook een referentiepolder aangewezen waar niet is gevlogen met de drone. Beide gebieden zijn vergeleken op de aanwezigheid van ganzen. Het bleek dat de drone op lokale schaal werkt. Na een dronevlucht bleven de ganzen steeds langer weg uit het gebied en na verloop van tijd waren er minder en kortere vluchten nodig om de ganzen te verjagen. Ook is er in de zomermaanden in de vliegpolder minder gewasschade gemeld dan in de referentiepolder. Bij het verjagen van ganzen is wel sprake van verplaatsing en gaan ganzen op zoek naar gras.

Uit de proef bleek dat de inzet van een drone om ganzen te verjagen op lokale schaal goed werkt, maar dat er wel een paar verbeterpunten zijn. Het verkorten van de tijd tussen melding en start van de vlucht is een belangrijke. Ook de afstemming tussen drone-vliegers en boeren die zelf al ganzen verjagen kan beter. Op dit moment is het nog onbekend of de provincie vervolg zal geven aan deze praktijkproef.

Meer informatie is te vinden in het rapport ‘Gebiedsgerichte ganzenaanpak – Praktijkproef voor het verjagen van ganzen van grasland met een drone‘.

 

bron: CLM Onderzoek en Advies, 04/07/2023



Schadebestrijding landelijk vrijgestelde diersoorten in Fryslân gewijzigd dit i.v.m. niet goed gekeurd Faunabeheerplan

Momenteel kan in Fryslân geen schadebestrijding met afschot worden uitgevoerd op Canadese gans, houtduif, kauw, konijn en roek. Schadebestrijding op vos en zwarte kraai is alleen mogelijk ter bestrijding van weidevogelpredatie.

Bij schade kan tegemoetkoming worden aangevraagd bij BIJ12 via Mijnfaunazaken. Daarvoor worden wel legeskosten van €300 per aanvraag in rekening gebracht.

Advies NOJG voor alle provincies:

Meldt nu altijd alle schade ook van de landelijk vrijgestelde diersoorten, dit omdat er voor de landelijk vrijgestelde diersoorten geen schadeverleden is geregistreerd, daar deze niet wordt vergoed door de provincies en BIJ12, daar er een landelijke vrijstelling is/was en zodoende niet voor vergoeding in aanmerking komt/kwam.


Een toelichting vindt u op de website van de FBE onder ‘Nieuws’ en hieronder in dit bericht.

De FBE doet daarom ook een dringend beroep om alle voorkomende schade te melden in het SchadeRegistratieSysteem. (Dit bericht is eerder verzonden op 28 juni maar heeft niet alle geadresseerden bereikt.) FBE Fryslân


Schadebestrijding vrijgestelde soorten

Gewijzigde procedure voor verlenen van vrijstelling

Landelijke vrijstelling werd tot voor kort verleend op basis van een Ministerieel besluit. De Raad van State heeft echter op 19 mei 2023 uitspraak gedaan dat de onderbouwing voor deze vrijstelling aan dezelfde voorwaarden dient te voldoen als elke andere vrijstelling, ontheffing of opdracht. Dat houdt onder meer in dat voldoende aannemelijk gemaakt moet worden dat er sprake is van belangrijke schade indien geen vrijstelling wordt verleend. Omdat deze eis tot voor kort niet werd gesteld, ontbreken momenteel de gegevens hiervoor.

Het Faunabeheerplan Vrijgestelde soorten 2023-2028, dat in concept gereed was, kon daarom niet worden vastgesteld en niet ter goedkeuring aan GS worden aangeboden.

Welke soorten mogen niet meer worden bejaagd

Dit betekent dat momenteel geen schadebestrijding mogelijk is op Canadese gans, houtduif, kauw, konijn en roek. Schadebestrijding op vos en zwarte kraai is nog wel mogelijk op basis van het eerder goedgekeurde Faunabeheerplan Predatie 2022-2026. Dit betekent dat óók geen schadebestrijding op zwarte kraai mag plaatsvinden ter bestrijding van andersoortige belangen dan weidevogelpredatie. Hier is sprake van een ‘grijs gebied’ omdat er niet altijd duidelijk onderscheid gemaakt kan worden tussen dreigende schade aan bijvoorbeeld een landbouwbelang en het kort houden van de lokale kraaienpopulatie ter bescherming van weidevogels.

Melden van schade

Om opnieuw gebruik te kunnen maken van een vrijstelling zijn dringend gegevens nodig over de omvang van de schade zoals die dreigt te ontstaan wanneer geen schadebestrijding door middel van afschot mogelijk is. Het is daarom van groot belang dat deze (al dan niet dreigende) schade wordt gemeld in het Schade Registratie Systeem. Let wel: het gaat om de schademelding en niet om de ontheffingaanvraag! Ondanks herhaalde oproep gebeurt dit weinig! Sinds 1 april zijn 4 schademeldingen gedaan voor Canadese gans, 3 voor houtduif, 1 voor kauw, 0 voor konijn, 12 voor roek en 5 voor zwarte kraai (anders dan predatie).

Aanvraag tegemoetkoming

Vanwege de beperkingen in de mogelijkheden van schadebestrijding heeft de Provincie de mogelijkheid om tegemoetkoming in schade aan te vragen ook open gesteld voor vrijgestelde soorten. Daarvoor moet wel leges worden betaald van €300 per aanvraag. Dit betekent dat de aanvraag om tegemoetkoming financieel aantrekkelijk is vanaf een verwachte getaxeerde schade van circa €600. Meer nog dan de schademeldingen in SRS, zijn aanvragen van tegemoetkoming en de daaruit voortvloeiende taxaties van groot belang om gebruik van vrijstelling te herstellen.

Andere provincies

Het probleem met de vrijstelling speelt ook in andere provincies. In Fryslân is het echter urgenter omdat geen gebruik gemaakt kan worden van een nog lopend faunabeheerplan. Er is daarom geen reparatietijd waarvan in veel andere provincies wel gebruik gemaakt kan worden.

Samenvattend:
  • Geen schadebestrijding mogelijk op Canadese gans, houtduif, kauw, konijn en roek
  • Schadebestrijding op vos en zwarte kraai alleen ter bestrijding van weidevogelpredatie
  • Aanvraag voor tegemoetkoming in schade is opengesteld maar waarvoor wel € 300,- in rekening gebracht worden
  • Oproep op deze tegemoetkoming wel zo veel mogelijk aan te vragen, zodra dit financieel aantrekkelijk is (bij verwachte getaxeerde schade van meer dan circa € 600,- per aanvraag)
  • Oproep om ten minste een melding te doen van (dreigende) schade in SRS

 




Jachthoornblazers gevraagd voor een openlucht theaterspektakel Osse, petret van ‘n pestoor

Hallo JACHTHOORNBLAZERS

Wij zijn op zoek naar jachthoorn blazers die mee willen blazen in het theaterstuk Pestoor Osse.

Deze uitvoeringen beginnen nabij het Wapen van Beckum. Wij blazen al in het begin van het theaterstuk.  In principe mag u na het optreden weer gaan. ( niet verplicht).  De stukken beginnen allemaal om 20.00 uur. Omstreeks 20.20 uur zit de taak van de hoornblazers er op. U hoeft dus niet de hele avond tot het eind te wachten, voor hen die nog andere afspraken hebben.

De speeldata:

  1. dinsdag 12 september               generale
  2. donderdag 14 september               première
  3. vrijdag 15 september               voorstelling
  4. zaterdag 16 september                     “
  5. zondag 17 september                     “
  6. donderdag 21 september                     “
  7. vrijdag 22 september                     “
  8. zaterdag 23 september                     “
  9. zondag 24 september               slotavond

U hoeft niet al deze avonden te kunnen, maar hoe meer hoe mooier.

Natuur zal er nog enkele keren samen moeten  worden geoefend. De plaats en de data zullen nog worden vastgesteld. Graag hoor ik van u of u een of meerder avonden mee kunt blazen. Wij blazen “zum Essen”, Hase tot en ?

Graag hoor ik van u.

Met vriendelijke groet Toon Wentink

Telefoon: 06 83622655 of 074 3676698

Email : intowentink@live.nl


“Onze lieve heer heeft de dieren voor iedereen gemaakt, dus ook voor de jagers”. Zomaar één van de vele legendarische uitspraken van Chrisjan Osse (1865-1940), die ongeveer vier decennia de dorpspastoor van Beckum  – kerkdorp van de Twentse gemeente Hengelo – is geweest. Osse heeft een onuitwisbare indruk achtergelaten en lijkt met de genen van het dorp vergroeid. De verdiensten van Osse waren aanleiding om een straat naar hem te noemen en zelfs de carnavalisten van De Beckummer Ossens houden de pastoor in ere.

 

De volledige naam van pastoor Osse is Christianus Egbertus Osse, geboren op 14 juli 1865 te Losser. Vanaf 1923 bezaten twee broers Osse, te weten Alfons en Joop, steenfabriek “de Werklust” in Losser die nog tot 1999 de bekende en zeer geliefde Osse-stenen gemaakt heeft. Als toeristische trekpleister is de steenfabriek nog steeds te bezoeken. De kerk in Beckum is gebouwd met Osse-bakstenen uit de fabriek in Losser, in opdracht van … pastoor Osse.

 

In het openluchttheater wordt de geschiedenis op een geromantiseerde wijze herhaald. Anekdotes van Osse zullen uitvoerig aan bod komen en de jacht, een grote hobby van Osse, mag niet ontbreken. Osse ging regelmatig op jacht met de textielbaronnen van Heek, maar het liefst ging hij alleen met zijn koster op pad. Ook het stropen schuwde hij niet, wat de nodige verwikkelingen met de jachtopziener opleverde. Hoe dat eraan toe ging? Daarvoor nodigen we u graag uit om naar de voorstelling in Beckum te komen….

 

Het belooft een enorm spektakel te worden. Het theater speelt zich af op 3 buitenlocaties in Beckum, ruim 80 spelers doen mee aan deze voorstelling.

De voorstellingen zullen plaatsvinden in september 2023. Op www.theaterosse.nl vindt u informatie over o.a. de speeldata en de kaartverkoop.

 

Namens toneelvereniging Levenslust,

Arjan Lammers

 

p.s.

We zijn nog op zoek naar jachtkleding uit de periode 1900 – 1940. Bezit u dit of heeft u tips waar we kleding zouden kunnen lenen, stuur dan svp een mail naar info@theaterosse.nl




Actualiteiten faunazaken Zuid-Holland i.v.m. nieuw Faunabeheerplan

 

De afgelopen periode zijn er een aantal uitspraken van de rechtbank geweest die gevolgen hebben voor het beheer en schadebestrijding en/of jacht. Alle zaken vind je in het onderstaande overzicht.

Faunabeheerplannen en juridische procedures

Vanuit de provincie Zuid-Holland en de FBE Zuid-Holland is de volgende informatie ontvangen:

  • Een recente uitspraak van de Raad van State over een faunabeheerplan voor Noord-Holland heeft ook serieuze consequenties voor de uitvoering van het faunabeheer in Zuid-Holland voor wat betreft de vrijgestelde soorten.

  • Onlangs zijn er bij de Raad van State zittingen geweest over het vossen- en konijnenbeheer in Zuid-Holland. De uitspraken in deze zaken zijn van belang voor de nieuwe faunabeheerplannen en de daarop gebaseerde ontheffingen.

Het voorgaande heeft gevolgen voor de planning maar ook voor de inhoud van de nieuwe faunabeheerplannen. Het is onvermijdelijk dat de mogelijkheden voor faunabeheer aanzienlijk worden beperkt. Hierna lichten we dit per diersoort toe. We hebben geprobeerd dit kort maar begrijpelijk te doen maar zaken zijn complex. Als jullie nadere vragen hebben, kunnen jullie deze aan de FBE stellen.

Uitspraak landelijke vrijstelling

De Raad van State heeft op 19 april jl. een uitspraak gedaan over het goedkeuringsbesluit van een Noord-Hollands faunabeheerplan. De Raad van State komt daarbij tot het oordeel dat de minister de landelijke vrijstellingen (kauw, zwarte kraai, houtduif, Canadese gans, vos, konijn) onvoldoende heeft onderbouwd. De Raad van State heeft de vrijstellingen niet buiten werking gesteld maar heeft zich op het standpunt gesteld dat uitvoering afhankelijk is van de onderbouwing die hiervoor is gegeven in het faunabeheerplan. Aan deze onderbouwing hebben ze vergaande eisen gesteld. Dit betekent dat het faunabeheerplan voldoende concrete/plaats-specifieke en/of wetenschappelijke gegevens moet bevatten om het volgende te onderbouwen.

  1. De desbetreffende soort veroorzaakt ernstige schade; voor de onderbouwing is de schadehistorie van belang in een specifiek gebied.

  2. Er is geen bevredigende alternatieve oplossing om deze schade te voorkomen.

  3. Het voorgestelde beheer heeft geen effect op de staat van instandhouding.

Aan al deze eisen kan niet worden voldaan o.a. omdat er weinig tot geen schadegegevens, i.v.m. landelijke vrijstelling waarvoor geen schade registratie nodig zijn en veel soorten zich zgn. in een ongunstige staat van instandhouding bevinden. De uitspraak van de Raad van State ziet alleen op de uitvoering van de vrijstelling en dus niet op uitvoering van de jacht. Hiervoor hoeven provincie en FBE alleen aan onderdeel c te voldoen.

Hoe nu verder

De Zuid-Hollandse faunabeheerplannen voor de jacht- en vrijgestelde soorten (m.u.v. Canadese gans) lopen tot half juli 2023. De FBE heeft vervangende plannen in voorbereiding maar moet nu de concept-faunabeheerplannen aanpassen op basis van deze uitspraak. Dat leidt onvermijdelijk tot vertraging. Ook is het, gezien het vorenstaande, nog de vraag of het gaat lukken om al deze plannen ‘Raad van State-proof’ te krijgen. Het in lijn brengen van de faunabeheerplannen met de uitspraak van de Raad van State heeft consequenties.

Voor de duidelijkheid hierbij de informatie per soort samengevat:

Soort

Wat staat vast?

Opmerkingen

Vos

Geen beheer (vrijstelling en/of ontheffing) vanaf 16 juli 2023
Afhankelijk van onderbouwing en uitspraak Raad van State is er beheer, provinciebreed of per regio, mogelijk; op zijn vroegst na de zomer.

Konijn

Geen jacht en ook geen beheer (vrijstelling en/of ontheffing) t.b.v. landbouwgewassen vanaf 16 juli 2023
Beheer (vrijstelling en/of ontheffing) op specifieke locaties ter bescherming van volksgezondheid en openbare veiligheid blijft mogelijk (tenzij een rechter hier ook op ingrijpt).

Fazant, wilde eend, haas, houtduif

Er wordt ingezet op het mogelijk maken van de Jacht in seizoen 2023-2024.
Geen beheer (vrijstelling en/of ontheffing) vanaf 16 juli 2023.
Er zijn risico’s voor de uitvoering van de jacht gezien de staat van instandhouding en het vatbaar zijn van het goedkeuringsbesluit faunabeheerplan voor bezwaar en beroep.
Afhankelijk van de onderbouwing is er beheer per locatie ter bescherming van landbouwgewassen mogelijk; na opbouwen schadehistorie.

Zwarte kraai

Geen beheer (vrijstelling en/of ontheffing) vanaf 16 juli 2023
Afhankelijk van onderbouwing is er beheer, provinciebreed of per regio, mogelijk ter voorkoming van predatie; op zijn vroegst na de zomer.
Afhankelijk van onderbouwing is er beheer per locatie ter bescherming van landbouwgewassen mogelijk; na opbouwen schadehistorie.

Kauw

Geen beheer (vrijstelling en/of ontheffing) per 16 juli 2023
Afhankelijk van onderbouwing is er beheer per locatie ter bescherming van landbouwgewassen mogelijk; na opbouwen schadehistorie.

Vos
Voor het vossenbeheer dat kan worden uitgevoerd op de landelijke vrijstelling en daarnaast op ontheffing voor beheer met het geweer in de nacht, geeft de staat van instandhouding van de vos waarschijnlijk geen onderbouwingsproblemen. Echter gegevens over schade, waaronder (regionale) predatie- en onderzoeksgegevens, zijn waarschijnlijk nog van onvoldoende omvang en kwaliteit om het beheer te onderbouwen. Op 16 mei 2023 was de zitting bij de Raad van State waarin men zich boog over ons hoger beroep aangaande de ontheffing voor afschot in de nacht. De uitspraak wordt op zijn vroegst eind juni verwacht. Deze uitspraak geeft naar verwachting belangrijke aanwijzingen over de benodigde onderbouwing van al het vossenbeheer. Dit leidt ertoe dat de provincie pas na de zomer kan besluiten over het nieuwe faunabeheerplan. Dit betekent dat het beheer van de vos in ieder geval volledig stil komt te liggen van 16 juli tot de goedkeuring van het nieuwe faunabeheerplan.

Het is nog niet duidelijk in hoeverre de landelijke vrijstelling kan worden uitgevoerd op basis van het nieuwe faunabeheerplan. Het kan zijn dat vossenbeheer alleen wordt toegestaan op basis van gebiedsontheffingen waarvoor voldoende onderbouwing is.

Konijn
Konijnen bevinden zich in een ongunstige staat van instandhouding maar er is wel onderbouwing voor beheer van konijnen op industrieterreinen, bij infrastructuur en op sportvelden. Ook voor het konijnenbeheer geldt dat de Raad van State zich op 16 mei boog over het hoger beroep van de FBE. Ondanks het feit dat de uitspraak waarschijnlijk niet op tijd komt om nog te worden verwerkt in het nieuwe faunabeheerplan, biedt de FBE het nieuwe plan binnenkort ter goedkeuring bij de provincie aan. Dit omdat het beheer vanwege de veiligheidsrisico’s niet al te lang stil kan liggen.

Er is onvoldoende onderbouwing voor beheer ter voorkoming van landbouwschade. Sinds vorig jaar is de jacht op het konijn door de minister gesloten vanwege de landelijke ongunstige staat van instandhouding. Voorgaande betekent dat konijnen in Zuid-Holland vanaf 16 juli alleen nog kunnen worden beheerd op specifieke locaties in het kader van de volksgezondheid of openbare veiligheid.

Fazant, wilde eend, haas en houtduif
Fazant, wilde eend, haas en houtduif zijn soorten waarop de jacht in Zuid-Holland is geopend. De minister heeft aangekondigd dat dit in ieder geval zo blijft voor het seizoen 2023-2024, ondanks het oordeel dat er sprake is van een landelijk ongunstige staat van instandhouding. Gelet op de huidige juridische stand van zaken, kunnen de faunabeheerplannen voor deze soorten worden goedgekeurd en het voornemen is om dat voorafgaand aan het aanstaande jachtseizoen te doen. Sluiting van de jacht op deze soorten is niet aan de provincie maar aan de minister. We kunnen echter niet uitsluiten dat nieuwe juridische procedures een risico gaan vormen voor de uitvoering van de jacht op deze soorten. 

Voor de houtduif geldt er ook een landelijke vrijstelling. Deze vrijstelling kan vanaf 16 juli 2023 niet meer worden gebruikt omdat er onvoldoende onderbouwing is voor schade aan landbouwgewassen. De schade door houtduif aan landbouwgewassen komt in beginsel in aanmerking voor een tegemoetkoming. De praktijk moet uitwijzen tot welk schadebedrag dat leidt. Pas nadat er voldoende schade is gedocumenteerd, kunnen eventueel noodzakelijke ontheffingen worden verleend.

Zwarte kraai
Voor de zwarte kraai is er een landelijke vrijstelling. Deze vrijstelling kan vanaf 16 juli 2023 niet meer worden gebruikt omdat er onvoldoende onderbouwing is voor de schade (landbouwgewassen en predatie). De schade door zwarte kraai aan landbouwgewassen komt in beginsel in aanmerking voor een tegemoetkoming. De praktijk moet uitwijzen tot welk schadebedrag dat leidt. Pas nadat er voldoende schade is gedocumenteerd, kunnen eventueel noodzakelijke ontheffingen worden verleend.

Het beheer ter voorkoming van predatie wordt toegestaan op basis van gebiedsontheffingen waarvoor voldoende onderbouwing is. Deze onderbouwing is er op het ogenblik nog niet.

Kauw
Voor de kauw is er een landelijke vrijstelling. Deze vrijstelling kan vanaf 16 juli 2023 niet meer worden gebruikt omdat er onvoldoende onderbouwing is voor de schade aan landbouwgewassen. De schade door kauw aan landbouwgewassen komt in beginsel in aanmerking voor een tegemoetkoming. De praktijk moet uitwijzen tot welk schadebedrag dat leidt. Pas nadat er voldoende schade is gedocumenteerd, kunnen eventueel noodzakelijke ontheffingen worden verleend.

Als wij voorzichtig naar de toekomst kijken, is het onze inschatting dat we vaker moeten werken op basis van een regionale aanpak. De problematiek verschilt per gebied en per soort en dat kan ertoe leiden dat ontheffingen per WBE worden verleend. Een goede registratie van schade, waaronder predatie, is daarmee voor iedereen van groot belang.

Ree
De rechter heeft hierbij een positieve uitspraak gedaan voor het beheer. Alle eisen van de Eisende partijen zijn ongegrond verklaard. Dit houdt in dat het beheer bij de ree gewoon door mag gaan.

Overzicht van de huidige juridische procedures die van belang zijn voor de agrarische sector
  • Faunabeheerplan knobbelzwaan. Tegenpartijen zijn Dierenradar en de Faunabescherming. Zitting bij Raad van State is geweest op 4 april. Uitspraak wordt niet eerder dan eind mei verwacht.
  • Ontheffingen ganzenbeheer (vier procedures). Tegenpartijen zijn Animal Rights/Fauna4life en de Natuur- en Milieufederatie Zuid-Holland. Nog geen zittingen bij rechtbank gepland.

Oproep: Meld schade!

Als laatste de oproep om faunaschade aan landbouwgewassen te melden en/of een tegemoetkoming aan te vragen. Zoals uit bovenstaande informatie blijkt is het opbouwen van een schadehistorie van groot belang. Als er onvoldoende gegevens beschikbaar zijn over schade aan landbouwgewassen dan is op (korte) termijn schadebestrijding niet meer mogelijk. We hebben namelijk ‘data’ nodig om het beheer van schadeveroorzakende soorten in faunabeheerplannen te kunnen onderbouwen. Dat deze oproep geen ‘loze kreet’ is bewijst de uitspraak van de Raad van State van 19 april jl. over het Faunabeheerplan Algemene Soorten Noord-Holland. Door het ontbreken van data (preventieve maatregelen, afschotgegevens, schade aan gewassen) is het beheer en schadebestrijding van verschillende soorten beëindigd.

Voor vragen/opmerkingen kunt u contact opnemen met Basjan Niemansverdriet, themahouder Flora en Fauna LTO Noord Zuid-Holland – 06-20 435 416

Bron: LTO-Noord



Tegemoetkoming bij schade aan gewassen door vogels in Noord-Holland

Houtduiven op graanDe provincie Noord-Holland gaat in gesprek met boeren over alternatieven voor het doden en bestrijden van dieren om op korte termijn schade aan landbouwgewassen te voorkomen. Het gaat om de diersoorten knobbelzwaan, meerkoet, spreeuw, gaai, ekster, houtduif, zwarte kraai, kauw en konijn. Als er toch schade is, kunnen ondernemers een aanvraag indienen voor een schadetegemoetkoming. 

Het provinciebestuur komt tot het besluit na een uitspraak van Raad van State in april. In een beroepsprocedure tegen het Faunabeheerplan Algemene soorten 2017-2023 voor Noord-Holland oordeelde de Raad van State dat zowel de landelijke als de provinciale vrijstellingen in het faunabeheerplan onvoldoende onderbouwd zijn.

Landelijke en provinciale vrijstellingen maken het mogelijk om diersoorten die schade aan landbouwgewassen veroorzaken te bestrijden. De uitspraak van de hoogste rechter betekent voor de resterende looptijd van het faunabeheerplan in Noord-Holland tot eind dit jaar vooral preventieve maatregelen ingezet moeten worden. Er kan alleen nog met ontheffingen voor bestrijding gewerkt worden. Dit geldt voor alle handelingen waar de vrijstellingen over gaan, zoals afschot en nestbehandeling.

Voor afschot van de 8 soorten is voortaan per situatie een ontheffing nodig. Om die te krijgen is een onderbouwing nodig waaruit blijkt dat voor het doden van de diersoorten alternatieven ontbreken. Ook moeten nut en noodzaak zijn aangetoond en mag de staat van instandhouding, dus de totale populatie dieren, niet in gevaar komen.

De komende tijd gaat de provincie in gesprek met LTO Noord, natuurorganisaties, de Faunabeheereenheid, Omgevingsdienst Noord-Holland-Noord en BIJ12. De vraag ligt op tafel hoe om te gaan met de nieuwe situatie die is ontstaan als gevolg van de uitspraak. Ook werkt de faunabeheereenheid aan een nieuw faunabeheerplan algemene soorten.

De schadetegemoetkoming keert de provincie uit omdat het erg laat in het seizoen is voor boeren om zich aan te passen aan het plotseling wegvallen van de vrijstelling om dieren te doden. Om voor een schadetegemoetkoming in aanmerking te komen moet een ondernemer kunnen aantonen dat alles is gedaan om schade te voorkomen. Dat kan bijvoorbeeld door het plaatsen van netten over de gewassen of door afschrikmethodes. Meer informatie hierover is te vinden op de website van uitvoeringsinstantie BIJ12.

De Raad van State noemt in de uitspraak ook de vos. Voor het beheren van de vos is de ontheffing nog wel geldig. Het beheerplan ganzen in weidevogelgebieden blijft ook geldig. De onderbouwing voor het doden van deze diersoorten voldoet.

 

bron: Provincie Noord-Holland, 17/05/2023



Voorlopige uitspraak RvS: vos mag worden afgeschoten in provincie Utrecht

In bepaalde gebieden in de provincie Utrecht waar weidevogels zijn, mogen voorlopig vossen worden afgeschoten. Dit om de weidevogels te beschermen, zo heeft de Raad van State donderdag besloten. Het gaat om een voorlopige uitspraak, later volgt nog een definitieve.


202202020/4/A3.
Datum uitspraak: 11 mei 2023

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak van de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in verband met een ambtshalve ingesteld onderzoek naar het bestaan van aanleiding voor opheffing of wijziging (artikel 8:87, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht; hierna: de Awb) van de bij mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van 4 mei 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1792, getroffen voorziening hangende het geding tussen:

1.       stichting De Faunabescherming, gevestigd te Amstelveen,
2.       stichting Animal Rights, gevestigd te Den Haag, en stichting Fauna4Life, gevestigd te Amstelveen,
verzoekers,

en

het college van gedeputeerde staten van Utrecht,

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 31 augustus 2020 heeft het college aan stichting Faunabeheereenheid Utrecht ontheffing verleend voor het ’s nachts afschieten van vossen met een geweer in bepaalde weidevogelgebieden en bij gebieden waar pluimveebedrijven met vrije uitloop (zogenoemde Freilandbedrijven) zijn gevestigd.

Bij afzonderlijke besluiten van 30 maart 2021 heeft het college het door De Faunabescherming en Animal Rights en Fauna4Life (hierna tezamen: de stichtingen) daartegen gemaakte bezwaren gedeeltelijk gegrond verklaard en voor het overige ongegrond verklaard.

Bij uitspraak van 16 februari 2022 heeft de rechtbank de door de stichtingen daartegen ingestelde beroepen gegrond verklaard, de besluiten van 30 maart 2021 vernietigd en de ontheffing geschorst tot zes weken na het nemen van een nieuwe beslissing op de bezwaren. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak hebben het college, de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en De Faunabescherming hoger beroep ingesteld.

Bij besluiten van 21 maart 2023 heeft het college opnieuw besloten op de door de stichtingen gemaakte bezwaren.

De stichtingen hebben gronden aangevoerd tegen de besluiten van 21 maart 2023. Ook hebben zij de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

De Faunabeheereenheid, de minister en de stichtingen hebben nadere stukken ingediend.

Het college heeft schriftelijke uiteenzettingen gegeven.

De voorzieningenrechter heeft de zaak ter zitting behandeld op 4 mei 2023. Na afloop daarvan is bij mondelinge uitspraak een ordemaatregel getroffen, die inhoudt dat de besluiten van 21 maart 2023, waarbij de ontheffing van 31 augustus 2020 is gewijzigd, worden geschorst, tot de voorzieningenrechter heeft beslist over de opheffing of wijziging van deze voorlopige voorziening.

Overwegingen

1.       De voorzieningenrechter doet uitspraak zonder zitting.

2.       Het oordeel van de voorzieningenrechter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.

Inleiding

3.       Voor een beschrijving van de eerdere besluitvorming van het college en de uitspraak van de rechtbank wordt verwezen naar de uitspraak van de voorzieningenrechter van 10 juni 2022, ECLI:NL:RVS:2022:1652. Bij de besluiten van 21 maart 2023 heeft het college de ontheffing opnieuw aangepast. De ontheffing geldt niet meer voor:

– het gebruik van het geweer ter voorkoming van belangrijke schade aan Freilandkippen;

– het gebruik van het geweer in een veld kleiner dan 40 hectare.

Het college heeft de motivering wat betreft het voorkomen van belangrijke schade aan flora en fauna, in dit geval de weidevogels, aangevuld. Volgens het college leidt predatie, dat wil zeggen: het doden en opeten door in dit geval vossen, tot een afname van het aantal weidevogels. Het college baseert zich voor die conclusie op het rapport “De rol van de vos bij weidevogelpredatie en de effectiviteit van het uitgevoerde vossenbeheer in de provincie Utrecht” van de Faunabeheereenheid van december 2022 (hierna: het FBE-rapport). Er hoeft niet precies bekend te zijn wat het aandeel van de vos is en de invloed daarvan op de weidevogels. In het rapport zijn, ter uitvoering van de uitspraak van de rechtbank van 16 februari 2022, ook de gegevensbronnen benoemd.

Beroepen

4.       De besluiten van 21 maart 2023 worden, gelet op artikel 6:24 van de Awb, gelezen in samenhang met artikel 6:19, eerste lid, van die wet, van rechtswege geacht onderwerp te zijn van dit geding.

De stichtingen voeren daartegen aan dat de noodzaak van het doden van de vos om weidevogels te beschermen niet is aangetoond. Het causale verband moet wetenschappelijk worden aangetoond, maar de brongegevens zijn niet controleerbaar. De stichtingen achten het afschieten van de vos zinloos, omdat de territoria van gedode vossen worden opgevuld door andere vossen of andere predatoren. In plaats van een generieke ontheffing te verlenen voor een groot deel van de provincie, moet er per gebied maatwerk worden verricht. Ook wordt betoogd dat het college de alternatieven niet voldoende heeft onderzocht. Eerst zouden de inrichtingsmaatregelen voor weidevogels moeten worden geoptimaliseerd. De stichtingen wijzen voor de onderbouwing van hun standpunten op rapportages van SOVON en van deskundige J.L. Mulder van ecologisch bureau Mulder Natuurlijk.

Verder voeren de stichtingen aan dat de noodzaak van nachtjacht niet is aangetoond en dat ten onrechte in de voorschriften is opgenomen dat het gebruik van lokvoer is toegestaan.

Beoordeling

5.       Met de verzoeken om voorlopige voorziening beogen de stichtingen de ontheffing te schorsen, zodat er hangende de bodemprocedure geen vossen mogen worden gedood. Deze voorlopige voorzieningenprocedure leent zich niet voor het beantwoorden van complexe rechtsvragen. Daarom zal de voorzieningenrechter aan de hand van een belangenafweging beoordelen of de verzoeken voor toewijzing in aanmerking komen.

6.       Sinds de uitspraak van de rechtbank van 16 februari 2022 heeft in de provincie Utrecht geen vossenbeheer plaatsgevonden. De ontheffing was geschorst en van de landelijke vrijstelling kon geen gebruik worden gemaakt. De situatie verschilt van die in de provincie Zuid-Holland in de uitspraak van de voorzieningenrechter van 22 maart 2022, ECLI:NL:RVS:2022:814, waarop de stichtingen hebben gewezen. Het gaat in deze zaak niet slechts om een aanvulling op de landelijke vrijstellingsregeling. Daarnaast is het college in deze zaak gemotiveerd ingegaan op de gronden van de stichtingen. Op grond van die motivering en gelet op de nu betrokken belangen, komt de voorzieningenrechter tot een ander oordeel dan in de in 3. genoemde uitspraak van 10 juni 2022. Het college heeft onder verwijzing naar het FBE-rapport aangevoerd dat in 2022 ten opzichte van 2021 het aantal bekende legsels met 18,5% is afgenomen, het aantal gepredeerde legsels met 41,3% is gestegen en het aantal uitgekomen bekende legsels met 23,3% is gedaald. Aan die conclusie liggen de weidevogeldata in de Boerenlandvogelmonitor en de afschotdata van vossen in het Faunaregistratiesysteem als gegevensbronnen ten grondslag, waarbij – zo begrijpt de voorzieningenrechter – aan de hand van coördinaten locatiespecifiek onderzoek is verricht. In het FBE-rapport staat verder dat verwacht wordt dat door aanwas en meer inloop van vossen richting het ontheffingsgebied de aantallen bekende legsels in 2023 nog verder zullen afnemen. De deskundigen verschillen van mening over het bestaan van een correlatie tussen afschot van vossen en de aantallen weidevogels. Zonder daarover een inhoudelijk oordeel te vellen, volgt de voorzieningenrechter de bevindingen in het FBE-rapport over de periode na de uitspraak van de rechtbank, omdat die onvoldoende zijn weersproken. Het enkele feit dat niet-professionele vrijwilligers de gegevens hebben verzameld, acht de voorzieningenrechter zonder concrete voorbeelden van die gegevens niet genoeg om die als onbetrouwbaar aan te merken. De bevindingen in het FBE-rapport en de noodzaak van vossenbeheer worden bovendien ondersteund door zeer recente reacties van verschillende bij weidevogelbescherming betrokken organisaties. De voorzieningenrechter stelt vast dat in ieder geval een aantal van hen ook hun werkgebied in het ontheffingsgebied hebben, zoals Vereniging Natuurmonumenten, Weidevogelgroep Molenpolder en Collectief Alblasserwaard/Vijfherenlanden. Verder weegt de voorzieningenrechter mee dat de staat van instandhouding van de vos gunstig is en onweersproken is gebleven dat die staat van instandhouding niet wordt bedreigd bij het voorgestelde beheer. Daar tegenover staat dat de weidevogels in een slechte staat van instandhouding verkeren.

Conclusie en proceskosten

7.       Gelet op het vorenstaande ziet de voorzieningenrechter aanleiding om de bij mondelinge uitspraak van 4 mei 2023 getroffen voorziening te wijzigen. De verzoeken van de stichtingen om het treffen van een voorlopige voorziening zullen alsnog worden afgewezen. Dit betekent dat de bij de besluiten van 21 maart 2023 gewijzigde ontheffing weer van kracht is en er binnen de grenzen van die ontheffing vossenbeheer mag plaatsvinden totdat in de bodemprocedure uitspraak wordt gedaan.

8.       Het college hoeft geen proceskosten te vergoeden.

Beslissing

De voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State:

wijzigt de bij mondelinge uitspraak van 4 mei 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1792, getroffen voorziening, in die zin dat de verzoeken worden afgewezen.

Aldus vastgesteld door mr. N. Verheij, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. L.E.E. Konings, griffier.

w.g. Verheij
voorzieningenrechter

w.g. Konings
griffier

Uitgesproken in het openbaar op 11 mei 2023

612.




Onmiddellijk verbod op afschieten vossen in provincie Utrecht – 04-05-2023

 

Zeker een week mag er geen afschot van vossen plaatsvinden in een groot deel van de provincie Utrecht. Dat heeft de Raad van State donderdag bepaald in een spoedprocedure die was aangevraagd door enkele dierenorganisaties. De Faunabeheereenheid Utrecht begon woensdagnacht meteen vossen te doden, nadat eerder die dag de schorsing van de daarvoor vereiste ontheffing afliep.

‘Er mag dus niet meer geschoten worden’, maakte de raadsvoorzitter na de spoedzitting bij de Raad van de State bekend. Het verbod geldt tot volgende week. Dan beslist de raadsvoorzitter of het verbod voorlopig in stand blijft.

De Utrechtse rechtbank schorste vorig jaar de ontheffing die het mogelijk maakte om vossen te doden. Volgens de provincie was die ontheffing nodig om de weidevogels en loslopende kippen bij Freilandbedrijven te beschermen. Maar de rechtbank zette grote vraagtekens bij de noodzaak van de ontheffing, omdat er al een landelijke ontheffing bestaat om vossen te doden. (Die echter voor de provincie Utrecht sinds de uitspraak van juni 2022 is geschorst)

Ontheffing aangepast

Provincie Utrecht kreeg van de rechtbank opdracht om een nieuw besluit te nemen. Dat heeft de provincie gedaan. De ontheffing is aangepast. Vossen mogen niet meer worden afgeschoten voor de bescherming van de kippen. Het doden van vossen is nu alleen nog toegestaan om weidevogels te beschermen.

De raadsvoorzitter legde meteen de absurditeit van de nieuwe ontheffing bloot. ‘Als je een vos ziet lopen, hoe weet je dan of die op weg is naar een kip of een weidevogel?’ Maar volgens een woordvoerder van de Faunabeheereenheid Utrecht is de vos in dit seizoen vooral op zoek naar legsels van weidevogels.

Woordvoerders van Animal Rights, Fauna4Life en de Faunabescherming vermoeden een andere reden waarom de provincie vossen niet meer wil laten doden in de buurt van Freilandbedrijven. ‘De noodzaak om ze af te schieten bij die bedrijven kon de provincie niet hardmaken. De kippenhouders hebben andere mogelijkheden om hun kippen te beschermen.’ In dat geval mag niet voor het zwaarste middel afschot worden gekozen.

Wie is de dader?

Volgens advocaten van provincie Utrecht is voor de aangepaste ontheffing een gebiedsgericht onderzoek gedaan. Daaruit zou de vos als belangrijkste schuldige naar voren zijn gekomen. Afname van het aantal vossen zou een direct verband hebben met een afname van gedode kippen en weidevogels.

Volgens Harm Niesen van de Faunabescherming is dat onzin. Voor een gedode vos komen juist meerdere terug die zijn territorium willen overnemen, zegt hij. Afschot werkt dus averechts. Niesen noemt het onderzoek van de provincie ook oude wijn in nieuwe zakken. ‘Nepwetenschap.’ Concreet nieuw onderzoek zou niet zijn gedaan. In zijn ogen zijn alleen oude gegevens opnieuw opgediend.

De advocaat van de Faunabescherming zegt ook dat je aan aangevreten eieren en dode kuikens niet kunt zien wie de dader is. Maar de provincie houdt vol dat er een nieuw degelijk onderzoek is gedaan. Er is significant bewijs dat de vos de dader is.




Vos kan weer bestreden worden in de provincie Utrecht met ingang van 3 mei 2023

Provincie Utrecht – bestrijden vos vanaf 3 mei 2023 weer jagen op de vos in onze provincie voor de bescherming van de weidvogels en andere diersoorten. Daarom heeft de provincie Utrecht toestemming gegeven om op vossen te bestrijden.
 
Drie grote natuurorganisaties zijn het niet eens met die toestemming en stappen weer naar de Raad van State.
De vos is een goede jager, daar hebben boeren en weidevogels last van. Het dier jaagt op vogels, zoekt eieren en rooft regelmatig kippenhokken leeg.
Reden voor de provincie om een nieuwe ontheffing te verlenen die het jagen op vossen ‘s nachts toelaat.
Bij Collectief Eemland zijn ze daar blij mee, want de weidevogel zit in groten getale in de Eempolder. “En die moet beschermd worden. Helaas ten koste van de vos”, vindt gebiedscoördinator Wilhelm Bos. “Het is een prachtig beest, dat vinden wij ook. En als het er één zou zijn hebben wij er ook geen probleem mee, maar het zijn er gewoon te veel.”

Weidevogel beschermen

Vossen hebben geen natuurlijke vijanden en daardoor neemt de populatie makkelijk per jaar met meer dan 200% toe. “Jonge vossen gaan dan ook op zoek naar een eigen territorium en trekken steeds vaker vanuit andere velden de polder in”, legt Bos uit. En daar hebben de boeren en de weidevogels volgens het collectief flink last van. Als vossen jagen, hebben ze het vaak op meerdere dieren gemunt. “Ze eten er maar één op, maar doden er vaak meerdere, die ze dan begraven. Zoals bijvoorbeeld bij een kippenhok of een nest.”
Het collectief Eemland, een organisatie bestaande uit boeren uit het gebied, zet zich al jaren in voor het beschermen van de weidevogel. “Daar zit de afgelopen jaren ook behoorlijk wat geld in.” Met verschillende maatregelen is het gelukt om de verschillende vogelsoorten te behouden, maar de vos gooit roet in het eten.
 
Om de weidevogels te beschermen gaf de provincie Utrecht een ontheffing af, om ‘s nachts op de dieren te mogen jagen. De rechter oordeelde in 2022 dat die ontheffing ongegrond was omdat de Minister van Natuur en Stikstof niet bevoegd was om de vos op de landelijke vrijstelling te plaatsen, waar de minister het niet mee eens is en ook hoger beroep hiertegen heeft aangetekend. Maar na aanpassingen kwam er een nieuwe ontheffing van de provincie Utrecht die vanavond ingaat en het jagen op de vos weer mogelijk maakt. Tot grote onvrede van natuurorganisaties, die morgen tegenover de provincie bij de Raad van State staat.
 

De jacht op de vos is een langslepend juridisch gevecht tussen de provincie en de natuurorganisaties.

In de zomer van 2020 verleende het college van gedeputeerde staten van Utrecht een ontheffing aan de faunabeheereenheid. Daardoor mocht er ‘s nacht gejaagd worden op het roofdier in bepaalde gebieden in de provincie.

Natuurorganisaties gingen tegen deze ontheffing in beroep en in februari 2022 gaf de rechter de organisaties gelijk: de provincie moest hun besluit aanpassen. In juni 2022 wilde de provincie dat de rechter die uitspraak zou schorsen. Dat is niet gebeurd. Daaropvolgend heeft de provincie een nieuw besluit genomen, met aanpassingen in de onderbouwing. Verder laat de provincie wel in stand dat er op de vos gejaagd mag worden. En die ontheffing gaat vanavond – 3 mei – in.

Het argument van de provincie voor de jacht op vossen is dat ze de weidevogel in gevaar brengen. De natuurorganisaties vechten dit opnieuw aan en vragen bij de Raad van State om een zogenoemde ordemaatregel. Dat betekent dat ze willen dat de jacht wordt stopgezet, totdat de rechter met een definitieve uitspraak komt.

 
 
Het collectief Eemland hoopt dat na morgen blijkt dat er juist wel ‘s nachts op de dieren mag worden gejaagd. “Dat hoeft wat ons betreft niet provinciebreed, ze veroorzaken namelijk lang niet overal overlast”, vindt Bos. “In het natuurlijk territorium van de dieren valt het heel erg mee, maar de grote populatie trekt dus de polder op.”



Uitnodiging NOJG leden regio Utrecht

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download