Jagers moeten de komende jaren veel meer ganzen doden om de opmars van de populatie tegen te gaan. Dat stelt de Faunabeheereenheid Zuid-Holland (FBE), waarin de jachthouders samenwerken. In 2020 werd een recordaantal van 75.000 ganzen in deze provincie omgebracht, maar dat blijkt onvoldoende zoden aan de dijk te zetten. Ook de getaxeerde schade aan landbouwgewassen, die inmiddels in de miljoenen euro’s loopt, ligt hoger dan ooit.
Vooral de groei van de populatie grauwe ganzen lijkt niet te stuiten. Ze komen onder meer veel voor in de Hoeksche Waard en het oostelijk deel van de Alblasserwaard. Volgens tellingen leven er in 2020 voor het eerst meer dan 100.000 van deze ganzen in Zuid-Holland. Vijf jaar geleden waren er dat ruim een kwart minder.
Vergassen
Als het aan de FBE ligt, worden alle mogelijke middelen ingezet om het tij te keren. Volgens deze organisatie wordt nog te terughoudend omgegaan met het bijeendrijven en vergassen van ganzen die in de jaarlijkse rui zitten en dan samen met hun kuikens op de grond leven. In die periode kunnen ze niet vliegen.
Het doden van de dieren met de hulp van CO2 is duur, maar volgens de FBE wel een efficiënte manier om de populatie omlaag te brengen. Uit onderzoek bleek dat deze methode minder diervriendelijk is dan bijvoorbeeld afschot, omdat de dieren meer stress ervaren. Nu wordt nog het overgrote deel van de gedode ganzen geschoten.
Eieren
Volgens de FBE werken andere methoden, zoals het bewerken van de eieren van de ganzen niet goed genoeg. Dat vraagt ‘een onrealistisch grote inspanning om de populatie te laten afnemen’, staat in een rapport dat bij de de provincie Zuid-Holland is ingediend. ‘Met het vangen en doden van ruiende ganzen kan met een eenmalige inspanning een groot aantal dieren uit de populatie worden weggenomen.’
De provincie moet nog instemmen met het plan. De ganzenjacht ligt gevoelig. Organisaties als Animal Rights strijden al jaren tegen het dierenleed. De ganzenjacht zou bovendien nutteloos zijn.