Europese Habitatrichtlijn staat ingrijpen in de wolvenstand toe

 

De Europese Habitatrichtlijn staat ingrijpen in de wolvenstand in sommige situaties toe. Dat schrijft Europees Commissaris Sinkevičius voor Milieu, Oceanen en Visserij in reactie op vragen uit het Europees Parlement. Ingrepen kunnen toegestaan zijn om ernstige schade te voorkomen, het belang van de volksgezondheid en de openbare veiligheid. Ook redenen van sociale of economische aard kunnen aanleiding zijn voor het treffen van maatregelen.

De wolf heeft in de Europese Unie een beschermde status, omdat de diersoort nog steeds bedreigd wordt. Sinkevičius zegt dat er desondanks redenen kunnen zijn om maatregelen tegen wolven te treffen. De Europese Habitatrichtlijn laat ruimte voor het toestaan van selectieve onttrekking van bepaalde specimen van de soorten die een strikte bescherming genieten, in beperkte hoeveelheden. Daarbij kan een lidstaat bepalen hoeveel wolven kunnen worden onttrokken aan de wolvenstand.

 

bron: Boerderij, 10/01/2023



Wolf, overdag waargenomen in Zuid-Limburg

Wolf, overdag waargenomen in Zuid-Limburg, in de buurt van NUTH




Uitnodiging Online dialoog met de leden NOJG en de Jagersvereniging Friesland

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download




You tube filmpjes en kinderboeken Leonie Vrieze om kinderen meer te leren over dieren en hun omgeving

Ik zet filmpjes op youtube om kinderen meer te leren over dieren en hun omgeving. En om kinderen zelf te laten ontdekken wat er te vinden is in de natuur en zelf te doen is voor dieren.
Dit ook vanuit mijn kinderboeken Mysterie in het bos en Het geheim van de kasteeltoren.

Mochten er nog NOJG kids zijn die mee willen kijken,

 

Wees welkom!

 

Groetjes, Leonie Vrieze




Effecten van beschermingswerk voor de patrijs zijn beperkt zichtbaar

 

 
Eind 2016 ging het PARTRIDGE-project van start. Dit Interreg-project wordt gefinancierd door de Europese Unie en loopt tot en met 2023 in Nederland, België, Duitsland, Schotland, Engeland en Denemarken. Het heeft als doel om de leefomstandigheden van de patrijs en andere vogelsoorten van het open akkerland te verbeteren. Vogelbescherming zette samen met Het Zeeuwse Landschap, Stichting Landschapsbeheer Zeeland en Brabants Landschap het project voor Zeeland en Noord-Brabant op.

In Zeeland werd een gebied van 500 hectare in Burghsluis als voorbeeldgebied gekozen en in Noord-Brabant ligt het demonstratiegebied Oude Doorn nabij Almkerk. In Zeeland was het aantal territoria van de patrijs in Burghsluis bij aanvang van het project al veel hoger dan in het referentiegebied bij Nieuwerkerke. Het aantal schommelde wel enigszins in de periode 2016-2022.

Een toename kon ondanks de genomen maatregelen niet worden aangetoond; het aantal nam echter ook niet af, in tegenstelling tot de landelijke trend van de patrijs. In het referentiegebied werden in de laatste twee jaar van het project zelfs geen patrijzen meer waargenomen. De broedvogelbevolking als geheel vertoonde wel een toename, terwijl er in het referentiegebied een afname was.

Met name de soorten van open akkerland, zoals gele kwikstaart, graspieper en veldleeuwerik namen toe, maar ook soorten uit kleinschalig cultuurland, zoals grasmus, kneu, groenling en fazant. Ook in Brabant is er bij deze soorten een lichte stijging van het aantal. Voor de meeste van deze soorten sluit die lichte toename aan op de landelijke trend.

In Brabant is aanvullend op de geluidstelling ook een kluchtentelling uitgevoerd om een indicatie van het broedsucces te krijgen. Hieruit bleek dat het aantal kluchten én de kluchtgrootte stabiel is gebleven gedurende de looptijd van het project. Gezien de landelijke daling van de aantallen patrijzen, zijn stabiele aantallen in het demonstratiegebied al winst. In de Oude Doorn werden jaarlijks zo’n 10 kluchten met een gemiddelde grootte van 7 vogels waargenomen. In 2022 werd een recordaantal van 14 kluchten geteld.  

De onderzoekers vermoeden dat een nog groter gebied en meer maatregelen nodig zijn om de patrijzenpopulatie echt te doen groeien. Duidelijk is wel dat de maatregelen een zeer positief effect hebben op de algehele biodiversiteit in het gebied. Zo is het aantal insecten in de demonstratiegebieden flink gestegen, wat een verbetering van de voedselsituatie voor jonge patrijzen zou kunnen betekenen.

In Oude Doorn is ook aangetoond dat het aantal regenwormen in de aangelegde bloemenblokken hoger is dan op reguliere akkerbouwpercelen. Dit toegenomen voedselaanbod heeft op broedvogels en zoogdieren een positief effect. Verder is het aantal roofvogels in de demonstratiegebieden toegenomen, een indicatie voor voldoende voedsel. Daarnaast hebben de zoogdiertellingen aangetoond dat het aantal hazen en reeën in de demonstratiegebieden is verdubbeld sinds het begin van het project.

 

bron: Nature Today, 02/01/2023



Zweden begonnen met jacht op de wolf: ‘Grootste populatie in moderne tijd’

Zweden is maandag begonnen aan een grote jacht op de wolf. Van de 460 die er nu in het land leven, mogen jagers er de komende maand 75 doden. Dierenrechtenactivisten protesteren tegen de beslissing: ze vinden dat de jacht het voortbestaan van het dier op het spel zet.

 

De Britse krant The Guardian volgde maandag 200 jagers die met honden aan de jacht zijn begonnen. Het gaat om de grootste wolvenjacht in Zweden sinds de herinvoering van de jachtvergunning voor de dieren in 2010. Van middernacht tot zonsondergang trekken de jagers de komende maand door bossen verspreid over heel Zweden.

“De jacht is absoluut noodzakelijk om de toename van het aantal wolven af te remmen”, vertelde Gunnar Glöersen van de Zweedse vereniging voor de jacht tegen de Zweedse tv-zender SVT. “De wolvenpopulatie is de grootste die we in de moderne tijd hebben gehad.”

Tegenstanders probeerden de jacht maandag te verstoren

Dierenactivisten vinden het onbegrijpelijk dat Zweden toestemming heeft gegeven voor het jagen. Volgens hen zijn wolven erg belangrijk in de voedselketen en voor de biodiversiteit.

“Het doden van een kwart van de populatie door de jacht heeft negatieve gevolgen voor dier en natuur”, zei Marie Stegard, de voorzitter van de anti-jachtgroep Jaktkritikerna. “Het is funest voor het hele ecosysteem.”

Volgens SVT probeerden activisten maandag de start van de jacht te verstoren. Dat is ze niet gelukt. De zender schrijft dat er verspreid over de jachtgebieden inmiddels tien wolven zijn gedood. Sinds 2010 zouden er bij andere jachtpartijen in totaal 203 wolven zijn gedood.

Waarom zien we de wolf nu opeens in woonwijken verschijnen?




Belangrijk wijzigingen WA-jacht verzekeringen NOJG

NOJG

Belangrijke wijziging per 1 januari 2023!

Met de komst van de nieuwe Europese richtlijn IDD (de Verzekeringsdistributierichtlijn), is de verkoop van een verzekering als een aanvulling op een dienst of roerende zaak verboden geworden. De nieuwe richtlijn betekent voor de NOJG, dat zij niet mag adviseren en bemiddelen in verzekeringen. Daarom kunt u als NOJG lid vanaf januari 2023 voor uw jachtaansprakelijkheidsverzekering terecht bij Ecclesia. De NOJG werkt al jaren samen met Ecclesia, een 100% onafhankelijke verzekeringsmakelaar. Door de inkoopkracht en deskundigheid van Ecclesia profiteert u als NOJG lid van een speciaal verzekeringspakket, met de laagste premie van Nederland (vanaf 40 euro per jaar) en uitstekende voorwaarden.

Binnenkort website live

Bij Ecclesia regelt u voortaan de jachtaansprakelijkheidsverzekering gemakkelijk én snel online. Maar u moet nog even geduld hebben, want er wordt nog hard gewerkt aan het speciale websitegedeelte voor NOJG leden. Wilt u voor volgend jaar een verzekering afsluiten? Dan kunt u vanaf maandag 16 januari 2023 terecht op de website www.verzekerdejager.nl




Alternatieve benaderingen populatiebeheer en draagkracht als alternatief voor het huidig faunabeheer hoefdieren- rapport BIJ12

Reegeit en bok winter

Het huidige populatiebeheer van wilde hoefdieren als reeën, wilde zwijnen, damherten en edelherten is toe aan vernieuwing. Het is te veel gericht op aantallen dieren in plaats van het effect van het beheer. Dit blijkt uit een onderzoek dat onlangs in opdracht van BIJ12 werd gedaan. Volgens de onderzoekers is het tijd voor een alternatieve aanpak via adaptief beheer. Het onderzoek werd uitgevoerd door de organisaties FaunaPartner, Natuurlijk! Fauna-advies en Boerema & van den Brink.

Bij adaptief beheer ligt de focus niet op aantallen, maar op het probleem en de maatregel die ingezet moet worden om het gewenste effect te bereiken. De traditionele tellingen blijven wel van belang voor het vaststellen van de trend en kennis omtrent de populatiestructuur en de plaats waar de dieren zich ophouden. Er wordt echter niet met een streefstand gewerkt.

Het uitgangspunt binnen adaptief faunabeheer is dat er een ‘gereedschapskist’ met verschillende instrumenten beschikbaar is. Het instrument dat ingezet wordt moet evenredig zijn aan het probleem. Binnen faunabeheer gaat het altijd om een mix van problemen: schade aan landbouwgewassen, aanrijdingen, schade aan bosbouw en schade aan flora en fauna. Maatregelen kunnen preventief zijn zoals het plaatsen van hekken of rasters, verstoring of verjaging en als laatste middel populatiebeheer door afschot.

De werkwijze van adaptief beheer moet in Nederland nog juridisch getoetst worden. Dit kan alleen door er ‘lerend’ mee aan de slag te gaan in de vorm van een pilot, stellen de onderzoekers. Dit zal wetenschappelijk begeleid moeten worden onder aansturing van BIJ12. De eerste faunabeheereenheden hebben zich al gemeld bij BIJ12 om aan een pilot mee te doen.

Het rapport ‘Alternatieve benaderingen populatiebeheer en draagkracht‘ is te vinden op de website van BIJ12.

bron: BIJ12, 22/12/2022

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download




Raad van State keurt afschot van ganzen in Friesland goed

Boeren in Friesland kunnen kol-, brand- en grauwe ganzen afschieten. Dat volgt uit een uitspraak van de Raad van State. Die gaf woensdag goedkeuring aan het Faunabeheerplan van provincie Fryslân waarin het afschot wordt geregeld.

Wel vernietigde de raad het besluit waarin concrete aantallen ganzen zijn aangewezen. De periode waarover dat besluit gaat, is inmiddels voorbij. Volgens de raad is zijn oordeel over het afschot van ganzen ook van belang voor toekomstige besluiten van de provincie. Die weet dan hoe de raad over het afschieten van ganzen denkt. Dat oordeel zal niet snel anders zijn dan nu. De provincie moet jaarlijks het maximaal toegestane afschot vaststellen.

De Vogelbescherming maakte bezwaar tegen het besluit over de aantallen af te schieten ganzen, omdat dit leidt tot een veel te grote aanslag op de populaties. Dat zal leiden tot een verslechtering van de staat van instandhouding van deze beschermde vogels.

Gewasschade voorkomen

Verder moet afschot noodzakelijk zijn om belangrijke gewasschade te voorkomen en die schade doet zich hier niet voor, zegt de Vogelbescherming. Volgens de raad is een verslechtering van de ganzenstand verboden. De provincie heeft dat volgens de raad verkeerd beoordeeld. Daarom is het besluit over het aantal af te schieten ganzen door de raad vernietigd.

Een nieuw besluit van de provincie is wel door de raad goedgekeurd. In dat Faunabeheerplan staan maatregelen genoemd om de vraatschade door ganzen op graslanden te voorkomen. Volgens de raad is de noodzaak voor de schadebestrijding voldoende onderbouwd. De strategie om ganzen buiten foerageergebieden en Natura 2000-gebieden intensief te verstoren en ze binnen die gebieden met rust te laten, wordt ook door de raad ondersteund.

Wetenschappelijk bewijs

Zo leren volgens de provincie de ganzen waar voor hun onveilige gebieden liggen. Daarvoor is ook wetenschappelijk bewijs. Toch vindt de Vogelbescherming dat afschot niet nodig is als er bijvoorbeeld lawaaimiddelen worden ingezet als vogelafweerpistolen.

De provincie wijst preventieve maatregelen af, omdat ze heel arbeidsintensief zijn. Daar is de Raad van State het mee eens. Die oordeelde overigens al eerder dat afschot een effectieve maatregel is om schade aan gewassen te voorkomen.




Aantal wolvenaanvallen in Drenthe verdrievoudigd

Het aantal wolvenaanvallen is in het derde kwartaal (augustus tot en met oktober) meer dan verdrievoudigd ten opzichte van het tweede kwartaal (mei tot en met juli). Dat blijkt uit cijfers van BIJ12, de uitvoeringsinstantie van de provincies die de schade afhandelt.

In het derde kwartaal ging het om 53 bewezen wolvenaanvallen en in het tweede kwartaal ging het nog om 16 aangetoonde wolvenaanvallen. Het komt door de hogere voedselvraag van de Drentse roedel nu zij welpen heeft en daarnaast zijn drie zwerfwolven verantwoordelijk voor schade aan landbouwhuisdieren, ook anders dan schapen.

In totaal werden in de periode van 1 augustus tot en met 31 oktober 105 schapen gedood bij wolvenaanvallen. Daarnaast werden 2 pony’s, 5 pinken, 5 kalfjes, 3 koeien en een geit gedood. In oktober ging het bijna alleen maar om aanvallen op grotere dieren.

Meeste aanvallen door wolvenpaar

Van de 53 bewezen wolvenaanvallen in Drenthe zijn er 30 toe te schrijven aan het wolvenpaar in het Drents-Friese Wold. En daarmee neemt het aantal aanvallen van dit koppel fors toe ten opzichte van het tweede kwartaal. Bij vijf van de 30 gevallen is het DNA van zowel het mannetje GW2397m als het vrouwtje GW2090f aangetroffen.

Het DNA van het ouderpaar is niet alleen bij schapen gevonden, maar ook bij een kalf, een pink, een shetlander en een veulen. Daarnaast deed het wolvenpaar in augustus drie aanvallen op vee in Kallenkote, net over de grens in het Overijssel. Van de drie welpen van het wolvenpaar zijn nog geen sporen aangetroffen.

Ter vergelijking: in het derde kwartaal was het ouderpaar van de roedel op de Veluwe bij vier aanvallen op schapen betrokken. En in het natuurgebied De Groote Heide in Brabant/Limburg was er zeven keer een gemelde wolvenaanval op een schaap en één keer op een ree.

Hogere voedselvraag

Het Drentse wolvenpaar deed eerder ook al meerdere wolvenaanvallen. Vrouwtjeswolf GW2090f heeft van april vorig jaar tot en met eind juli dit jaar ongeveer 18 keer toegeslagen. En mannetjeswolf GW2397m deed 31 keer een aanval in tien maanden. Zeven aanvallen van een of beide ouders vonden in het tweede kwartaal van 2022 plaats. Daarbij ging het vooral om schapen en één keer om een kalf. In het derde kwartaal ging het dus om 30 aanvallen en vaker op grotere dieren.

“De toename in aanvallen op vee kan verklaard worden uit het feit dat de roedel, door hun opgroeiende jongen, een grotere voedselbehoefte heeft. De jongen zijn nu net zo groot als hun ouders, maar jagen nog niet echt mee”, zo staat er in de kwartaalrapportage.

Het aantal meldingen van wolvenaanvallen is in november en december weer afgenomen; van 1 november tot en met 14 december zijn in Drenthe 10 meldingen van wolvenaanvallen geweest. DNA-onderzoek moet nog uitwijzen of het inderdaad om wolvenaanvallen gaat.

Zwerfwolven

Wat verder opvalt is dat drie zwervende wolven die in Drenthe waren in het derde kwartaal, tientallen aanvallen op grote dieren hebben gedaan. Het DNA van wolf GW2488m is bij vijftien wolvenaanvallen aangetroffen, waaronder vijf aanvallen op runderen, waarvan twee keer een pink. Deze wolf is een nakomeling van de Rehburg-roedel in Duitsland en was actief in de regio tussen Assen, Emmen en Hoogeveen. Inmiddels heeft deze wolf Nederland weer verlaten; het DNA is later op maar liefst 360 km ten zuiden van Drenthe aangetroffen.

Zwerfwolf GW2864m deed zeven aanvallen in Midden-Drenthe, waaronder een aanval op een rund, een kalf en twee pinken. Deze wolf is inmiddels vertrokken naar Nedersaksen.

Op 8 september werd bij een schadegeval van GW2864 ook het DNA van wolvin GW3011f aangetroffen, die op dat moment ‘nieuw’ was in Nederland. Deze wolf is afkomstig uit de Nordhorn-roedel, net over de grens in Duitsland. Deze zwervende vrouwtjeswolf was betrokken bij vier aanvallen op grotere dieren in Midden-Drenthe. Het is onbekend of deze wolf zich nog in Drenthe bevindt.

Grote afstanden

Niet alleen Drentse zwervers legden grote afstanden af. Een wolf die voor het eerst in april van dit jaar is aangetroffen in de Noordoostpolder, werd in september in Limburg aangetroffen. En dat is 200 kilometer verderop. En niet veel later werd het DNA van deze wolf in Zuid-Wallonië aangetroffen. Dit illustreert de grote afstanden die wolven op doortocht kunnen afleggen, aldus BIJ12.




Nieuwsbrief Praktijk Centrum Jacht Fauna – Wildverwerking

 

 

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download




Eindrapport Commissie Wet wapens en munitie – ” Ringen rond de roos ” -aangeboden aan minister van Veiligheid en Justitie

De commissie Wet Wapens en Munitie (WWM) heeft vandaag haar adviesrapport Eindrapport Commissie Wet wapens en munitie- ‘Ringen rond de roos’ aangeboden aan minister van Veiligheid en Justitie Yeşilgöz-Zegerius. In het rapport is een aantal adviezen opgenomen om de Wet wapens en munitie te vereenvoudigen, zoals het verlengen van de geldigheidsduur van de jachtakte naar vijf jaar en het definitief afschaffen van de e-screener. Als het aan de commissie ligt, worden de eerste aanpassingen in de wet op korte termijn doorgevoerd.

De vijftien leden van commissie WWM, onder voorzitterschap van Chris van Dam, vertegenwoordigden diverse partijen uit het veld. Rob Boom namens de NOJG en Jeroen Hoefnagels, jurist bij de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging waren namens de Jagersverenigingen benoemd in deze commissie. De afgelopen tien maanden hebben de commissieleden de problemen met betrekking tot de Wet Wapens en Munitie geïnventariseerd en een advies geformuleerd hoe de onderliggende regelgeving van de Wet wapens en munitie te moderniseren.

Voor jachtaktehouders zijn er enkele aanpassingsvoorstellen relevant:

  • verlenging geldigheidsduur jachtakte naar 5 jaar
  • vereenvoudig de wapenvergunning
  • stop definitief met de e-screener
  • stel het lidmaatschap bij een erkende koepel aangesloten vereniging verplicht
  • legaliseer het gebruik van geluiddempers

De NOJG heeft deelgenomen aan deze commissie en daarbij onder andere gebruik gemaakt van lobbyist Rob Boom. We zijn tevreden over de geformuleerde adviezen, en hopen dat de eerste wijzigingen op korte termijn worden doorgevoerd. We houden u uiteraard op de hoogte!

Zie het onderstaand rapport met de aanbevelingen: Downloaden eindrapport Commissie WWM – Ringen rond de roos


Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download




DWHC info-brief december 2022

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download




Is de jacht een bedreiging voor de natuur?

De jacht wordt vaak ten onrechte afgeschilderd als een grote druk op de natuur zonder zorgvuldige beoordeling van de gegevens.

In deze context heeft FACE de door de lidstaten ingediende rapporten over de belasting en bedreigingen van de natuur voor de periode 2013-2018 zorgvuldig beoordeeld om duidelijkheid te verschaffen over de hoge belastingen die van invloed zijn op vogelsoorten (met name de soorten die worden vermeld in bijlage II ( bejaagbaar) van de Vogelrichtlijn) en grote carnivoren in Europa.

We hebben gevonden dat:
  • De jacht is verantwoordelijk voor een extreem laag aandeel van de gerapporteerde hoge belastingen voor habitats en soorten die onder de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn vallen.
  • De helft van de vogelsoorten waarvoor de jacht werd gerapporteerd als een hoge druk, zijn soorten met een goede status en trends in de Europese Unie (EU).
  • Habitatverlies door landbouw en verstedelijking vormt de grootste druk op vogels.
  • De belangrijkste gerapporteerde druk voor grote carnivoren is de impact van infrastructuur en illegaal doden.
  • Terwijl de Europese natuur onder meervoudige druk staat, zijn jagers belangrijke spelers in het behoud van zowel vogels als grote carnivoren.

 

Hoewel de vangst deel uitmaakt van de jachtactiviteit, is dit vaak marginaal in vergelijking met de populatieomvang, zoals blijkt uit oogstgegevens, en jagers voeren het hele jaar door acties uit voor natuurbehoud. Het Biodiversiteitsmanifest  van FACE toont een grote verscheidenheid aan acties van jagers die de biodiversiteit in heel Europa ten goede komen.

Lees hier ons rapport met meer informatie:Download het FACE RAPPORT

FACE is de stem van Europese jagers. We zorgen ervoor dat de jacht goed blijft voor jagers, de samenleving en de natuur.
www.face.eu


FACE is de Europese Federatie voor Jacht en Natuurbehoud. FACE, opgericht in 1977, vertegenwoordigt de belangen van de 7 miljoen jagers in Europa als een internationale niet-gouvernementele organisatie zonder winstoogmerk. FACE bestaat uit nationale jagersverenigingen uit 37 Europese landen, waaronder de EU-28. FACE wordt ondersteund door 7 geassocieerde leden en is gevestigd in Brussel. FACE handhaaft het principe van duurzaam gebruik en is sinds 1987 lid van de International Union for the Conservation of Nature (IUCN). FACE werkt samen met haar partners aan een reeks jachtgerelateerde zaken, van internationale natuurbeschermingsovereenkomsten tot lokale implementatiekwesties met de doel de jacht in heel Europa te ondersteunen.

 




Ervaringen met de Leica Geovid en de bijbehorende app tijdens de Gemsjacht in de bergen

Leica Geovid Pro en APP

Uiterste precisie? Exclusief voor de ‘sniper’ of ook voor de verantwoordelijke grofwild jager?

Door Donald Buijtendorp

Vast en zeker zijn er jagers die stinkend jaloers zijn op jagers die de kans en mogelijkheid hebben een gems te schieten. Bergjacht is iets bijzonders. Het is niet makkelijk, de afstanden waarop geschoten moet worden liggen gemiddeld boven de 200 meter, vaak nog veel verder. Bovendien is het een behoorlijke aanslag op je conditie. Een notoire bankzitter met wat overgewicht zal het van zijn karakter moeten hebben. Conditioneel is de gemsjacht voor die mensen af te raden.

Gelukkig doe ik veel aan sport en mijn BMI ligt binnen de gevarenzone. Verder ben ik getraind in schieten en je mag mij wel een specialist noemen op grote afstanden. Op 1500 meter weet ik een doel van 30 x 30 cm nog te treffen. Om de jacht op gemzen ten volle te ervaren is een voorbereiding nuttig. Zonder is niet verstandig.

Bofkont dat ik ben, ik kreeg van Leica de beschikking over hun nieuwe type verrekijker Geovid Pro 10×32 en de richtkijker PRS 5-30 x 56i. Heel mooi speelgoed, fantastische apparaten zo bleek wel in het gebruik tijdens de Jacht in Sölden, Oostenrijk. De voorbereiding voor mij besloeg het inregelen van de verrekijker met de ballistische App van Leica. Volgens de gebruikelijke werkwijze koppel je de verrekijker via Bluetooth aan de App die je van de App store hebt gedownload op je smartphone. Zonder de koppeling met de App is de verrekijker een gewone kijker met de mogelijkheid van afstandmeting, correctie voor naar boven en beneden schieten. Heel mooi natuurlijk maar de toegevoegde waarde komt echt van het samenspel tussen App en verrekijker Geovid Pro.

Zonder geweer geen jacht. Ik prijs mij gelukkig met een Blaser Ultimate R8 (Ausbildungswaffe), het type met verstelbare en aanpasbare kolf (lengte, hoog, laag, pitch) die ik ook voor mijn trainingen inzet. In Oostenrijk heb ik hem uitgerust met de 6.5 x 55 SE loop. Prima stabiel kaliber voor de gems, doet het goed op grote afstanden. Zeker wanneer je een patroon gebruikt met een hoge BC (ballistisch coëfficiënt). Tegenwoordig schiet ik bijna alles met loodvrije patronen. De Sellier & Bellot blue exergy. Ik schiet daar groepen mee van 12 mm op 100 meter. De energie op 200 en 300 meter is ruimschoots voldoende voor een meteen dodelijk treffen (respectievelijk 2050 en 1635 Joules). Mits je natuurlijk de juiste plek weet te vinden. Daar ga ik dan wel vanuit.

Leica Ballistics

Even over de App. Die download je gewoon (gratis) van de App Store. Nadat je de verrekijker via Pair Rangefinder, select new device, hebt gekoppeld kun je van start. De verrekijker meet de afstand (met de meting van de afstand komt ook meteen de verbinding tussen Geovid en App tot stand), corrigeert de hoek (naar boven of beneden) naar horizontale afstand, meet de luchtdruk en temperatuur. Eenheden die van invloed zijn op de ballistische baan van je patroon. Logisch dat je de ballistische gegevens van je patroon moet invoeren. In tegenstelling tot een belangrijke concurrent die gebruik maakt van de ballistische data die de munitiefabrieken verstrekken betrekt Leica haar ballistische data van Applied Ballistics (dat is het instituut dat over alle data beschikt en uitzoekt van munitie van over de hele wereld. Het is data zonder beperkingen, zonder positieve kleuring van fabrikanten). Concurrentie werkt vaak met data die niet verder gaat dan 500 meter. Op zich een meer dan toereikende afstand voor jacht. Maar goed. De Geovid Pro meet afstanden tot 2300 meter en vertaalt, samen met je ingegeven profiel in de App, het naar instructies over je aantal kliks omhoog en links/rechts voor de zijwind, desnoods tot 2300 meter.

Dat profiel instellen is dus een serieus dingetje. Mijn advies is dat te doen via Custom Data Entry. Je weet het kaliber en je Vo. Ik beveel aan je Vo na te meten. Fabrieksopgave is bijna altijd te hoog. Dat komt omdat zij van oudsher werken met een standaard loop van 60 of 63 cm om de Vo vast te stellen. De standaard loop voor een Blaser R8 is maar 57 cm en van een TIKKA t3x maar 51 cm. Kortere lopen geven een lagere snelheid. Uiteraard weet ook het gramgewicht van de kogel en het Ballistische Coëfficiënt. Je inschietafstand is 100 meter. Aan de slag!

Je gaat jagen in de polder, de afstand waarop je moet schieten ligt rond de 200 meter. Het is nu eenmaal zo, dichterbij komen gaat niet lukken. Het ree is goed aanspreekbaar. Je bent zeker van je zaak. De kogelvang is goed. Je smartphone met App zit in je jaszak. De Geovid Pro en je smartphone zijn met Bluetooth verbonden. Je meet de afstand met de Verrekijker. Hij geeft aan 210 meter, meteen daarna krijg je de informatie dat je 5 klikken omhoog moet geven. Dat stel je in op je richtkijker en zeker weten, mits je goed schiet, komt de kogel daar waar jij wil. Uiteraard op de juiste plek.

Gebruik tijdens de jacht

Ikzelf heb er heel goede ervaring mee. In Sölden (Oostenrijk) zagen we de juiste gemsbok voor afschot op een afstand van 320 meter onder een hoek van 30 graden berg op. Ik stel de richtkijker in, 12 klikken omhoog zei de Geovid. Ik kon nergens een goede steun vinden. De jachtgids Daniël, tevens pachter van het jachtgebied in Windachtal, roept zachtjes doch dwingend om achter hem aan te gaan. Hij weet een betere plek. Een stukje lager en dichterbij heeft hij een observatiekist staan. Geweldig, vol zicht op de gemsbok. Goede geweersteun. Afstand minder ver. Meten met de verrekijker. Nog maar 220 meter. 7 kliks hoog. Aldus draai ik de kijker 5 klikken terug. Nu moet het gebeuren. Klopt het, is het ok wat de Geovid Pro zegt? Absoluut, werkelijk onwezenlijk exact. Ik schiet en precies waar ik het schot wilde plaatsen is hij ook ingeslagen. De bok heeft zich ook niet meer bewogen. Alles gaat razendsnel in zijn werk. Meten, omhoog klikken, inademen en uitademen en de trekker overhalen.

Ik vind het een fantastisch hulpmiddel. Als je precies wilt werken en nul risico wilt lopen, dan zou ik omschakelen op gebruik van de Geovid Pro in samenwerking met de Leica Ballistics APP. Elke richtkijker met een ASV of ballistische toren voldoet prima. Met de Leica PRS 5-30 x 56i is het wel heel erg mooi. Kwalitatief hoogwaardig apparatuur kost een beetje geld. Het is een investering, maar zeker het overwegen waard.

Je moet het zelf afwegen. Wat wil je? Gemak? Geen gedoe. Stel dan je geweer in op de GEE voor je munitie en kaliber. (= 4 cm hoog) Tot 200-210 meter werkt dat prima, maar daarboven moet je toch gaan nadenken hoeveel cm hou ik nu meer hoog. Stel het zou 10 cm moeten zijn, dat gaat je niet lukken. Het lukt niemand overigens om precies 10 cm hoger aan te houden. Ultieme precisie is dan het toverwoord. Je loopt geen risico meer. Ziek schieten is er niet bij en als je een ervaren schutter bent, schiet je ook niet mis. Gun jezelf de waarde van precisie.

 

Zijwind correctie

Ook dat zit in de Leica Ballistics App. Leica is een samenwerking aangegaan met Kestrel (Amerikaans product. Windmeting gekoppeld aan ballistiek). Kestrel werkt ook met de data van Applied Ballistics vandaar. De Leica App werkt hetzelfde als de top apparaten van Kestrel, de 5700 Elite en de iets minder dure 2700. Op de app geef je aan de windrichting (op basis van uur richting. Dus wind komt van 1 uur of 7 uur). De windsterkte geef je in. Daar heb je dan wel weer een windmeter voor nodig. Een eenvoudige Kestrel voldoet daarvoor uitstekend. Apps via je mobiel zijn onbetrouwbaar (die werken via de microfoon van je toestel). Ja, en dan geeft de Geovid Pro aan wat je moet doen. Je meet de afstand. Die geeft hij aan. Meteen daarna zie je in de display van de kijker hoeveel kliks je omhoog moet en hoeveel kliks links of rechts voor de correctie van de zijwind. Het lastige van zijwind is dat hij zelden constant is. 15 kliks links kan 10 seconden later 20 kliks zijn of 6 kliks. Ik geef maar aan dat zijwind op grotere en nog grotere afstanden erg ingewikkeld is. Metingen zijn per saldo onbetrouwbaar. Je meet de wind op de aanschotplaats, maar hoe is de wind op 300 meter? Je wind correctie is uiteindelijk een kwestie van veel ervaring, inzicht en zien waar je inslag van de kogel is. Mis schieten op grote afstanden komt bijna altijd door zijwind.

Je schrikt wel hoeveel het kan zijn. Een voorbeeld. Kaliber 6.5 x 55 SE 7,8 gram , wind 4 m/sec, hoek 90 graden: op 300 meter gaat je patroon meer dan 20 cm om. Is de wind 8-10 meter per sec. (windkracht 5) dan wijkt je patroon zelfs bijna een halve meter af. Op 150 meter is dat al een dikke 10 cm. Wind is een gegeven waar je altijd rekening mee moet houden. Tot 100 kun je het verwaarlozen of het moet stormen (maar dan is schieten sowieso niet aan te raden). Maar vanaf 150 meter is mijn advies. Meet het. Geef de snelheid van de wind in op een ballistische app en zie wat de afwijkingen zijn. Succes. 

De Leica Geovid Pro is naast de 10 x 32 ook leverbaar in 8 x 32. Zijn gewicht is maar 870 gram. Dus niet te zwaar om de nek. Ideaal voor lange berstochten en gebruik op drijfjachten voor het goede aanspreken van komend wild.




Faunaschade op Gelderse natuurpercelen niet langer vergoed

De provincie Gelderland geeft vanaf 1 november geen tegemoetkoming meer bij faunaschade op natuurpercelen. Dat geldt ook op natuurgraslanden in ganzenrustgebieden waar dat de laatste jaren nog wel het geval was. Daarmee wordt stapeling van natuurbeheervergoeding en faunaschades voorkomen. Voor natuurpercelen die meerjarig worden verpacht en waarbij het contract voor 15 mei 2022 is afgesloten, geldt een tijdelijke uitzondering op de nieuwe regel. Voor deze percelen mag tot 2025 wel een tegemoetkoming in faunaschade worden aangevraagd.

 

Het besluit betekent dat voor faunaschade die zich voordoet op gronden van het Gelders natuurnetwerk geen tegemoetkoming meer kan worden aangevraagd bij BIJ12. Het gaat om percelen die met een beheertype op de kaart staan in het natuurbeheerplan van de provincie Gelderland. Ze vallen onder het Subsidiestelsel Natuur en Landschap en hebben primair een natuurfunctie, geen landbouwfunctie.

Met het invoeren van de nieuwe beleidsregels vervalt ook de toets op landbouwkundige beperkingen in Gelderland. Zo hoeven boeren met gepachte percelen met landbouwkundige beperkingen niet langer een pachtovereenkomst aan te leveren bij een aanvraag om een tegemoetkoming. Dit maakt het aanvraagproces eenvoudiger.

De tegemoetkoming in faunaschade is oorspronkelijk bedoeld voor landbouwbedrijven die voor hun bedrijfsvoering afhankelijk zijn van de gewasopbrengst van hun gronden. De tegemoetkoming compenseert de gemiste inkomsten. Natuurpercelen worden niet primair ingezet voor de landbouw. Bovendien hebben deze gronden een lagere economische waarde en opbrengst dan grond met een landbouwbestemming.

Toch werd hier in een groot aantal gevallen een tegemoetkoming in schade voor verleend. De provincie Gelderland vindt dat niet langer passend. Verder is het zo dat eigenaren van natuurpercelen – naast een vergoeding voor faunaschade – meestal ook subsidie vanuit het Subsidiestelsel Natuur en Landschap krijgen. Met de nieuwe beleidsregels wordt stapeling van natuurbeheervergoeding en faunaschades voorkomen.

 

bron: BIJ12, 08/12/2022