Inspraak NOJG in provinciale staten Overijssel woensdag 23 november 2022

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download




Brief NOJG Regio Limburg aan GS Limburg over verbod schadebestrijding vos op basis landelijke vrijstelling

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab




Geactualiseerde Wolvenplan verschijnt voor de zomer van 2023

 
Vanuit de provincies wordt gewerkt aan het nieuwe Interprovinciaal Wolvenplan dat het huidige plan zal vervangen. Het plan bevat een actualisering van het door provincies gevoerde beleid. Tevens wordt het door LNV gevoerde internationale beleid toegevoegd. Naar verwachting zal het geactualiseerde Wolvenplan voor de zomer van 2023 worden gepubliceerd. Dat meldt minister Vander Wal voor Natuur en Stikstof aan de Tweede Kamer.

 

Zwitserland heeft een wijziging van de aanhangsels van het verdrag van Bern voorgesteld waarbij het beschermingsniveau voor de wolf iets wordt verlaagd. Dit voorstel kan bij de lidstaten in de Europese Unie vooralsnog op onvoldoende steun rekenen, stelt Van der Wal. De minister vindt het nu ook niet verstandig om het standpunt van Nederland binnen de Europese Unie te wijzigen. Ze wil daar in ieder geval een advies van Raad voor Dieraangelegenheden afwachten. 

Nederland houdt de mogelijkheid om de beschermde status zelf te agenderen in Europees verband, aldus Van der Wal. Het is wel haar streven om op een grotere schaal te kijken naar de wolvenpopulatie, met als doel te komen tot een bredere Europese benadering van de wolvenpopulaties in de Europese Unie. Het ministerie van LNV heeft al de samenwerking gezocht met de Duitse nationale overheid om te komen tot een internationaal plan voor de gedeelde wolvenpopulatie. Hierbij wordt bekeken of ook met andere landen, zoals België, Luxemburg en Denemarken samengewerkt kan worden.

 

bron: Ministerie van LNV, 02/12/2022



Ruime Kamermeederheid voor gedragen telcijfers en beoordelingssytematiek wildsoorten

Tweede kamer logoDe Tweede Kamer heeft met grote meerderheid een motie aangenomen om te komen tot een wetenschappelijk gedragen telprotocol en analyse- en beoordelingssystematiek wildsoorten dit samen met onder meer de Jagersverenigingen, SOVON en andere betrokken organisaties. CDA Kamerlid Derk Boswijk diende hiervoor een motie in mede namens VVD, D66 en ChristenUnie tijdens het debat over de begrotingsstaten Ministerie van LNV voor het volgend jaar (2023) en kreeg hiervoor ook steun vanuit diverse oppositiefracties.

Ook steun voor motie BBB om reeds verzamelde WBE-data alsnog te betrekken

Tijdens het debat stond Caroline van der Plas (Boer Burger Beweging) al uitgebreid stil bij de maatschappelijke en economische waarde van jacht. Jagers zijn op jaarbasis goed voor 13.000 FTE vrijwillige tijdsinzet voor fauna- en natuurbeheer, omgerekend meer dan 600 miljoen euro per jaar aan inzet. Daarnaast benoemde zij de onvolkomenheden die ecologen en (internationale) wetenschappers hebben geconstateerd in de cijfers en rapporten waarop besluitvorming over het nu lopende jachtseizoen is gebaseerd. Een motie van haar hand die de minister verzoekt om de al jarenlang door wildbeheereenheden verzamelde cijfers alsnog te betrekken werd eveneens met brede steun van de Kamer aangenomen.

De minister had reeds in augustus aangekondigd, dat zij voor de nabije toekomst streefde naar een gebiedsgerichte aanpak, waarbij de jacht op een bepaalde soort alleen wordt geopend in gebieden waar het goed gaat met deze soort. Ik onderzoek de mogelijkheid om op provinciaal niveau de populatiestatus van de soorten van de wildlijst te bepalen. Mijn streven is daarnaast om samen met belanghebbenden te komen tot een gevalideerd en gedragen telprotocol. Dit heeft als voornaamste doel om in de toekomst ook de tellingen van de wildsoorten door wildbeheereenheden mee te kunnen nemen in de populatieberekeningen. Tenslotte laat ik aanvullend onderzoek doen naar de hoofdoorzaken van de achteruitgang van alle wildlijstsoorten, waarbij ook onderzocht wordt welke maatregelen genomen kunnen worden om deze achteruitgang blijvend om te keren.

Uiteraard worden de provincies en belanghebbenden betrokken bij het komen tot een gebiedsgerichte aanpak en de genoemde vervolgstappen. Op basis van de dan beschikbare informatie zal ik voorafgaand aan het jachtseizoen 2023/2024 een nieuwe afweging maken over het openen van de jacht op alle wildlijstsoorten.




Uitbraak Afrikaanse varkenspest in Tsjechië na vijf jaar

 
In Tsjechië is opnieuw na bijna vijf jaar een uitbraak van Afrikaanse varkens ontdekt bij een wild zwijn. Het dier werd op zo’n twintig kilometer van de Duitse grens gevonden nabij het dorp Jindrichovice pod Smrkem in de gemeente Liberec. Er is door de autoriteiten in Tsjechië direct een gebied van tweehonderd vierkante kilometer ingesteld ter observatie.

Wandelen in de bossen is beperkt, maar jagen is helemaal verboden, zodat de wilde zwijnen niet opgejaagd worden en op die manier AVP verder verspreiden. Doel van de maatregelen is onder meer om de wilde dieren niet op te jagen om zo verspreiding van de ziekteverwekker sneller te kunnen indammen. Alle karkassen van dieren moeten worden onderzocht op de ziekten en worden verwijderd.

Tsjechië is sinds drie jaar AVP-vrij, nadat in de zomer van 2017 bij twee wilde zwijnen in het oosten van Tsjechië het varkenspestvirus werd vastgesteld. Voor Tsjechië is het een nieuwe domper, want ze hebben de varkenspestbestrijding in 2017 voortvarend aangepakt, maar de uitbraken in Duitsland zijn een constante bron van zorg geweest. Zeker door het groot aantal gevallen in de deelstaat Saksen, die grenst aan Tsjechië. De Tsjechen zijn er altijd vanuit gegaan dat er een nieuwe besmetting via Duitsland zou kunnen komen en die zorg is nu waarheid geworden.

De verspreiding in Oost- en Zuid-Europa is in de afgelopen jaren sterk toegenomen. Ondanks de genomen controlemaatregelen worden er nog steeds talrijke gevallen van AVP vastgesteld, zowel bij wilde als varkens. Polen is tot nu toe het land met het hoogste aantal uitbraken van wilde zwijnen in 2022, terwijl Roemenië en Servië de meeste gevallen hebben gehad bij tamme varkens. Met de hernieuwde uitbraak in Tsjechië komt daar nog een land bij.




Politiek Faunadebat Zwanenburg

 

Hoofdrol voor de grauwe gans

Het CDA, PvdA, Groen Links en BBB schoven woensdagavond 23 november aan bij het Faunadebat in Zwanenburg. Het debat was door De Jagersvereniging en NOJG gezamenlijk georganiseerd, met als doel de Noord-Hollandse jagers een beter beeld te geven van de kandidaten die zich voor de Provinciale verkiezingen in maart 2023 verkiesbaar stellen.

De afwezigheid van de VVD en D66 in de zaal was een groot gemis en de afgevaardigde van de PvdA gaf aan na zeven jaar in de Provinciale Staten gezeten te hebben, komend jaar over te stappen naar het Waterschap. Niettemin leverde de avond boeiende discussies op aan de hand van verschillende stellingen. Daarnaast gaf de documentaire ‘Dilemma’s in de Nederlandse natuur’ de aanwezige politici een goed beeld van de vraagstukken waar jagers en andere partijen die werkzaam zijn in het buitengebied, mee worstelen.

Emoties

Voor de schadebestrijding van de grauwe gans was een duidelijke hoofdrol weggelegd. De emoties onder de zo’n zeventig jagers in de zaal liepen soms hoog op. Er wordt te weinig gebruik gemaakt van de kennis van de jagers, er is sprake van tegenstrijdige regelgeving tussen de provincies onderling en er is een gebrek aan afzetmogelijkheden van de geschoten wilde dieren. Dit waren thema’s die de gemoederen bezig hielden. Hierbij viel op dat de vertegenwoordigers van de vier partijen af en toe bij de jagers in de zaal te rade moesten gaan bij vragen over wetgeving en verantwoordelijkheid. Alle vier de Statenleden het wel eens: de afstemming tussen de provincies onderling moet en kan beter.

Betalen voor beheer

Onder de partijen bestond ook geen discussie over de noodzaak van populatiebeheer en schadebestrijding. BBB zou het zelfs goed vinden als de jager betaald zou worden, wanneer zij van de FBE de opdracht krijgen om zorg te dragen voor schadebestrijding en populatiebeheer. De op deze avond afwezige VVD heeft dit ook in haar verkiezingsprogramma staan. Het CDA en BBB in de provincie Noord-Holland hebben ook geen bezwaren tegen de benuttingsjacht.

Duurzame benutting

Ook bij de geanimeerde gesprekken in de pauze en na afloop was de grauwe gans niet ver weg. Wild van Wild serveerde ganzenpastrami en ganzenbitterballen. Deze lekkernijen gingen er bij de aanwezigen goed in. In de duurzame benutting van ganzenvlees ligt een mooie uitdaging voor jagers, verwerkers van wild en niet in de laatste plaats ook de politiek.

MironFilms · Faunadebat



Meer duidelijkheid over opruimen dode wilde vogels met vogelgriep

Het opruimen van dode wilde vogels met vogelgriep wordt voortaan per regio georganiseerd. Het ministerie van LNV heeft een leidraad opgesteld om het opruimen van de vogels in bijvoorbeeld weilanden en bij plassen te coördineren. Volgens natuurorganisaties gaat de leidraad niet ver genoeg en zijn er meer maatregelen nodig.

Er komt onder meer een app en landelijke telefoonnummer om dode wilde vogels te melden. Ook wordt een landelijke werkgroep met experts opgericht om de regionale coördinatie van het opruimen van dode wilde vogels te faciliteren. Zo moet duidelijk zijn wie in welke regio de verantwoordelijkheid neemt. Dat kan een veiligheidsregio zijn, maar ook provincies of gemeentes kunnen de regie oppakken.

Een wettelijke verplichting voor terreineigenaren om kadavers op te ruimen komt er niet. Natuur- en dierenhulporganisaties hadden daar wel voor gepleit. De twee dierenhulporganisaties DierenLot en Wildopvang.nl willen ook financiële ondersteuning van de overheid.

De ‘Leidraad omgang met wilde vogels met vogelgriep‘ is te vinden op de website van het ministerie van LNV.

Deze leidraad gaat over het opruimen van dode in het wild levende vogels (hierna: wilde vogels), waarvan wordt vermoed dat ze besmet zijn met hoogpathogene vogelgriep (hierna: vogelgriep) en de omgang met zieke wilde vogels. Deze leidraad ziet met name op de situatie waarin grote aantallen wilde vogels in Nederland dood gaan, in grote waarschijnlijkheid aan een hoogpathogeen vogelgriepvirus.

Het opruimen van kadavers van wilde vogels kan belangrijk zijn om besmetting van mensen, in het wild levende (zoog)dieren en gehouden dieren te voorkomen. Het niet opruimen van grote hoeveelheden dode dieren kan ook andere ziekten in de hand werken zoals botulisme en kan invloed hebben op de waterkwaliteit. Het is daarom belangrijk dat grote aantallen dode vogels opgeruimd worden.

Het opruimen van dode vogels met vogelgriep is een complex vraagstuk dat van verschillende perspectieven bezien kan worden. De afweging waar en wanneer dode vogels opgeruimd moeten of kunnen worden is niet eenduidig. Opruimen op stranden, op openbare plaatsen of juist in natuurgebieden of broedkolonies vraagt ieder zijn eigen afweging en vergt soms ook hele specialistische expertise.

Het is belangrijk dat het opruimen afgestemd wordt met zowel deskundigen over vogelgriep in wilde vogels als deskundigen over de betreffende wilde vogelsoorten zelf. Daarbij is het uitgangspunt dat eigenaren van de grond waar de kadavers liggen of terreinbeheerders zelf bepalen hoe het opruimen ingevuld wordt en om de afweging te maken wanneer vogels wel of niet opgeruimd moeten worden.

De situatie waarin het opruimen van enkele vogels gewenst is vanwege sterfte in broedkolonies wordt in deze leidraad een aantal keer als voorbeeld van de complexiteit aangehaald. De leidraad biedt op dit moment geen concrete protocollen die in een dergelijke situatie in het veld gebruik kunnen worden. Hier wordt aan gewerkt. De leidraad zal op dit punt later worden aangevuld.

bron: Ministerie van LNV / NOS, 30/11/2022



Wild zwijn valt secretaris voetbalclub Maaseik ( België) aan en verwondt deze zwaar

 

 

Agressief everzwijn valt secretaris van voetbalclub aan: 66-jarige man loopt zware beenwond op

Een agressief everzwijn heeft donderdagavond de secretaris van voetbalclub WAVO in Maaseik aangevallen.

Het incident gebeurde vlak voor de training. L.H. (66) liep een flinke wond op aan zijn been en werd afgevoerd naar het ziekenhuis.




Zorgen over veel te veel ganzen en zwijnen in Overijssel

rotte wilde zwijnen

Te veel ganzen en wilde zwijnen bezorgen boeren in Overijssel kopzorgen. Dat bleek deze week uit de inspraakreacties tijdens de behandeling van de nota Faunabeheer in de Statencommissie Landbouw & Natuur van provincie Overijssel. De nota vormt de basis voor het toekomstige faunabeleidsplan en bijbehorende faunabeheerplan.

 

Insprekers zijn kritisch op het voorstel van Gedeputeerde Staten om het eigenrisicopercentage voor ganzenschade te verhogen van 5 naar 10 procent. LTO Noord-bestuurder Hans van Beuzekom noemt het voorstel onredelijk, omdat er in de provincie de afgelopen jaren veel natte natuur is ontwikkeld. Dit zijn volgens hem nieuwe kraamkamers voor ganzen waarmee de populatie en dus de schade groeit.

‘In natuurgebieden mogen ganzen niet worden geschoten en inadequate beheermogelijkheden hebben de populatie doen vergroten. De aantallen moeten beheersbaar worden, voordat er wordt gekeken naar het eigen risico.’

Eigen risico verhogen

Gedeputeerde Staten willen ook het eigen risico voor wildezwijnenschade verhogen en wel naar 40 procent. Dat vinden insprekers namens LTO, de Producenten Organisatie Varkenshouderij en uit de regio rond Engbertsdijksvenen onredelijk, onhandig en onverstandig. Beheer in Engbertsdijksvenen is niet mogelijk. Hierdoor blijft er volgens de insprekers constante schadedruk op de omliggende landbouw.

De verhoging van het eigen risico zorgt voor spanning tussen boeren en jagers, terwijl er nu een goede samenwerking is. Insprekers stellen dat de verhoging gebaseerd lijkt te zijn op financiële motieven waar boeren de dupe van worden.

Ganzengedooggebieden

Ook blijkt dat er in de provincie weinig draagvlak is voor ganzenopvanggebieden. Dit komt enerzijds door de veel te grote populaties ganzen, anderzijds door de ervaringen die in het verleden op zijn gedaan bij eerdere foerageerregelingen.

Bufferzones rondom de opvanggebieden zorgen ook voor onrust. Van Beuzekom: ‘De foerageerregeling is vrijwillig, maar door deze keuze is het voor de naastgelegen boer geen vrijwillige keuze. Funest voor het draagvlak en saamhorigheid. Alleen een regeling met heldere, gunstige voorwaarden kan rekenen op lokaal draagvlak, maar die zien we niet in dit voorstel.’

Oktoberschade

Insprekers roepen Gedeputeerde Staten op om oktoberschade voortaan te vergoeden. ‘Tegenwoordig is het groeizaam weer in oktober waarmee er daadwerkelijk een redelijke opbrengst van het land kan worden gehaald’, stelt Van Beuzekom.

De behandeling van de nota Faunabeheer vindt plaats in de commissievergadering van januari.

bron: Nieuwe oogst

 



Nieuw portaal dejacht.nl – alles wat met de jacht te maken heeft

Om de jacht iets meer invoelbaar te maken voor de gemiddelde Nederlander hebben we een ‘Portaal’ gemaakt met wat eerlijke, realistische verhalen die een inkijkje geven in de praktijk. Dit in de hoop wat vooroordelen weg te nemen, die er de laatste 30 jaar door onze dierenvrienden ingepeperd zijn, maar dan zonder weer in de versleten discussies te vervallen.

De verhalen zijn gegroepeerd in verschillende categorieën:
–    De jager en zijn jachtveld
–    Het veld in
–    Niet geschoten – toch genoten
–    De jager en zijn hond
–    Seks in het veld
–    Meer mooie verhalen
–    Wildschade
–    Spannende gebeurtenissen
–    Of ziet u de jacht niet zo zitten?
–    De smaak van wild
–    De jachthoorn

Veel leesplezier onder de kertsboom !

Paul Bouwmeester




Meer ganzen in de wei betekent niet altijd minder opbrengst

Meer ganzen in de wei betekent niet altijd minder opbrengst. Dat is gebleken in onderzoek van een internationaal team geleid door het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW) in Friesland. Hun eerste conclusie is dat het aantal grazende ganzen niet een-op-een is te vertalen naar een verminderde grasopbrengst. Ze hebben over hun bevindingen gepubliceerd in het Journal of Applied Ecology.

De onderzoekers combineerden de maandelijkse Sovon-tellingen van ganzen in de Friese rustgebieden met gegevens over de verplaatsingen van ganzen, die zij volgden via speciale GPS-zenders. De ‘graasdruk’ die dat opleverde, vergeleken ze met de geschatte opbrengstvermindering uit de officiële schaderapporten van BIJ12. Alleen voor brandganzen viel een duidelijke relatie vast te stellen tussen ganzen en schade. De schade per brandgans bleek af te nemen naarmate velden intensiever begraasd werden.

Naast het aantal ganzen moet ook rekening worden gehouden met de periode waarin de ganzen er zijn, stellen de onderzoekers. Brandganzen blijven in het voorjaar langer in Nederland dan de grauwe ganzen en kolganzen, tot na de eerste keer maaien. De grotere soorten vertrekken juist nog voor het gras begint met groeien. Hierdoor dragen niet alle ganzensoorten evenveel bij aan de schade. Daarnaast hebben de grotere soorten liever wat langer gras. Deze verschillen zorgen ervoor dat de twee grotere soorten minder voorkomen in de gebieden met de grootste schade.

Opties zoals populatiebeheer moeten voorzichtig worden ingezet, vinden de onderzoekers. Het resultaat van een beheersmaatregel kan namelijk heel anders uitpakken dan gedacht. Als vervolg op dit eerste onderzoek bekijkt het team in een veldstudie ook de effecten van begrazing op de ontwikkeling van het gras. Daarna volgt er een nog een modelstudie waarin de onderzoekers alle kennis combineren, voor een beter inzicht in de effectiviteit van ganzenbeheer. De resultaten van de twee volgende studies worden begin 2023 verwacht.

Meer informatie is te vinden in de publicatie ‘More grazing, more damage? Assessed yield loss on agricultural grassland relates nonlinearly to goose grazing pressure’ in Journal of Applied Ecology.

 

bron: NIOO-KNAW, 23/11/2022



Ronde tafel gesprek met Tweede Kamer over jacht; Ecologen in Tweede Kamer: ‘Baseer jachtbeleid op goede cijfers’

 

De cijfers waarop het besluit is genomen om de jacht op de haas en het konijn te verbieden, zijn onbetrouwbaar. Dat betoogden Paul de Vos, namens de Wildbeheereenheid, en ecoloog Wim Knol, tijdens een hoorzitting over de jacht in de Tweede Kamer.

„De cijfers komen van de vrijwilligers van Sovon“, stelde De Vos. „Op landelijk niveau zijn die wel betrouwbaar, maar op provinciaal niveau niet.“ In veel provincies zijn de steekproeven te klein om valide te zijn, betoogde hij, en bovendien telt Sovon juist niet in de gebieden waar veel hazen voorkomen.

„Onbetrouwbare tellingen leiden tot onbetrouwbare trends“, voegde Knol daaraan toe. Hij wees erop dat de Sovon-vrijwilligers vooral overdag tellen, en hazen en konijnen als ‘bijvangst’ meenemen in de vogeltellingen waar ze in de eerste plaats het veld voor ingaan. Maar die hazen en konijnen zijn avond- en nachtdieren, die tevoorschijn komen wanneer de vrijwilligers alweer thuis zitten.

Knol pleitte ervoor om de tellingen van wildbeheereenheden ook mee te nemen. „Die tellen in 90 procent van het land, Sovon maar in één procent“, stelde hij. Bovendien tellen die ook ’s avonds, volgens gestandaardiseerde protocollen, en met behulp van apparatuur als infraroodcamera’s, die Sovon niet gebruikt.

Op een vraag waarom het CBS die tellingen dan niet meeneemt, gaf Knol een antwoord. „Daar heeft ze geen opdracht voor gekregen“, vertelde die. „De regering heeft het CBS opgedragen om de Sovon-tellingen te gebruiken“, stelde hij, „maar niet om ook andere data mee te nemen.“

De eerste ronde van het gesprek was zo nogal eenzijdig. Een spreker van Sovon (met de toepasselijke naam Rob Vogel) zou ook deelnemen, maar kon er niet op tijd zijn vanwege een treinstoring.

Michiel Houtzagers, bestuurder bij het Zuid-Hollands Landschap, wees erop dat Nederland een cultuurlandschap is, en geen natuurlandschap dat zichzelf onderhoudt. „In een cultuurlandschap moet je ingrepen doen om het in stand te houden“, zei hij, „en het beheren van de wildstand hoort daarbij.“ Hij sloot zich impliciet aan bij de sprekers uit de eerste ronde, en stelde dat voor een goed beheer goede data nodig zijn. „Dat zijn niet enkel de cijfers“, stelde hij, „maar ook wat je daaruit kunt afleiden.“

Wildlijst

Bestuurslid van Animal Rights Noor Evertsen en advocaat Marco van Duin hadden weinig boodschap aan de validiteit van de tellingen. Zij wezen op de Natuurbeschermingswet, die zegt dat er geen dieren mogen worden bejaagd als de stand van de instandhouding in het geding is. Op het moment staan er vijf soorten wild op de wildlijst – haas, konijn, fazant, houtduif en wilde eend – (en die mogen dus bejaagd worden), maar Van Duin stelde dat rapporten van de WUR en van Sovon aantoonden dat de staat van instandhouding van al deze vijf dieren slecht is. En volgens hem zou de wetgever de jacht op deze dieren dus moeten verbieden.

Willem Schimmelpenninck van Oijen, directeur van de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging, wees erop dat Van Duin de criteria van de Habitatrichtlijn en de definitie van de Natuurbeschermingswet door elkaar haalde. De criteria die Van Duin had genoemd over de staat van instandhouding staan in de Habitatrichtlijn, maar de Natuurbeschermingswet gaat daar niet van uit. Bovendien wees hij op een uitspraak van de Raad van State, die had geoordeeld dat een daling van de omvang van een populatie op zich niets zegt over de staat van instandhouding van een soort.

Wildschade

LTO-bestuurder Arnold Michielsen wees tenslotte op de schade die wild toebrengt. „In 2021 was de toegekende schade 37 miljoen euro“ vertelde hij de Kamer. „Dat is 6 miljoen euro meer dan in 2020, en toen was de schade ook al 6 miljoen hoger dan in 2019.“ Die schade blijft maar toenemen, wilde hij zeggen. „En bovendien is dat enkel de toegekende schade. De werkelijke schade is, volgens een berekening van het CLM, ruwweg vier keer zo groot.“

Het voorkómen van wildschade zou niet de taak van een ondernemer moeten zijn, vond hij. En bij de aanleg van nieuwe natuur zou tegelijk moeten worden bekeken hoe de door wild veroorzaakte schade vanuit die nieuwe natuur beheerst kan worden. „Dat gebeurt nog veel te weinig.“




Europarlement wil jacht op wolf openen, Commissie twijfelt nog.

STRAATSBURG – De gevreesde wolf moet minder strikt worden beschermd. Die oproep doet het Europees Parlement aan de Europese Commissie. Of de regels worden aangepast, is nog maar zeer de vraag.

Als het aan het Europees Parlement ligt, wordt de wolf minder strikt beschermd.

De wolf geniet al sinds jaar en dag royale bescherming in Europa. In 1979 is de vleeseter dankzij een internationaal verdrag op de lijst van beschermde dieren terechtgekomen. In de jaren negentig heeft Brussel dit in Europese regeltjes gegoten.

Het afschieten van probleemwolven is uit den boze. Nu het aantal wolven in Europa in rap tempo toeneemt, stijgt de overlast. Het wilde beest is sinds enkele jaren ook weer terug in Nederland. Ook bij ons verschijnen er steeds meer berichten over levend opengereten schapen, kalveren en pony’s.

’Achterhaalde wetgeving’

Een meerderheid van het Europees Parlement vindt het welletjes en wil af van de strikte bescherming. Ze roepen de Europese Commissie op om met een voorstel te komen om de regels aan te passen. Die maakt alvast kans op een parlementaire meerderheid.

„Ze zijn allang niet meer bedreigd. Het is achterhaalde wetgeving”, reageert SGP-Europarlementariër Bert-Jan Ruissen. Na jaren van debat is het de eerste keer dat het Europarlement zich duidelijk uitspreekt. Tot grote vreugde van CDA-politica Annie Schreijer-Pierik: „Nederland is Europees gezien niet meer dan een grote stad, dit is niet het natuurlijke verspreidingsgebied van de wolf. Het gaat daarom ook veel verder dan alleen economische schade: wat als je met je kinderen in het bos wandelt en een wolf tegenkomt?”

Pony Von der Leyen gedood

Voor de Europese Commissie kwam het onderwerp recent letterlijk heel dichtbij. Onlangs berichtten Duitse media dat de lievelingspony van kopstuk Ursula von der Leyen is gedood door een wolf. Het incident gebeurde op het landgoed van de barones in Duitsland. Toch lijkt Brussel, zo bleek deze week tijdens een debat, nog weinig te voelen voor het openen van de jacht.

Het dagelijks EU-bestuur zet liever in op het plaatsen van wolvenhekken. Pas als alles is geprobeerd, kan volgens de huidige regels onder strenge voorwaarden een uitzondering worden gemaakt. In Finland is de bescherming bijvoorbeeld iets minder streng om het beschermde rendier een kans te geven.




Spelende Drentse wolvenwelpen voor het eerst te zien

De welpen van Drenthe zijn door het Wolvenmeldpunt gefilmd. De beelden van een wildcamera in het Drents-Friese Wold tonen drie gezonde jonge wolven. Het zijn de eerste welpen in Noord-Nederland sinds de wolf ruim 150 jaar geleden in Nederland was uitgeroeid.

 

De opnames zijn van augustus dit jaar, de welpen waren toen drie maanden oud. Om de rust te waarborgen en de kans op verstoring door mensen te voorkomen komen de beelden nu pas naar buiten.

Bekijk hieronder de eerste beelden van de Drentse wolvenwelpen:

Spelende Drentse wolvenwelpen voor het eerst te zien
 

‘Rendez-vous-plek’

Twee reutjes (mannetjes) en een teefje verschenen in de zomer voor de wildcamera. Het is het kroost van het wolvenkoppel dat al ruim een jaar in Zuidwest-Drenthe aanwezig is. Op de beelden zie je de dieren kauwen op een tak, rondrennen en spelen met elkaar. Hans Hasper, provinciaal coördinator van het Wolvenmeldpunt, heeft na heel wat speurwerk de zogenaamde ‘rendez-vous-plek’ van de wolven gevonden: “Dit is de plek waar ouders de welpen achterlaten als ze gaan jagen.” Het is een rustige plek in het bos waar de welpen zich uren moeten vermaken, tot de ouders terugkomen met voedsel.

De beelden geven Hasper, die al jaren wolven in Drenthe en op de Veluwe monitort, een schat aan informatie. Hij ziet dat de welpen goed doorvoed zijn, dat ze op het eerste gezicht geen aandoeningen hebben zoals schurft of iets gebroken hebben. “Ze zien er bijzonder gezond uit”, zegt hij.

Met de ouders mee op pad

Er zijn meerdere van deze plaatsen in het bos. Hoe ouder de welpen zijn, hoe verder het van het ‘werphol’ af ligt. Nu ze zes maanden oud zijn, leren ze van de ouders hoe te jagen. “Ze zijn nu al echt volwaardige wolven: ze zijn zelfs al wat groter dan hun ouders. Ze gaan langzamerhand met de ouders mee op pad.” De ouders hebben reeën, hazen maar ook schapen als prooi gehad. De jonge wolven leren een wild dier te vangen, maar er is ook kans dat ze leren om schapen te pakken. “Het is de hoogste tijd om de handen ineen te slaan en ons vee te beschermen”, aldus Hasper.

Of de welpen uiteindelijk een eigen roedel in Drenthe gaan stichten is nog niet te zeggen. “De meeste jongen vertrekken als ze ongeveer anderhalf, twee jaar oud zijn. Het wil wel eens gebeuren dat ze wat omzwervingen maken als ze een maand of negen zijn. Ze kunnen ergens hier in Drenthe ook een roedel stichten, maar het kan ook in Duitsland zijn. Dat is koffiedik kijken.”

Meer weten over de welpen en de andere dieren op de rendez-vous-plek? Bekijk hier op ROEG! meer beelden van de wildcamera.




FACE bericht – EU – volgende stappen voor beschermde gebieden in Europa

Het Europese netwerk van beschermde gebieden wordt verbeterd. Tegen eind 2022 wordt de lidstaten verzocht hun toezeggingen in te dienen met betrekking tot verschillende doelstellingen voor de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030, waaronder doelstellingen voor beschermde gebieden.

Jagers zijn belangrijke belanghebbenden bij het leveren van instandhoudingsinspanningen op Natura 2000-gebieden. Het is belangrijk hieraan toe te voegen dat hier geen algemeen vermoeden bestaat tegen de jacht op Natura 2000-gebieden; de jacht moet verenigbaar zijn met de instandhoudingsdoelstellingen van de gebieden.

De EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030 vereist dat de lidstaten hun instandhoudingsinspanningen opvoeren om tegen 2030 30% van zowel het land als de zee in Europa te beschermen, waarvan 10% strikt moet worden beschermd. Volgens FACE is de kans op succes het grootst als de lokale bevolking expliciet wordt betrokken bij het behoud van deze gebieden. Wereldwijde ervaring met beschermde gebieden heeft aangetoond dat het beschermingsniveau niet de belangrijkste factor is bij het stoppen van het verlies aan biodiversiteit, maar eerder de empowerment van de lokale bevolking en het behoud van culturele en levensonderhoudvoordelen. Het Biodiversiteitsmanifest van FACE beschikt over de gegevens die aantonen welke belangrijke bijdrage jagers leveren aan het beheer van beschermde gebieden. Voor meer informatie over het werk van jagers, ook in beschermde gebieden, zie: www.biodiversitymanifesto.com . 

Het huidige ontwerp van het Global Conservation Framework (CBD), dat in december zal worden aangenomen op de CBD COP15 in Montreal, benadrukt dat beschermde gebieden effectief en rechtvaardig moeten worden beheerd en moeten worden geïntegreerd in de bredere landschappen. Dit volgt op het bewijs dat goed locatiebeheer belangrijker is dan het beschermingsniveau bij het leveren van voordelen voor de biodiversiteit.

Voor het doel van Europa’s beschermde gebieden zal het netwerk van terrestrische beschermde gebieden met circa  4% moeten worden uitgebreid en van strikt beschermde gebieden met  circa 7%. Er is meer werk nodig voor beschermde mariene gebieden, die tegen 2030 met 19% moeten zijn toegenomen. Volgens de Biodiversiteitsstrategie voor 2030 moeten alle oerbossen en oerbossen strikt worden beschermd, evenals andere gebieden met een rijke biodiversiteit die gedijen door natuurlijke processen. Volgens de richtlijnen van de Commissie kunnen er met de nieuwe categorie van strikt beschermde gebieden natuurlijk beperkingen gelden voor een aantal menselijke activiteiten, waaronder jagen en vissen, maar alleen wanneer dit gerechtvaardigd is op basis van locatiespecifieke kenmerken. Daarom is het van essentieel belang dat de belangrijkste belanghebbenden actief worden geraadpleegd om natuurbehoud op gemeenschapsniveau te bevorderen.

Tegen 2024 zal de Commissie beoordelen of verdere actie of nieuwe EU-wetgeving nodig is, maar op dit moment moeten de belanghebbenden zich concentreren op de nationale toezeggingsprocedures en het bevorderen van de betrokkenheid van de gemeenschap om ervoor te zorgen dat beschermde gebieden bijdragen aan natuurbehoud.

Voor meer informatie over de toekomst van beschermde gebieden in de EU: PDF hier downloaden

FACE is de stem van Europese jagers.
We zorgen ervoor dat de jacht goed blijft voor jagers, de samenleving en de natuur.
www.face.eu




Nieuwsbrief Jagen.nl

Lader Bezig met laden...
EAD logo Duurt het te lang?

Opnieuw laden Laad het document opnieuw
| Open Openen in nieuwe tab

Download