Faunaschade in het vizier! Brede infobijeenkomst zet Achterhoekse leden op scherp

 

 

Faunabeheer heeft baat bij een gezamenlijke aanpak en deugdelijke onderbouwing. Hiervoor zijn schademeldingen van groot belang, iets waar nog niet elke boer van doordrongen is. Daartoe organiseerde LTO Noord voor de drie Achterhoekse afdelingen een infobijeenkomst: ‘Faunaschade in het vizier!’

Het doel van deze bijeenkomst op 13 december: alle aspecten rondom landbouwschade door wilde dieren op een rij. Dan heb je het bijvoorbeeld over de wolf, bever, ree, das, gans en roek. Met name die laatste twee zorgen voor Achterhoekse boeren voor overlast én schade. Dan gaat het om het vervuilen van gewassen of verslemping, ofwel het aanpikken of wegvreten van gewassen.

LTO Noord: “Meld je schade, voor compensatie en onderbouwing”

LTO Noord, maar ook partners zoals de Faunabeheereenheid, constateren dat niet alle faunaschades gemeld worden. Dat is jammer”, stelt Hans van Beuzekom, bestuurslid LTO Noord regio Oost, met de portefeuille fauna. “Enerzijds laat een boer geld liggen waar hij of zij recht op heeft ter compensatie. Anderzijds dienen cijfers ter onderbouwing voor beleid. Het is dus van groot belang om schade te melden. En graag horen wij als LTO Noord ook graag waar je als boer tegenaan loopt bij je melding. Zo zijn veel regels gebaseerd op oudere processen; stel dat ganzen je duurdere kruidenrijke grasland aanvreten, dan wil je ook dat die reële schade vergoed wordt.”

 

 

 

 

 

Provincie, Faunabeheereenheid en BIJ12

Voor deze avond waren drie betrokken partijen uitgenodigd om de circa vijftig aanwezige boeren en tuinders bij te praten. Provincie Gelderland over het faunabeleid in Gelderland, FBE Gelderland over de uitvoering daarvan en BIJ12 over het protocol om schades te melden. Een goede samenwerking tussen boer en jager is hierbij van belang.

Afdelingsbestuurder: “Stel de agrariër centraal”

Volgens Robbert Remmelink, bestuurslid van LTO West Achterhoek, met onder meer de portefeuille fauna kwam de essentie goed over: “Succesvol schadebeheer met realistische vergoedingen ontstaat door een maximale samenwerking tussen provincie, FBE en BIJ12. De agrariër moet hierin centraal worden gesteld, aangezien dit de partij is met de daadwerkelijke schadekosten. Praktische invulling daarvan moet prioriteit krijgen, zodat het afhandelingsproces versnelt en de ergernis vermindert.”




Faunaschade op Overijsselse natuurpercelen niet langer vergoed

De provincie Overijssel geeft vanaf 1 november geen tegemoetkoming meer bij faunaschade op natuurpercelen. Daarmee wordt stapeling van natuurbeheervergoeding en faunaschades voorkomen. Het gaat om percelen die met een beheertype op de kaart staan in het natuurbeheerplan van de provincie Overijssel. Ze vallen onder het Subsidiestelsel Natuur en Landschap en hebben primair een natuurfunctie. Eventueel landbouwkundig medegebruik is ondergeschikt aan de natuurfunctie.

 

Met het invoeren van de nieuwe beleidsregels vervalt ook de toets op landbouwkundige beperkingen in Overijssel. Zo hoeven boeren met gepachte percelen met landbouwkundige beperkingen niet langer een pachtovereenkomst aan te leveren bij een aanvraag om een tegemoetkoming. Dit maakt het aanvraagproces eenvoudiger. Voor natuurpercelen die meerjarig worden verpacht en waarbij het contract voor 15 mei 2022 is afgesloten, geldt een tijdelijke uitzondering op de nieuwe regel. Voor deze percelen mag tot 2025 wel een tegemoetkoming in faunaschade worden aangevraagd.

De tegemoetkoming in faunaschade is oorspronkelijk bedoeld voor landbouwbedrijven die voor hun bedrijfsvoering afhankelijk zijn van de gewasopbrengst van hun landbouwgronden. De tegemoetkoming compenseert de gemiste inkomsten. In de oude Beleidsregel was al sprake van uitsluiting van gepachte reservaatgronden met beperkingen. Die lijn is nu doorgezet voor alle natuurgronden.

Natuurpercelen worden niet primair ingezet voor de landbouw. Bovendien hebben deze gronden een lagere economische waarde en lagere opbrengst dan grond met een landbouwbestemming. Toch werd hier in een aantal gevallen een tegemoetkoming in schade voor verleend. De provincie Overijssel vindt dat niet langer passend. Verder is het zo dat eigenaren van natuurpercelen – naast een vergoeding voor faunaschade – meestal ook een subsidie voor natuurbeheer krijgen. Met de nieuwe beleidsregels wordt stapeling van natuurbeheervergoeding en faunaschades voorkomen.

Boeren en grondgebruikers dienen hun aanvraag voor een tegemoetkoming in faunaschade in bij BIJ12, via de online portal MijnFaunazaken. Wanneer Overijsselse boeren binnenkort een nieuwe aanvraag indienen, is dit dus niet meer mogelijk voor natuurpercelen. Percelen binnen het natuurnetwerk worden nog wel getoond in MijnFaunazaken, maar in de laatste kolom ‘Gegevens compleet’ staat een rood kruisje. Dat betekent dat deze niet meer geselecteerd kunnen worden.

bron: BIJ12, 28/11/2023



Provincie Limburg maakt zich zorgen over toenemende gewasschade door wild

De provincie Limburg kampt met een aanzienlijk financieel tekort als het gaat om compensatie van boeren en tuinders die getroffen zijn door gewasschade door zoogdieren en vogels. Het speciale fonds dat vergoedingen uitkeert voor faunaschade, vertoont op dit moment een tekort van 700.00 euro, zo meldt De Limburger.

Het tekort is ontstaan doordat steeds meer agrariërs een beroep doen op het fonds. Daarnaast is de hoogte van de tegemoetkomingen gestegen, zo leidt de krant af uit cijfers van BIJ12, de organisatie die de samenwerkende provincies ondersteunt bij de uitvoering van wettelijke taken over het landelijk gebied en de (semi) openbare buitenruimte en ook alle aanvragen afhandelt.

Steeds meer boeren en tuinders kloppen aan bij de provincie omdat ze te maken hebben met schade door onder andere wilde zwijnen, dassen, roeken en zwarte kraaien. In totaal werd vorig jaar ruim € 900.000,- aan schadevergoeding uitgekeerd. Jarenlang lag dat bedrag op ongeveer de helft. De Limburgse gedeputeerde Léon Faassen roept agrarische ondernemers op om zelf ook maatregelen te nemen tegen eventuele faunaschade.

Theo Coumans, bestuurslid van de Limburgse Land- en Tuinbouwbond, laat De Limburger weten zich zorgen te maken over de toekomst. Volgens hem is de werkelijke schade vele malen hoger dan het totaal aan vergoedingen dat wordt uitgekeerd. Aanvragen voor een (gedeeltelijke) vergoeding zijn volgens hem veel te tijdrovend en bureaucratisch en daarom worden ook heel veel kleinere schades niet aangemeld en geeft het schadebeeld ook een vertekend beeld van de werkelijke faunaschade.




Onderzoek naar invloed ganzenvraat op grasgroei afgerond

Sovon Vogelonderzoek Nederland en onderzoeksbureau Altenburg en Wymenga hebben een meerjarig onderzoek afgerond naar de invloed die ganzenvraat heeft op grasgroei. Het onderzoek werd uitgevoerd in opdracht van BIJ12, de uitvoeringsorganisatie voor het afhandelen van faunaschade voor de provincies. De uitkomsten zullen een belangrijke bouwsteen gaan vormen voor de nieuwe taxatierichtlijn gras die in 2024 door BIJ12 wordt opgesteld.

Ganzen kunnen veel schade veroorzaken in de landbouw. Vooral in het voorjaar wanneer ze het verse gras eten dat net begint te groeien. Voor de geleden schade ontvangen veehouders een tegemoetkoming van de provincie. Deze tegemoetkoming is gebaseerd op de kosten die gemaakt worden voor het kopen van vervangend voer.

Het bepalen van de exacte omvang van grasschade gebeurt aan de hand van taxatierichtlijnen die door BIJ12, in opdracht van de provincies, zijn vastgesteld. Voor het opstellen van deze richtlijnen is actuele kennis nodig, bijvoorbeeld over grasgroei. Daarom liet BIJ12 de afgelopen jaren hier nieuw, aanvullend onderzoek naar doen door Sovon Vogelonderzoek Nederland en onderzoeksbureau Altenburg en Wymenga.

Het onderzoek richtte zich op de relatie tussen de groei van gras en de mate waarin dit door ganzen begraasd wordt. Onderzocht werd hoe goed het gras na begrazing weer doorgroeit. In het onderzoek werd ook gekeken naar factoren als wisselingen in temperatuur en neerslag en de invloed daarvan op grasgroei, in combinatie met ganzenvraat. Het onderzoek vond plaats in de periode 2019-2022 op graslandpercelen in drie deelgebieden: twee in de provincies Fryslân en één in de provincie Noord-Holland.  

Naast de onderzoekers waren de agrarische natuurvereniging Rûnom De Deelen, LTO Noord, ganzencollectief Fryslân, taxatiebureau Van Ameyde en de deelnemende boeren in Friesland en Noord-Holland betrokken. Het onderzoek heeft geleid tot een grote database met veel data over verschillende gebieden en jaren. Onderzoekers hebben hieruit onderstaande algemene bevindingen afgeleid.

De bevindingen zijn vastgelegd in het rapport ‘Grasgroei onder verschillende intensiteiten van ganzenbegrazing‘.

 

bron: BIJ12, 09/10/2023



LTO Noord reageert op concept Faunabeleid van provincie Utrecht

LTO Noord heeft via een zienswijze gereageerd op het concept-Interim Omgevingswetprogramma Faunabeleid en Monitoring van de provincie Utrecht. De opmerkingen van de landbouworganisatie hebben onder andere betrekking op de verantwoordelijkheid voor faunaschade, het opstellen van passende beoordelingen, en de focus op preventieve maatregelen in het beleid.

LTO Noord vindt dat schade die voortvloeit uit de uitvoering van het faunabeleid volledig vergoed moet worden. De organisatie wijst ook op het complexe proces van het opstellen van passende beoordelingen voor beheer en schadebestrijding in Natura 2000-gebieden. Verder vindt LTO Noord dat de focus van het beleid op preventieve maatregelen moet verschuiven naar het realiseren van beheerbare populaties.

Voordat nieuwe populaties wilde dieren worden toegestaan, moet er een Fauna Effect Rapportage worden opgesteld om de consequenties en schade te beoordelen en volledige vergoeding van faunaschade moet worden gegarandeerd. Bij de uitvoering van effectief faunabeheer is dataverzameling cruciaal voor het onderbouwen van faunabeheerplannen en ontheffingen, benadrukt LTO Noord. Hiermee kunnen beleidsbeslissingen beter worden onderbouwd.

De landbouworganisatie vindt een verhoging van het eigen risico voor ganzenschade naar 20% niet aanvaardbaar, zolang de doelstellingen voor beheerbare ganzenpopulaties niet zijn behaald. LTO Noord roept op tot een interprovinciale aanpak voor ganzenbeheer, met name in het westen van Nederland. Samenwerking tussen provincies is essentieel om de problematiek aan te pakken.

 

bron: LTO Noord, 27/07/2023



Zuid-Holland maakt aanvraag tegemoetkoming faunaschade mogelijk voor konijn, zwarte kraai, kauw, vos en houtduif – BIJ12

In de provincie Zuid-Holland kan vanaf 16 juli 2023 voor meer diersoorten een tegemoetkoming in faunaschade worden aangevraagd. Aanleiding is een recente uitspraak van de Raad van State waarin staat dat de landelijke vrijstellingen onvoldoende onderbouwd zijn. Daarnaast maakt de provincie het mogelijk om sommige schades gratis te laten taxeren.Houtduiven op graan

Tegemoetkoming

Als gevolg van de uitspraak kunnen in Zuid-Holland vossen, konijnen, zwarte kraaien, kauwen en houtduiven vanaf 16 juli 2023 niet meer worden bestreden ter voorkoming van landbouwschade. De provincie maakt het daarom mogelijk om een tegemoetkoming in faunaschade aan te vragen voor deze soorten. Grondgebruikers kunnen vanaf 16 juli 2023 hiervoor een tegemoetkoming aanvragen bij BIJ12 via het online portaal MijnFaunazaken. Let op: omdat de houtduif in het jachtseizoen nog wel bejaagd mag worden, komt de schade die ontstaat tussen 15 oktober en 31 januari, niet in aanmerking voor een tegemoetkoming.

Voorwaarden tegemoetkoming

Om voor een tegemoetkoming in aanmerking te komen moet aan verschillende voorwaarden worden voldaan. Zo moeten – behalve bij blijvend grasland – preventieve maatregelen genomen worden. In zijn algemeenheid geldt dat één akoestisch middel (bijvoorbeeld een gaskanon) en één visueel middel (bijvoorbeeld vlaggen) moeten zijn ingezet. In de Faunaschade preventiekits van BIJ12 staat een overzicht van de maatregelen die genomen kunnen worden. Klik hier voor een volledig overzicht van de voorwaarden. Het is niet nodig voor de genoemde diersoorten een ontheffing aan te vragen.

Taxeren schade door zwarte kraai, kauw, houtduif, fazant, wilde eend, haas en konijn

Naast de mogelijkheid om een tegemoetkoming in de schade aan te vragen, is het ook – per direct – mogelijk om de schade door zwarte kraai, kauw, houtduif, fazant, wilde eend, haas en konijn te laten taxeren. De grondgebruiker ontvangt dan geen tegemoetkoming maar de schadecijfers worden wel geregistreerd. De provincie Zuid-Holland gebruikt deze cijfers om het provinciale faunabeleid en de uitvoering daarvan te onderbouwen.

Het werkt als volgt: een grondgebruiker doet gewoon een aanvraag voor een tegemoetkoming bij BIJ12 via het online portaal MijnFaunazaken. Na aanvraag en betaling van € 300,- leges wordt de opdracht doorgezet naar taxatiebureau.

De leges worden per ommegaande geretourneerd.




Tegemoetkoming bij schade aan gewassen door vogels in Noord-Holland

Houtduiven op graanDe provincie Noord-Holland gaat in gesprek met boeren over alternatieven voor het doden en bestrijden van dieren om op korte termijn schade aan landbouwgewassen te voorkomen. Het gaat om de diersoorten knobbelzwaan, meerkoet, spreeuw, gaai, ekster, houtduif, zwarte kraai, kauw en konijn. Als er toch schade is, kunnen ondernemers een aanvraag indienen voor een schadetegemoetkoming. 

Het provinciebestuur komt tot het besluit na een uitspraak van Raad van State in april. In een beroepsprocedure tegen het Faunabeheerplan Algemene soorten 2017-2023 voor Noord-Holland oordeelde de Raad van State dat zowel de landelijke als de provinciale vrijstellingen in het faunabeheerplan onvoldoende onderbouwd zijn.

Landelijke en provinciale vrijstellingen maken het mogelijk om diersoorten die schade aan landbouwgewassen veroorzaken te bestrijden. De uitspraak van de hoogste rechter betekent voor de resterende looptijd van het faunabeheerplan in Noord-Holland tot eind dit jaar vooral preventieve maatregelen ingezet moeten worden. Er kan alleen nog met ontheffingen voor bestrijding gewerkt worden. Dit geldt voor alle handelingen waar de vrijstellingen over gaan, zoals afschot en nestbehandeling.

Voor afschot van de 8 soorten is voortaan per situatie een ontheffing nodig. Om die te krijgen is een onderbouwing nodig waaruit blijkt dat voor het doden van de diersoorten alternatieven ontbreken. Ook moeten nut en noodzaak zijn aangetoond en mag de staat van instandhouding, dus de totale populatie dieren, niet in gevaar komen.

De komende tijd gaat de provincie in gesprek met LTO Noord, natuurorganisaties, de Faunabeheereenheid, Omgevingsdienst Noord-Holland-Noord en BIJ12. De vraag ligt op tafel hoe om te gaan met de nieuwe situatie die is ontstaan als gevolg van de uitspraak. Ook werkt de faunabeheereenheid aan een nieuw faunabeheerplan algemene soorten.

De schadetegemoetkoming keert de provincie uit omdat het erg laat in het seizoen is voor boeren om zich aan te passen aan het plotseling wegvallen van de vrijstelling om dieren te doden. Om voor een schadetegemoetkoming in aanmerking te komen moet een ondernemer kunnen aantonen dat alles is gedaan om schade te voorkomen. Dat kan bijvoorbeeld door het plaatsen van netten over de gewassen of door afschrikmethodes. Meer informatie hierover is te vinden op de website van uitvoeringsinstantie BIJ12.

De Raad van State noemt in de uitspraak ook de vos. Voor het beheren van de vos is de ontheffing nog wel geldig. Het beheerplan ganzen in weidevogelgebieden blijft ook geldig. De onderbouwing voor het doden van deze diersoorten voldoet.

 

bron: Provincie Noord-Holland, 17/05/2023



Boeren: voorkomen faunaschade is gezamenlijk probleem

Bron: BIJ12
Veel boeren ervaren gewasschade door ganzen als een groot probleem. Maar ze hebben het gevoel er alleen voor te staan. Ook zijn er te veel ganzen. Daarom zien boeren het inzetten van preventieve maatregelen vaak niet als zinvol. Dit blijkt uit een onderzoek dat BIJ12 onlangs liet uitvoeren.



BIJ12 taxeert Limburgse maisschade met hulp van drones

In Limburg wordt faunaschade aan afrijpende mais dit jaar voor het eerst met hulp van drones in kaart gebracht. Vorig jaar deed BIJ12 hier in samenwerking met taxatiebureau Van Ameyde een proef mee. De resultaten waren succesvol, waarna besloten is de inzet van drones in heel Limburg toe te passen. In de toekomst zal dit mogelijk in meer provincies gelden.

Wanneer een grondeigenaar te maken krijgt met schade aan mais die veroorzaakt is door dieren, zoals zwijnen, dassen of vogels, kan hij een tegemoetkoming in de schade aanvragen bij BIJ12. BIJ12 handelt deze faunaschade af namens de provincies. De schade kan zich voordoen na de inzaai in de eerste fase van de groei, maar ook in de fase dat het gewas afrijpt.

Bij een schademelding stuurt BIJ12 een taxateur op pad die de schade opneemt door over de percelen te lopen. Dit gebeurt aan de hand van vastgestelde protocollen en richtlijnen die voor alle provincies gelden. Het opnemen van schade bij afrijpend gewas is een lastige klus omdat de maïs hoog staat en de plekken waar de schade zich bevindt moeilijker te overzien zijn. Daarom is BIJ12 vorig jaar in Limburg een proef gestart waarbij een dronepiloot vanuit de lucht foto’s maakte van de schadepercelen.

Twintig grondgebruikers met in totaal 40 percelen deden mee aan de proef. Door met de gemaakte dronebeelden het veld in te gaan, kon de taxateur gemakkelijker een nauwkeurige inschatting maken van de schade. Zowel het taxatiebureau als de grondgebruikers waren hier enthousiast over. Aan de hand van de dronebeelden kan de taxateur beter een looproute over het perceel bepalen. Ook maken de dronebeelden in één oogopslag duidelijk, voor zowel taxateur als grondgebruiker, waar de schade zich bevindt en wat de omvang is.

BIJ12 roept de Limburgse boeren dit jaar op hun aanvraag voor een tegemoetkoming in faunaschade aan mais ongeveer 10 dagen vóór de vermoedelijke oogst in te dienen. De taxateur neemt dan contact op over de hakseldatum. Zo kunnen dronepiloot en taxateur samen een goede planning maken om uiteindelijk 2-3 dagen vóór de oogst zowel te vliegen als te taxeren. Omdat het afrijpen van mais dit jaar door de extreme droogte sneller gaat dan normaal zal ook de oogst eerder zijn.

Of het werken met drones wordt uitgebreid naar andere provincies is nog niet zeker. Dit hangt ook af van de kosten die ermee gemoeid zijn. In 2021 werd door provincies voor bijna 1,14 miljoen euro aan tegemoetkomingen in faunaschade aan mais uitgekeerd. In de provincie Limburg ging het om een bedrag van bijna 190.000 euro.

 

bron: BIJ12, 05/09/2022