Catalaanse autoriteiten grijpen hard in na AVP-uitbraken: onderzoek bij laboratorium en drastische reductie van wildezwijnenpopulatie

De autoriteiten in de Spaanse regio Catalonië hebben de afgelopen dagen ingrijpende maatregelen genomen in reactie op de recente uitbraken van Afrikaanse varkenspest (AVP). Naast de aankondiging van een omvangrijk afschotprogramma om de populatie wilde zwijnen te halveren, vond op donderdag 18 december ook een politie-inval plaats bij het onderzoeksinstituut IRTA-CReSA, het enige laboratorium in de regio dat met het AVP-virus werkt.

Onderzoek na politie-inval bij IRTA-CReSA

De inval werd uitgevoerd door de Catalaanse politie (“Mossos d’Esquadra”) in samenwerking met de Guardia Civil, op grond van een rechterlijk bevel. De rechtbank gaf opdracht tot een zoek- en inbeslagnameoperatie in het laboratorium, dat in Cerdanyola del Vallès is gevestigd, vlak bij de locatie waar recent besmette wilde zwijnen zijn aangetroffen.

Het doel van de operatie is te onderzoeken of het virus mogelijk via een menselijke fout of een tekortschietend bioveiligheidsprotocol uit het laboratorium zou kunnen zijn ontsnapt. Voorlopig zijn daar geen aanwijzingen voor gevonden, maar de autoriteiten nemen geen enkel risico. Zowel documenten als monsters zijn veiliggesteld voor nader onderzoek.

Het “IRTA ” (Institut de Recerca i Tecnologia Agroalimentàries) heeft laten weten volledig mee te werken met de autoriteiten en benadrukt dat alle bioveiligheidsvoorschriften zijn nageleefd. Het onderzoek staat onder direct toezicht van justitie en de veterinaire autoriteiten, die verwachten de eerste onderzoeksresultaten begin januari te kunnen presenteren.

Halvering van de wildezwijnenpopulatie

Tegelijkertijd heeft de Catalaanse regering een grootschalig plan aangekondigd om de populatie wilde zwijnen drastisch te verkleinen. De regio telt naar schatting 125.000 wilde zwijnen, waarvan ongeveer 60.000 dieren zullen worden afgeschoten. De maatregel maakt deel uit van een bredere strategie tegen de verspreiding van Afrikaanse varkenspest en moet tevens de overlast, landbouwschade en verkeersincidenten met zwijnen beperken.

Volgens officiële cijfers schommelt de dichtheid momenteel rond de 6,2 zwijnen per vierkante kilometer, met uitschieters tot driemaal dat aantal in sommige gebieden. Het streefdoel is om dit terug te brengen tot maximaal vier zwijnen per vierkante kilometer.

Financiële regeling voor jagers

Voor de uitvoering van het reductieplan trekt de Catalaanse overheid een jaarlijks budget van ongeveer één miljoen euro uit. Jagers ontvangen een vergoeding van 18 tot 20 euro per geschoten dier, aangevuld met 5 tot 10 euro voor transport. De regeling moet in de komende maanden worden uitgewerkt in samenwerking met jagersverenigingen en lokale beheereenheden.

Het plan bevindt zich nog in de voorbereidingsfase en is nog niet officieel vastgesteld. Na goedkeuring zal Catalonië tot de eerste Europese regio’s behoren die op dergelijke schaal ingrijpt in de wildstand ter voorkoming van verdere verspreiding van AVP.

Context en vooruitblik

De recente AVP-uitbraken in wilde zwijnen in Catalonië hebben grote ongerustheid veroorzaakt bij zowel veehouders als overheidsinstanties. Hoewel de ziekte niet gevaarlijk is voor mensen, kan ze aanzienlijke economische schade veroorzaken in de varkenssector. De combinatie van forse populatiereductie en gerechtelijk onderzoek naar mogelijke besmettingsbronnen onderstreept de ernst waarmee de Catalaanse autoriteiten de situatie aanpakken.

Het komende jaar zal cruciaal zijn voor het verdere verloop van de bestrijding van AVP in Spanje. Zowel de resultaten van het laboratoriumonderzoek als de uitvoering van het populatiebeheer zullen bepalend zijn voor het succes van het beleid en de herziening van de regionale faunabeheerstrategie.




Extra informatie afgifte verzekeringen 2026

Haaksbergen 17 december 2025

Geacht NOJG-leden,

Hierbij willen wij u nogmaals kort informeren over de afgifte van de verzekeringsbewijzen, geldig vanaf 1 april 2026.

Eerdaags ontvangt u per e-mail, of per post in geval uw e-mailadres niet bekend is bij ons, het nieuwe bewijs voor aanvraag van de akte evenals de factuur voor lidmaatschap 2026.

Let op: De verzekeringen zijn uitsluitend geldig bij een volledig betaald NOJG lidmaatschap.

Informatie vanuit Meijers Assurantiën:

  • Maakt u momenteel gebruik van een standaard 1-jarig bewijs, dan hoeft u géén actie te ondernemen.
    Meijers Assurantiën zorgt ervoor dat u automatisch voor 1 januari 2026 een nieuw verzekeringsbewijs ontvangt.
  • Bij een lopend 3-jarig bewijs, geldig tot 01-04-2029, hoeft u géén actie te ondernemen.
    Meijers Assurantiën zorgt er voor dat u automatisch voor 1 januari 2026 een nieuw verzekeringsbewijs ontvangt.

Voor nieuwe verzekeringsaanvragen, die niet onder eerdergenoemde punten 1 of 2 vallen, geldt dat de aanvraag uitsluitend via de website jagers.verzekerdviameijers.nl kan worden gedaan. Deze mogelijkheid is alleen van toepassing op nieuwe aanmeldingen en het doorgeven van eventuele wijzigingen op lopende bewijzen.

Heeft u na 1 januari nog vragen? neem dan contact op met Meijers via jagers@meijers.nl of bel 020-6420524.

Bij deze wensen we allen fijne feestdagen en een voorspoedig Nieuwjaar.

Team Meijers/Hienfeld/NOJG

Nederlandse Organisatie voor Jacht en Grondbeheer
Postbus 72
7480 AB Haaksbergen

T: 053 – 57 24 833
secretariaat@nojg.nl | www.nojg.nl




FBE Fryslân: grote zorgen over ganzenbeleid Friesland

De Faunabeheereenheid Fryslân (FBE) uit scherpe kritiek op de toepassing van een nieuw rekenmodel door de Provincie Friesland voor de bepaling van de zogenoemde “beheerruimte” bij de schadebestrijding van overwinterende ganzen. Volgens de FBE leidt deze modelmatige benadering tot een rigide en onwerkbaar systeem, waarbij schadebestrijding automatisch kan worden stilgelegd zodra een model aangeeft dat populaties onder een vastgestelde grens dreigen te komen – zelfs wanneer ecologisch gezien geen risico bestaat voor de instandhouding van de soort.

Achtergrond: aanpassing provinciale verordening

De Provincie Friesland wil haar ganzenbeleid wijzigen via de Omgevingsverordening. Aanleiding hiervoor is een debat in Provinciale Staten van september 2024, waarin werd gevraagd te onderzoeken of de vrijstelling voor verjaging met ondersteunend afschot moest worden aangepast. Tevens werden moties aangenomen die opriepen tot ruimere mogelijkheden voor dergelijke verjaging.

Op basis van een ecologische effectenanalyse stelt de provincie nu onder meer de volgende wijzigingen voor:

  • Verruiming van de tijden voor ondersteunend afschot: van een half uur naar één uur vóór zonsopkomst en na zonsondergang.
  • Afschaffing van verboden: op het afschieten van ganzen die uit rustgebieden opvliegen.
  • Schrappen van operationele beperkingen, zoals het maximum aantal jagers of het aantal te schieten ganzen per actie.
  • Toelating van elektronische lokmiddelen bij verjaging.

De FBE ondersteunt deze aanpassingen, omdat zij beter aansluiten bij het natuurlijke gedrag van ganzen en bijdragen aan een praktische en transparante uitvoering. De verruiming zou bovendien dierenwelzijn ten goede komen door ganzen binnen effectieve en veilige schootsafstand te lokken.

Beperkte invloed in de praktijk

Volgens FBE-procesmanager Nikkie van Grinsven hebben de verruimingen in de praktijk weinig invloed op het aantal geschoten ganzen. Zij benadrukt dat het ondersteunend afschot niet is bedoeld voor populatiebeheer, maar voor het langdurig verjagen van schadeveroorzakende groepen.

Ook de opgeheven beperkingen qua jagers en afschotomvang hebben slechts beperkt effect, maar verhogen wel de uitvoerbaarheid en duidelijkheid van het beleid.

Zorgen over het rekenmodel (GRP)

De grootste zorg van de FBE geldt het gebruik van een **rekenmodel gekoppeld aan de gunstige referentiepopulatie (GRP)**. Friesland is de eerste provincie die deze GRP modelmatig als toetsingscriterium inzet. Wanneer de berekende populatie onder deze grens dreigt te komen, wordt verjaging met ondersteunend afschot verboden.

Volgens Van Grinsven is dit problematisch, omdat:

  • De GRP’s niet op ecologische ondergrenzen zijn gebaseerd, maar op historische winters (1990–2000).
  • Het model berust op aannames, onvolledige data en correctiefactoren, waardoor de uitkomsten onzeker zijn.
  • Het systeem feitelijk fungeert als “aan/uit-knop” voor schadebestrijding, terwijl populaties van trekganzen in werkelijkheid stabiel of stijgend zijn.

De FBE waarschuwt bovendien voor precedentwerking: als Friesland dit model juridisch bindend toepast, zouden andere soorten wellicht dezelfde toetsing moeten ondergaan, zonder ecologische noodzaak.

Internationaal perspectief

Binnen het AEWA-verdrag (African-Eurasian Waterbird Agreement) worden populatiemodellen slechts als **ondersteunend instrument** gebruikt – niet als juridisch beslissingskader. Friesland wijkt daarmee af van internationale praktijk, en dat kan volgens de FBE verstrekkende juridische en praktische gevolgen hebben.

Daarnaast is het model volgens de FBE ecologisch discutabel; in enkele gevallen zouden berekende overlevingscijfers zelfs biologisch onmogelijk zijn. Dit kan leiden tot zinloze beperkingen, waarbij schadebestrijding wordt stilgelegd terwijl de gunstige staat van instandhouding niet in gevaar is.

Pleidooi voor adaptief beheer.

De FBE roept de provincie op om het beleid te baseren op **monitoring, veldobservaties en lokaal ecologisch inzicht**, waarbij modellen slechts een adviserende rol spelen. Deze aanpak, het zogeheten **adaptief beheer**, sluit beter aan bij internationale normen en de praktijkervaring van jagers en boeren.

Tot slot noemt Van Grinsven het “onbegrijpelijk” dat Nederland, als land met de hoogste landbouwschade door ganzen in Europa (meer dan 100 miljoen euro per jaar), nu als enige lidstaat kiest voor een verzwaring van de regelgeving, terwijl de aantallen ganzen de afgelopen decennia verdubbeld tot verdrievoudigd zijn.

Reactie LVVN
Het ministerie van LVVN is gevraagd waarom het GRP-model als toetsingsinstrument wordt gebruikt. ‘Het gebruik van GRP’s (gunstige referentiepopulaties) vloeit voort uit afspraken die internationaal zijn gemaakt in AEWA verband (African-Eurasian Waterfowl Agreement). De redenatie is dat wanneer er overeenstemming is over de minimale populatieomvang die nodig is om aan internationale afspraken te voldoen, daarmee juridische ruimte ontstaat om populatiebeheer toe te passen, voor zover de populatie de GRP overstijgt. Provincies baseren hier hun beleid op en hebben daar interprovinciaal afspreken over gemaakt. In die zin gaat het om landelijk beleid, maar het Rijk is hier niet direct bij betrokken.’




Spanje onderzoekt mogelijke laboratoriumbron van varkenspestuitbraak nabij Barcelona.

De Spaanse autoriteiten onderzoeken of de recente uitbraak van Afrikaanse varkenspest bij Barcelona mogelijk afkomstig is uit een nabijgelegen onderzoeksfaciliteit. De regionale regering van Catalonië is een onderzoek gestart nadat het nationale ministerie van Landbouw meldde dat de aangetroffen virusvariant sterke overeenkomsten vertoont met een stam die vaak wordt gebruikt in wetenschappelijk onderzoek en bij de ontwikkeling van vaccins.

Volgens het ministerie komt de huidige virusvariant overeen met een stam die in 2007 in Georgië werd ontdekt. Sindsdien wordt deze stam wereldwijd toegepast in laboratoria voor experimenteel onderzoek. Dat vergroot volgens de autoriteiten de kans dat de besmetting onbedoeld uit een onderzoeksinstelling afkomstig is.

Tot voor kort gingen deskundigen ervan uit dat het virus via besmet voedsel het land was binnengekomen, mogelijk door restanten van een geïmporteerde sandwich die in contact kwam met wilde zwijnen.

Grote economische gevolgen

De uitbraak van Afrikaanse varkenspest — de eerste in dertig jaar in Spanje — heeft inmiddels geleid tot exportbeperkingen. Verschillende landen, waaronder Mexico, China en het Verenigd Koninkrijk, hebben de invoer van Spaans varkensvlees stilgelegd. Binnen de Europese Unie blijven de handelsstromen grotendeels in stand, al gelden er strikte beperkingen binnen een straal van twintig kilometer rond de besmettingshaard.

Spanje is een van ’s werelds grootste producenten van varkensvlees. Het virus, dat geen risico vormt voor mensen maar fataal is voor varkens en wilde zwijnen, werd vorige maand vastgesteld bij zes wilde zwijnen in de omgeving van Barcelona. De Spaanse overheid probeert de economische schade voor de sector zoveel mogelijk te beperken.

Bron: BNR / TPO, 6 december 2025




Regelgeving Gekwalificeerd Persoon verandert per 1 oktober 2025

Per 1 oktober 2025 verandert de regelgeving voor gekwalificeerde personen (GP) die wild keuren voor de handel: het diploma Wildhygiëne blijft niet langer levenslang geldig—voortaan is iedere GP verplicht zich elke vier jaar bij te scholen via een erkende online cursus van Stichting Jachtopleiding Nederland (SJN)[1].

Het is cruciaal dat alle jagers en wildbeheerders hun verplichte herregistratie voor wildhygiëne op tijd voltooien. U dient u zelf eerst via de NVWA te herregisteren. Dit waarborgt dat de verwerking van geschoten wild voldoet aan de hoogste standaarden van voedselveiligheid en hygiëne, en houdt uw certificering geldig. De herregistratie frist uw kennis op over onderwerpen als ziekteherkenning en juiste verwerkingsmethoden, wat bijdraagt aan de volksgezondheid. 

Nieuwe regels per 1 oktober 2025

  • Iedere GP moet de Wildhygiëne-cursus van SJN met succes hebben afgerond en geregistreerd staan in het nationale Register gekwalificeerde personen van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA)[1].
  • Scholing is elke vier jaar verplicht: via een korte online opfriscursus ontvangt de GP actuele kennis over wild en voedselveiligheid[1].
  • Nadat de cursus behaald is moet men binnen 10 werkdagen registreren; bij bestaande certificaten geldt een overgangstermijn van zes maanden voor registratie[1].
  • Voor registratie worden persoonsgegevens en een uniek cursistennummer (van SJN) vereist[1].

Doel en achtergrond van de wijziging

  • De wijziging is gebaseerd op Benelux-beschikking M(2019)13 die uitwisseling van gegevens tussen Nederland, België en Luxemburg regelt, samenwerking vergemakkelijkt, en toezicht verbetert.
  • Het nieuwe register maakt inzichtelijk wie nog als GP actief is, bevordert actuele kennis, en faciliteert centrale controle door bevoegde instanties als NVWA[1].
  • Gekwalificeerde personen vervullen een sleutelrol: zij voeren de eerste visuele keuring uit om te beoordelen of wild voor menselijke consumptie veilig is[1].

Praktische uitvoering en overgangsbepalingen;

  • Wie voor 1 oktober 2025 al een certificaat heeft, krijgt zes maanden om zich alsnog te registreren[1].
  • Registratie is online mogelijk via NVWA; bevestiging volgt per e-mail[1].
  • Niet voldoen aan bijscholing of registratie betekent dat het recht op eerste keuring komt te vervallen en registratie kan worden ingetrokken[1].

Vanaf 1 oktober 2025 zijn deze maatregelen verplicht voor alle gekwalificeerde personen die het geschoten wild voor de handel onderzoeken en een Verklaring Eerste Onderzoek willen opmaken. Actuele kennis en registratie zijn essentieel voor veiligheid en controle binnen de Benelux[1]

Deze maatregelen sluiten aan bij Europese harmonisatie van wildhygiëne- en keuringsregels voor vrij wild bestemd voor menselijke consumptie en vergroten transparantie en samenwerking.

Registratie Nationaal Register GP’s

In het kader van Europese wetgeving is een nationaal register voor Gekwalificeerd Personen (GP’s) ingesteld. De meeste personen konden zich inmiddels succesvol registreren, maar bij sommigen verliep dit niet goed. Op 22 oktober jl. is echter een update uitgevoerd, waardoor de eerder gemelde fouten nu opgelost lijken te zijn. Had u in de afgelopen weken problemen met registreren? Probeer het dan nu opnieuw.

Benodigdheden voor registratie bij de NVWA

• U heeft uw vijfcijferige cursistnummer nodig. Dit nummer is op 1 oktober jl. per e-mail naar u verstuurd door de SJN.

Geen e-mail ontvangen?

  • Mogelijk is uw e-mailadres niet bij de SJN bekend.
  • Neem in dat geval contact op via het contactformulier op de website van de SJN
  • U ontvangt het cursistnummer dan alsnog per e-mail.

Problemen met registreren?

Heeft u het cursistnummer wél ontvangen, maar lukte de registratie vóór 22 oktober niet? Controleer dan het volgende:

  • Woont u in Nederland? Log in via DigiD.
  • Woont u in het buitenland? Gebruik dan de andere inlogroute.

Belangrijk

Bent u nog niet geregistreerd? U loopt geen risico. Er geldt een wettelijke termijn van zes maanden voor registratie. In de tussentijd kunt u gewoon als GP blijven optreden.

  • Probeer de registratie opnieuw.
  • Heeft u nog steeds problemen? Meld dit dan via het contactformulier, zodat eventuele fouten kunnen worden opgespoord.

Nascholing

Bent u al geregistreerd en wilt u nascholing volgen? Deze zal naar verwachting begin 2026 beschikbaar zijn.

  • Houd het cursusaanbod in de gaten op jachtopleiding.com.
  • Zodra de inschrijving opent, ontvangt u een e-mail van de SJN (mits u als GP bij de SJN bekend bent).

CURSUS ONLINE

Online cursus 10000 plaatsen vrij Let op: De inschrijving is nog niet geopend – u ontvangt bericht wanneer deelname mogelijk is.

KOSTEN

De inschrijving voor de cursus staat het hele jaar doorlopend online open. Het lesgeld voor de SJN-cursus Jacht & Faunabeheer 2025/2026 bedraagt € 55.00,– inclusief 21% btw. Dit bedrag moet direct bij aanmelding worden voldaan. Je inschrijving is pas definitief nadat we zowel je gegevens als de betaling hebben ontvangen.

Bronnen:

[1]Gekwalificeerd Persoon: vernieuwde regelgeving in https://www.nvwa.nl/onderwerpen/wild/verkopen-wild-door-jagers/registreren-als-gekwalificeerd-persoon




Venato 2025-Woensdag 10 december 2025

Op woensdag 10 december wordt er weer gestreden om de titel ‘beste zweethond van Nederland’. Een spannende exercitie want een hond mag maar één keer in z’n leven meedoen met de Venato. In totaal strijden maximaal 7 jachthonden en hun voorjagers om deze titel. De jachthonden zijn getraind op het opsporen van ziek geschoten of aangereden grofwild. De Venato wordt weer georganiseerd door de Nederlandse Brakkenclub en belooft net als vorig jaar een groot succes te worden. Inschrijven is niet mogelijk want de honden worden geselecteerd en uitgenodigd op basis van de behaalde resultaten in de zweetspoorproeven van het afgelopen jaar. De actuele tussenstand voor kwalificatie is te zien op de website van de organisatie: www.venato.info

De proef:

De te volgen sporen worden 20-24 uur van tevoren door de keurmeesters gelegd met zweet en snijhaar van wild en is 1000 meter lang. Het is een spoor dat de praktijk zo goed mogelijk nabootst. Van toepassing is een CAC zweetspoorproef D van het AVR supplement voor dashonden, zweethonden en terriërs. De deelnemende honden en hun voorjagers hebben 90 minuten de tijd om het stuk te vinden en moeten onderweg alle kansen benutten om werkwijze, spoorvastheid en spoorwil te laten zien. Het team met de hoogste beoordeling wint de felbegeerde Venato Bokaal.

10 december 2025:

Om voor deelname aan de Venato uitgenodigd te worden hebben jager en hond al een lange weg afgelegd. Jarenlang trainen en afleggen van proeven gaan eraan vooraf. Alleen honden met de beste resultaten krijgen een uitnodiging voor de Venato. Toeschouwers zijn op 10 december van harte welkom. Meekijken met de proef kan omdat de voorjager tijdens de proef een camera op de borst heeft. Het spannende en zware werk van de jachthond en zijn voorjager is geweldig om naar te kijken. Voor meer informatie en updates over de actuele puntenstand kunt u ons volgen op www.venato.info




Nieuws FBE Noord-Holland

De provincie Noord-Holland staat in de komende jaren voor een aanzienlijke en urgente uitdaging met betrekking tot het beheer van de grauwe ganzenpopulatie. In het bijzonder dient het afschot van grauwe ganzen in 2026, en naar verwachting ook in de daaropvolgende jaren, meer dan te worden verdubbeld ten opzichte van het niveau in 2024.

Deze aanzienlijke intensivering is noodzakelijk om de schade aan natuurwaarden en agrarische belangen, evenals de risico’s voor de vliegveiligheid rondom Schiphol, doeltreffend te kunnen beperken. De doelstellingen en de onderbouwing hiervan zijn uitgebreid uiteengezet in het Faunabeheerplan Ganzen 2025-2031.

De urgentie van deze opgave is groot; tijdsdruk vereist directe en grootschalige actie. De noodzaak tot verregaand ingrijpen wordt nogmaals bekrachtigd in de recente brief die door gedeputeerde Beemsterboer aan alle Wildbeheereenheden (WBE’s) is verzonden.

Samenvatting van de nieuwsbrief

Uitdaging 2026:

Elke WBE in Noord-Holland moet het afschot van grauwe ganzen in agrarische gebieden minimaal verdubbelen ten opzichte van 2024, om schade aan natuur, landbouw en vliegveiligheid (Schiphol) te beperken. Deze doelstelling is onderbouwd in het Faunabeheerplan Ganzen 2025-2031.

Urgentie:

De opgave is urgent en vereist directe, grootschalige actie. Dit wordt bevestigd door een recente brief van gedeputeerde Beemsterboer aan alle WBE’s.

Uitvoering:

Het grootste deel van het afschot moet in het voorjaar plaatsvinden (februari t/m april) om nieuwe aanwas van de populatie te voorkomen. De doelstellingen worden jaarlijks geëvalueerd en bijgesteld waar nodig.

Rollen:

o WBE’s zijn lokaal verantwoordelijk voor het behalen van de doelen en fungeren als aanspreekpunt voor agrariërs, jachthouders en jagers.
o De FBE coördineert en ondersteunt op provinciaal niveau, bewaakt het overzicht en biedt waar nodig versterking.

Versterkingspakket FBE:

o Koelingen voor geschoten ganzen, zodat jagers deze eenvoudig kunnen afleveren en transport naar de slachterij wordt geregeld.
o Communicatiemiddelen voor jagers (visitekaartjes, magneetplaten, hesjes, posters).
o Ondersteuning bij weerstand uit de omgeving, bijvoorbeeld bij klachten van omwonenden.
o Mogelijkheid om ganzenlokkers en munitie via de FBE te bestellen.
o Optie om zonder grondgebruikersverklaring jachtveld-overschrijdend te werken.
o Aanvulling met beroepsmatige inzet indien vrijwillige inzet onvoldoende is.
o Specifieke inzet voor het afschot van koppelvormers en broedende ganzen.

Administratie en deadlines:

o Iedere WBE ontvangt een e-mail met vragen en dient het formulier uiterlijk 10 januari 2026 ingevuld terug te sturen.
o Vragen kunnen tot 5 januari gesteld worden via info@fbenoordholland.nl.




Afrikaanse varkenspest vastgesteld bij wilde zwijnen nabij Barcelona

Op 26 november 2025 zijn in Bellaterra (Barcelona) twee dode wilde zwijnen aangetroffen die positief testten op Afrikaanse varkenspest (AVP). Dit is de eerste bevestigde uitbraak van AVP in Spanje sinds 1994, vastgesteld door het Centraal Veterinair Laboratorium in Algete (Madrid). De vondst vond plaats nabij de campus van de Autonome Universiteit van Barcelona, in een dichtbevolkt gebied aan de rand van de stad.

Directe maatregelen

Het crisishandboek voor AVP is geactiveerd. Maatregelen omvatten:

* Afbakening van het besmette gebied
* Actieve opsporing en vernietiging van kadavers onder toezicht
* Jachtverbod om verspreiding te voorkomen
* Beperkingen op niet-essentiële activiteiten en bezoeken aan varkenshouderijen
* Versterkte bioveiligheidsmaatregelen op bedrijven in de regio

Toezicht en meldplicht

Het ministerie van Landbouw roept de sector op tot strikte bioveiligheid en toezicht, zowel bij varkens- als wilde zwijnenhouderijen en tijdens transport. Vermoedens van besmetting moeten direct worden gemeld. Er loopt onderzoek naar de bron van de infectie.

Wilde zwijnenproblematiek in Barcelona

De wilde zwijnenpopulatie rond Barcelona groeit, vooral nabij natuurparken. De dieren zoeken voedsel in afvalcontainers, wat leidt tot overlast, confrontaties en gezondheidsrisico’s, zoals hepatitis E en nu AVP. De gemeente heeft maatregelen genomen, waaronder hekken rond afvalcontainers, boetes voor het voeren van zwijnen en publiekscampagnes tegen het voeren van stadsdieren. Door het jachtverbod wordt het beheer van de populatie bemoeilijkt.

Economische impact en achtergrond

Catalonië en Aragón zijn belangrijke regio’s voor de Spaanse varkenshouderij. Spanje is de grootste producent van varkensvlees binnen de EU. Na een langdurige strijd tegen AVP verdween het virus in 1994, maar de huidige uitbraak betreft een ander genotype. Spanje heeft recent afspraken gemaakt met China over regionalisering bij een AVP-uitbraak, maar landen buiten de EU kunnen alsnog importbeperkingen instellen.




Boeren mogen volgend jaar weer houtduiven verjagen in Noord-Holland

Agrariërs in Noord-Holland krijgen binnenkort opnieuw toestemming om houtduiven te bestrijden, zoals zij dat vóór 2023 gewend waren. Naar verwachting wordt het verjagen en, indien noodzakelijk, het afschieten van houtduiven vanaf februari volgend jaar weer toegestaan. Dit is bekendgemaakt door de provincie Noord-Holland in een persbericht.

Enkele jaren geleden verviel, na een rechterlijke uitspraak, de vrijstelling om houtduiven buiten de reguliere winterse jachtperiode te bestrijden. Hierdoor nam de schade aan landbouwgewassen aanzienlijk toe, evenals de compensatiekosten. Zo moest de provincie vorig jaar 8,5 miljoen euro aan houtduivenschade vergoeden.

Met een nieuw beheerplan mogen houtduiven vanaf volgend jaar weer worden verjaagd zoals voorheen. Vooral telers in West-Friesland ondervinden veel hinder. Door daarnaast “in beperkte mate” exemplaren af te schieten, leren andere houtduiven volgens de provincie dat de betreffende akkers onveilig zijn, waardoor ze deze locaties mijden.

Voor het opzetten van een proef die een zorgvuldige uitvoering en goede samenwerking tussen boeren en jagers op agrarische percelen moet waarborgen, stelt Noord-Holland één miljoen euro beschikbaar.

Zodra agrariërs houtduiven weer actief tijdens het groeiseizoen kunnen bestrijden, vervalt de mogelijkheid om financiële schade aan gewassen te verhalen. Dit kan ertoe bijdragen dat de jaarlijks stijgende kosten voor faunaschade worden teruggedrongen. Dit jaar verwacht Noord-Holland ruim 42 miljoen euro aan faunaschade, terwijl voor 2026 een bedrag van 70 miljoen euro wordt voorzien.

Schade door ganzen

Een groot deel van de schade aan landbouwgewassen wordt veroorzaakt door ganzen. De provincie streeft ernaar de omvangrijke populatie overzomerende ganzen de komende jaren terug te brengen tot een stabiel, laag niveau. Dit gebeurt onder meer door het inzetten van afrasteringsnetten en knalapparaten; indien deze maatregelen onvoldoende effect hebben, wordt het afschot uitgebreid. Boeren die schade ondervinden door ganzen behouden het recht op schadevergoeding.




Meest gestelde vragen en antwoorden over jagen bij Vogelgriep

Vraag: Mag ik jagen als er vogelgriep is?

Antwoord: Ja, jagen is toegestaan. Dat mag overal in Nederland, ook in gebieden waar beperkingen gelden vanwege vogelgriep. De regels hierover staan in een Kamerbrief van januari 2023 en gelden nog steeds.

Vraag: Mag ik een geschoten (wild) dier meenemen?

Antwoord: Ja, dat mag. Maar let op: als je in een beperkingsgebied een vogel hebt geschoten, dan mag je die niet meenemen.

Vraag: Mag ik vogels meenemen die ik in een beperkingsgebied heb geschoten?

Antwoord: Nee, dat mag niet. Vogels die je in een beperkingsgebied hebt geschoten, moet je aanbieden voor vernietiging via Rendac. Dit gaat via de gemeente. Je mag deze vogels dus niet zelf meenemen.
Deze regel geldt alleen in beperkingsgebieden. Zo’n gebied blijft 30 dagen van kracht. Tijdens die periode mag faunabeheer wel doorgaan, maar de geschoten vogels moeten worden afgevoerd.
Wil je weten waar in Nederland beperkingsgebieden zijn? Kijk dan op: GeoWeb

Vraag: Waarom mag ik geen vogels meenemen uit een beperkingsgebied?

Antwoord: Dat komt door Europese regels voor dierengezondheid (AHR: Animal Health Regulation). Nederland mag deze regels niet zelf aanpassen.
De regel is er om te voorkomen dat mogelijk besmette dode vogels worden verplaatst. In een gebied met vogelgriep is de kans namelijk groter dat wilde vogels ziek zijn. Daarom moeten kadavers daar blijven om verdere verspreiding van het vogelgriepvirus te voorkomen en op een veilige manier worden afgevoerd.

Vraag: Hoe bescherm ik mezelf als jager tegen vogelgriep?

Antwoord: Als jager is het belangrijk om voorzichtig te zijn met dode vogels. Vogelgriep kan besmettelijk zijn. Volg daarom altijd de richtlijnen, zie: Leidraad omgang met wilde dieren met vogelgriep | Rapport | Rijksoverheid.nl)
Let op het volgende:

  • Draag altijd handschoenen als je dode vogels aanraakt.
  • Gebruik een goed afgesloten zak om de vogel te vervoeren (zie paragraaf 5.2 van de leidraad).
  • Slacht, pluk of maak geen vogel schoon thuis. Dit vormt een risico op besmetting. Het virus kan dan via de lucht of via het vlees en de organen worden verspreid.
  • Wees extra voorzichtig met wilde eenden. Veel van hen zijn besmet zonder dat ze ziek lijken. Dit geldt voor heel Nederland.
  • Besmet vlees is pas veilig als je het goed verhit. Zorg ook voor goede hygiëne: was je handen goed en maak messen, snijplanken en andere spullen goed schoon.

Heb je binnen 10 dagen na contact met dode of zieke vogels of zoogdieren griepklachten? Neem dan contact op met je huisarts en zeg dat je met (mogelijk) besmette dieren in contact bent geweest. De huisarts kan dit melden bij de GGD als er een vermoeden is van vogelgriep.