Vos kan weer bestreden worden in de provincie Utrecht met ingang van 3 mei 2023
Provincie Utrecht – bestrijden vos vanaf 3 mei 2023 weer jagen op de vos in onze provincie voor de bescherming van de weidvogels en andere diersoorten. Daarom heeft de provincie Utrecht toestemming gegeven om op vossen te bestrijden.
Weidevogel beschermen
De jacht op de vos is een langslepend juridisch gevecht tussen de provincie en de natuurorganisaties.
In de zomer van 2020 verleende het college van gedeputeerde staten van Utrecht een ontheffing aan de faunabeheereenheid. Daardoor mocht er ‘s nacht gejaagd worden op het roofdier in bepaalde gebieden in de provincie.
Natuurorganisaties gingen tegen deze ontheffing in beroep en in februari 2022 gaf de rechter de organisaties gelijk: de provincie moest hun besluit aanpassen. In juni 2022 wilde de provincie dat de rechter die uitspraak zou schorsen. Dat is niet gebeurd. Daaropvolgend heeft de provincie een nieuw besluit genomen, met aanpassingen in de onderbouwing. Verder laat de provincie wel in stand dat er op de vos gejaagd mag worden. En die ontheffing gaat vanavond – 3 mei – in.
Het argument van de provincie voor de jacht op vossen is dat ze de weidevogel in gevaar brengen. De natuurorganisaties vechten dit opnieuw aan en vragen bij de Raad van State om een zogenoemde ordemaatregel. Dat betekent dat ze willen dat de jacht wordt stopgezet, totdat de rechter met een definitieve uitspraak komt.
Het collectief Eemland hoopt dat na morgen blijkt dat er juist wel ‘s nachts op de dieren mag worden gejaagd. “Dat hoeft wat ons betreft niet provinciebreed, ze veroorzaken namelijk lang niet overal overlast”, vindt Bos. “In het natuurlijk territorium van de dieren valt het heel erg mee, maar de grote populatie trekt dus de polder op.”
Stichting Jachtopleidingen Nederland start weer met reeks webinars
Vanaf 23 mei start de SJN weer met een reeks nieuwe interessante webinars. In anderhalf uur durende webinars wordt een breed aanbod aan onderwerpen binnen de jacht en natuurbeheer behandeld. U kunt u al inschrijven voor de volgende webinars:
Kijk snel op www.jachtopleiding.com voor meer informatie! |
Uitnodiging NOJG leden regio Utrecht
Actie – Koop een ZEISS-product en krijg tot € 300 cashback voor een oude kijker
Vacature medewerker Nationaal Park De Hoge Veluwe – Medewerker Bedrijfsvoering/Toezichthouder (fulltime)
Voor de gecombineerde functie medewerker bedrijfsvoering en toezichthouder zijn wij op zoek naar een collega. In deze functie ben je werkzaam als toezichthouder en daarnaast voer je onderhoudswerkzaamheden uit.
Hoe ziet een werkdag eruit?
Vooral in het najaar en de winter ben je bezig met de onderhoudswerkzaamheden van bossen, recreatievoorzieningen, bedrijfsterreinen, gebouwen, wegen en paden, etc. Dat doe je soms alleen, maar meestal samen met een andere collega. Hierbij heb je oog voor de verschillende doelen die het Park heeft, zoals biodiversiteit en de beleving van de bezoeker. Je kunt goed uit de voeten met machines, gereedschappen en voertuigen, zoals bosmaaiers en motorzagen, en hebt een praktische instelling. Daarnaast vind je het leuk om vragen van onze bezoekers te beantwoorden en hen te vertellen over ons mooie Park. In het voorjaar en de zomer ben je werkzaam als toezichthouder (domein 1) waarbij je vooral wordt ingezet op de plaatsen waar veel publiek aanwezig is zoals het centrumgebied, de ingangen van het Park en het Jachthuis. Hierin schuw je niet om repressief (verbaliserend) op te treden.
Wat bieden wij?
- Een unieke werkomgeving
- Grote afwisseling in werkzaamheden
- Collega’s met passie voor het vak
- Een langdurige samenwerking, waarbij we starten met drie tijdelijke contracten
De mogelijkheid bestaat dat je, afhankelijk van de beschikbaarheid daarvan, in een dienstwoning moet gaan wonen.
Wat verwachten wij?
- Afgeronde opleiding op MBO-2 niveau op het gebied van natuur, landschap en/of groenvoorziening.
- BOA (domein 1)
Wil je meer weten of solliciteren?
Voor meer informatie kun je contact opnemen met de heer ing. J.R.K. Leidekker, hoofd Bedrijfsvoering tel. 055-3788100
Documentaire Grofwild op de Veluwe
Drie en een half jaar heeft natuurfilmer Dick Bulten opnamen van grofwild gemaakt op diverse Veluwse locaties. Veelal met medewerking van boswachter John ter Horst. Hoofdrolspelers zijn de vijf grootste wilde zoogdieren in Nederland: edelhert, damhert, ree, wild zwijn en moeflon.
Na een kort overzicht van hun leefgebied, volgt de camera eerst de jaarlijkse ontwikkelingen en gedragingen van deze diersoorten. Vervolgens gaat de enige jaren geleden op TV Gelderland uitgezonden film in op het beheer van het grofwild.
Mede door het educatieve karakter is dit een uitstekende bron van informatie voor zowel de jongere- als de ervaren jagers.
De prijs per DVD bedraagt voor leden van de NOJG € 8,00 (excl. verzendkosten).
Bestellen kan per E-mail: d.bulten6@kpnmail.nl
Hofman Topsport organiseert een nachtzicht/warmtebeeld demonstratie bij het Nederlands Jachtmuseum kasteel Doorwerth – 29 april
Minister houdt sluiting jacht konijn en haas in stand komend seizoen voor de provincies Utrecht, Limburg en Groningen
De minister heeft gisteravond een brief naar de Kamer gestuurd over onder andere de sluiting van de jacht op konijn en haas. De uitkomst is dat ook het komende jachtseizoen de jacht op konijn in het hele land, en op het haas in de bekende drie provincies, wederom niet geopend zal worden.
De NOJG is hier erg teleurgesteld over. Er loopt immers een rechtszaak tegen deze beslissing in het afgelopen jachtseizoen, en het was passender geweest als de minister dat had afgewacht. Ook alle inspanningen ten aanzien van bijvoorbeeld nieuwe of andere telsystemen heeft de minister ten onrechte niet afgewacht. Er wordt nu al vooruitgelopen op augustus en oktober aanstaande. Er is ook geen enkel overleg geweest over deze beslissing met de NOJG of Jagersvereniging, we hebben op geen enkele manier inspraak kunnen leveren.
Dit besluit benadrukt belang Bodemprocedure tegen de Staat
Zoals gezegd: we zijn teleurgesteld, maar ook des te gemotiveerder om de juridische strijd voort te zetten. De Minister blijft wat ons betreft vasthouden aan een beleid dat juridisch niet door de beugel kan, en dat gaan we samen met onze partners als de Jagersvereniging en FPG aantonen. We houden u op de hoogte!
Zie de hieronder de volledige brief van de Minister
Veel te weinig wilde zwijnen geschoten in Gelderland
UDDEL – Het gewenste afschot van zo’n 2500 zwijnen op de Veluwe is in het afgelopen jachtseizoen bij lange na niet gehaald. Volgens Erik Koffeman van Faunabeheereenheid Gelderland (FBE) blijft het afschot ongeveer op de helft steken.
“We zagen het al wel een beetje aankomen”, zegt Koffeman. “We hadden vorig jaar een heel goed jaar als het om afschot gaat. Dat betekent dat er dit jaar minder zwijnen zijn. Dus kom je ze minder tegen en zijn ze moeilijker te bejagen. Verder was het een goed mastjaar. Dat betekent dat ze zich in een korte tijd kunnen volvreten en verder veel rusten. Dan is de kans kleiner dat een jager ze ziet.”
Een goed mastjaar komt ongeveer eens in de vier jaar voor. Bomen en planten dragen dan meer vrucht dan gemiddeld. Eikels, kastanjes en bosvruchten liggen dan voor voor het oprapen voor de wilde dieren.
Op zwijnen mocht van 1 juli 2022 tot half maart van dit jaar worden gejaagd. Dit is nog verlengd tot het einde van maart, maar volgens Koffeman gebeurt er nu niet veel meer. Het gewenste aantal wilde zwijnen op de Veluwe – de doelstand – ligt voor de FBE rond de 1100. Dat aantal zal nu dus niet worden gehaald.
Stand van de edelherten is goed
Verder werden er zo’n 1500 edelherten afgeschoten: dat komt wel overeen met het vooraf gewenste aantal. De jacht op de herten is inmiddels helemaal voorbij en de schatting is dat de stand van de edelherten goed is.
Invloed van de wolf
Overigens werd de jacht dit jaar volgens Koffeman ook beïnvloed door de wolf: “Het gedrag van dieren verandert wanneer er een wolf in de omgeving is. Zwijnen kunnen bijvoorbeeld een dag of drie redelijk op dezelfde plek blijven. Dan wordt het gemakkelijker om ze te bejagen. Maar je merkt nu dat ze de wolf ruiken en sneller verder trekken. Dat maakt de jacht tot een grotere uitdaging.”
Ieder jaar is er een planning voor afschot op de Veluwe. Volgens de Faunabeheereenheid is dit noodzakelijk voor de biodiversiteit en een goede balans van de natuur.
Verslag NOJG Fryslân Verkiezingsdebat met als thema: “DE TOEKOMST VAN DE JACHT”
Nieuwsbrief Praktijk Centrum Jacht & Fauna – maart-2023
Stropers uit Gemert weer het haasje: twee weken cel in en honden kwijt
Waren twee boezemvrienden uit Gemert in november 2021 op klaarlichte dag hun honden aan het uitlaten of waren ze aan het stropen? Voor het Openbaar Ministerie én de rechtbank is het zonneklaar. De mannen moeten twee weken de cel in, oordeelde de politierechter dinsdag in Den Bosch.
De mannen van 37 en 40 zijn die zondag in het buitengebied van Aarle-Rixtel gezien met een voor de jacht geprepareerde wagen en vier hazewindhonden die op een prooi aasden.
“Wij hebben van onze fouten geleerd.”
Eén van de twee kreeg nog eens twee weken aan zijn broek, omdat hij tijdens zijn proeftijd was betrapt. In 2019 waren de mannen al eens veroordeeld voor stroperij. Volgens hen hebben ze de schijn tegen en zijn ze nu ten onrechte het haasje. “We hebben van onze fouten geleerd, wij jagen niet meer”, zo verwoordde een van hen het. Met tegenzin accepteren ze de uitspraak.
Wat ze veel erger vonden: ze zullen de auto, maar vooral hun honden nooit meer terugzien. De dieren zijn in beslag genomen en inmiddels overgegaan naar een andere eigenaar. De mannen zien hun honden als hun kinderen, stonden ermee op en gingen ermee naar bed. Tijdens de zitting toonden ze foto’s en filmpjes waarop te zien is hoe dol hun gezinnen erop waren.
“Ze zijn aan het lijntje gehouden.”
Ze werden dan ook emotioneel toen de officier van justitie vertelde dat de honden niet meer op een opvangadres, maar elders verblijven. Eén van de twee mannen: “Ik heb zo vaak gevraagd hoe het met onze honden is en waar ze waren, maar kreeg nooit een antwoord.” Hun advocaat, Menno Buntsma, vatte het als volgt samen: “Ze zijn aan het lijntje gehouden.”
Terug naar 24 november 2021. Het was een zonnige zondagmiddag. De twee mannen waren naar Aarle-Rixtel gereden om hun honden, vier hazewindhonden en een labrador, uit te laten. Aangelijnd, althans, dat verklaarden ze voor de rechter. Andere bedoelingen hadden ze niet, zo houden ze vol.
Toch had iemand gezien dat er een opvallende wagen door de bossen reed en dat zogeheten lange honden (de bijnaam van hazewindhonden) achter een haas aan zaten. De getuige, een jager, alarmeerde de politie en die hield de twee mannen aan voor het in bezit hebben van ‘niet tot jagen geoorloofde middelen’. Dat waren de honden en de auto, die volgens de rechter speciale lampen en allerlei lichtschakelaars had om het jagen te vergemakkelijken.
De twee mannen, de een geniet een uitkering, de ander is werkzaam in de veilingwereld, snapten er niks van. Waarom, zo vroegen zij zich af, ga je overdag met lichtbakken jagen en waarom neem je dan ook een voor jacht ongeschikt dier als een labrador mee? Bovendien was er niks mis met de wagen.
De jager zwakte zijn getuigenverklaring later overigens af, maar daar tilde de politierechter niet zo zwaar aan. Ze hechtte meer waarde aan de eerste melding, ook omdat die door de politie was bevestigd. Advocaat Buntsma zei dat de getuige ‘opgejaagd’ moet zijn door agenten, die hem hadden gevraagd de vermeende stropers te volgen.
LEES OOK:
De schimmige wereld van het stropen: ‘Dit zijn geen mensen van adel’
Twee stropers opgepakt en vier ‘lange honden’ in beslag genomen
Strop voor stropers: taakstraf en boete, auto’s en hazewindhonden verbeurd verklaard
Belangrijke uitspraak Rechter over uitvoeren beheer en schadebestrijding in gezelschap Toestemminghouder grondgebruiker
Na eerdere publicatie op onze website onder vragen en antwoorden jacht;
- Indien de grondgebruiker de jachthouder middels de standaard jachthuurovereenkomst NOJG, waarin ook de schriftelijke toestemming grondgebruiker is opgenomen en tevens staat aangegeven, dat de toestemming doorgegeven mag worden, dan is aan het vereiste van artikel 3.15 lid 7 Wnb voldaan. De houder van deze toestemming mag deze doorgeven.
Het EU project ‘LIFE WILD WOLF’
“Een kanttekening”
Op 23 januari 2023 kondigde FACE (the Voice of the European hunters) de start aan van een 5-jarig project, om te bestuderen hoe om te gaan met wolven, die steeds dichter de menselijke omgeving binnendringen.
Het project, medegefinancierd binnen het EU LIFE-programma , heeft een multidisciplinair team van 18 partners, waaronder 7 universiteiten of onderzoeksinstellingen, nationale en lokale managementautoriteiten en ngo’s uit de milieu- en jachtgebieden van belang uit 9 EU-landen met het Italiaanse Instituut van Applied Ecology (IEA) zijnde de coördinerende begunstigde.
Het project zal bijna 5 jaar duren met een totaal budget van € 7.028.148 (EU-bijdrage: € 5.265.454)
De kanttekening: “het project mag niet vertragend werken”.
We kijken met belangstelling uit naar de toekomstige resultaten van dit gezamenlijke project. Echter, men kan niet genoeg benadrukken, dat het er niet toe mag leiden dat de kennis waarover we nu al beschikken, niet ten volle benut wordt.
“Veronachtzaming ervan is onacceptabel”.
Met deze kennis doelen we met name op wat bekend is uit de uitgebreide ervaringen van Will N.Graves en Valerius Geist, zoals o.a. beschreven in hun boek ‘Wolves in Russia’ met de ondertiteling ‘Anxiety Through the Ages’, alsmede uit de publicaties van Charles E. Kay.
N.B. Een drietal Nederlandstalige uittreksels van ‘Wolves in Russia’ verschenen op de site van de NOJG.
- Wolven, conflict arm?
- Wolven en de biodiversiteit.
- De werkelijkheid van aanvallen wolven in Frankrijk.
Wat we al weten of zouden moeten weten
- Wolven zijn van nature zeer schuw en uiterst voorzichtig en laten zich gemakkelijk afschrikken.
- Tegen de tijd dat de wolf een mens aanvalt is hij er al diep van doordrongen, dat de mens ongevaarlijk is.
- Onbeperkte bescherming leidt er dus toe, dat de wolf zijn diepgewortelde angst voor de mens zal verliezen. Dit zal ongetwijfeld tot gevaarlijke situaties leiden.
- Zolang zijn standaard prooidieren in voldoende mate aanwezig zijn, zal de wolf niet snel een nieuwe prooi aannemen
- Een mogelijke nieuwe prooi wordt eerst maandenlang van een afstand bestudeerd en dan voorzichtig benaderd, alvorens de wolf – aanvankelijk wijfelend – de nieuwe prooi aanvalt
- De mens als mogelijke prooi vormt daarop geen uitzondering
- Er zijn veel verslagen van aanvallen op mensen door rabiate èn gezonde wolven
- Aanvallen op mensen vinden ook nu nog plaats (8, 9)
- Bij uitputting van zijn prooidier-populatie gaat de wolf op zoek naar andere prooien en zal gedreven door honger zijn schuwheid afleggen en dus gevaarlijk worden
- Er bestaat geen natuurlijk mechanisme, dat de populatie van wolven getalsmatig inperkt, behalve door uitputting van het leefgebied, i.c. uitroeien van de wildstand wanwege ongecontroleerde aanwas van de wolvenpopulatie
- De wolf doodt vaak om te doden (surplus killing), ook in niet-afgesloten gebieden. Van de prooi wordt vaak minimaal of helemaal niet gevreten. Deze overkill resulteert vaak in een sterk versnelde decimering van de wildstand
- De populatie van bijv. hoefdieren wordt niet ‘in balans’ gebracht door de wolf. Integendeel, door bovenmatige predatie van kalveren ontstaat een ‘scheve’ populatie-opbouw
- Voor de bewering dat een biotoop ‘gezonder’ zou worden en dat de wolf een positieve invloed op de bio-diversiteit zou hebben bestaat geen aanwijzing. Er zijn wel aanwijzingen van het tegendeel. Denk o.a. aan het ontstaan van een ‘predator-pit’ (2, 3).
- Bovenstaande eigenschappen zijn algemeen van toepassing op de grijze wolf (Canis Lupus) wereldwijd.
- Samenleven met de wolf blijft mogelijk, maar slechts met inachtneming van bovenstaande biologisch bepaalde eigenschappen
Voorwaarden tot samenleven met de wolf
- De wolf mag niet aan de mens gewend raken
- Wel moet er spaarzaam (!) contact zijn met de mens, waarbij de wolf de mens als mogelijke bedreiging moet blijven zien
- Hiertoe is een zekere mate van bejaging noodzakelijk
- Er moet altijd ruim voldoende wild (hoefdieren) aanwezig zijn
- De verhouding wolf/hoefdieren moet dus zeer laag zijn èn blijven
- Hiertoe moet door bejaging aanwas van de populatie voorkomen worden
- Tegelijkertijd moet genetische uitwisseling mogelijk zijn, om inteelt te voorkomen
Deze voorwaarden betekenen
- een wolven-habitat moet in een geïsoleerd gebied liggen
- toeristisch wolven-bezoek is uitgesloten
- bejaging van de wolf zal hem uiterst voorzichtig maken, met als gevolg dat hij steeds moeilijker te bejagen wordt
- voor een wolven-habitat moet een minimum grootte vastgesteld worden, een minimale wildstand en het maximale aantal wolven
- gehouden dieren (vee) kunnen slechts beperkt en uitsluitend goed beschermd in het gebied aanwezig zijn
- om genetische uitwisseling mogelijk te maken, moeten een aantal van die minimumgebieden onderling bereikbaar zijn voor de wolven
- landen moeten de wolf met alle middelen kunnen weren uit gebieden die niet aan de noodzakelijke voorwaarden voldoen
- landen die helemaal niet aan de noodzakelijke voorwaarden kunnen voldoen, bijv. door ruimtegebrek, moeten vrij zijn de wolf volledig te weren
Minimum oppervlak – een grove schatting
In een paragraaf over Belarus noemt Graves 8-10 wolven per 100km2 (10×10 km) een zeer hoge dichtheid, waarbij praktisch alle jongen van elanden, zwijnen en reeën gedood werden.
Nemen we aan, dat 1 wolf per 100km2 een voldoende lage stand is (3), dan komen we voor een roedel van 5 dieren op 500 km2. Voor 3 van deze habitats – nodig voor genetische uitwisseling – komen we op 1500 km2 (30×50 km) geïsoleerd gebied.
Suggesties aan FACE
- de inspanningen van FACE om de wolf in Europa zijn status van ‘stricte bescherming’ te ontnemen, kan meer kracht bijgezet worden door sterke nadruk te leggen op de biologisch bepaalde onmogelijkheid tot ‘vreedzaam’ samenleven, zoals hierboven uiteen gezet
- het boek ‘Wolves in Russia’ van Will N.Graves is op dit moment niet meer in de handel. FACE zou mogelijk een beperkte herdruk kunnen entameren. Een aantal exemplaren bevindt zich nog in enkele bibliotheken in Europa (1).
- FACE zou contact kunnen zoeken met wetenschappers uit Rusland en voormalige Sovjet-republieken. Graves geeft een compacte lijst met (engelstalige ?) publicaties uit die gebieden.
- FACE zou de studie naar ziekteverspreiding door de wolf kunnen bevorderen
Paul Bouwmeester, feb 2023
Aanbevolen litteratuur
- Wolves in Russia, Will N.Graves, ISBN 978-1-55059-332-7, aanwezig in bibliotheken
- Biological predator deserts in Siberia and North America, Geist, V. 8/23/2019,
- Escape from the predator pit, Prugh, Laura R., Rodney Boertje e.a.
- When do wolves become dangerous to humans?, Geist, V. September 29, 2007,
- Wolf Recovery, Political Ecology and Endangered Species, Charles E.Kay, January 2, 1996,
- Beyond Wolf Advocacy, Valerius Geist, 2008
- When Ignorance is Bliss, Valerius Geist, 2003
- Aanvallen wolf op mens D.1600-2021
- Wolf attacks on humans 2002-2020, John D. C. Linnell, Ekaterina Kovtun & Ive Rouart
- The real wolf. B.LyonWill N. Graves, Apr 3, 2018
- The gray Wolf revealed, Kaj I Granlund and Will N Graves, Nov 8, 2019
BIJ12 onderzoekt opvliegen vogels bij geweerschoten
Wanneer zijn geweerschoten verstorend voor vogelsoorten in en rond natuurgebieden? En wat is het effect op met name beschermde vogelsoorten? Hierover is nog weinig bekend. Daarom liet BIJ12 hier onderzoek naar doen.
BIJ12 vroeg onderzoeksbureau Altenburg & Wymenga om samen met Sovon Vogelonderzoek Nederland onderzoek te doen naar de verstorende effecten van geweerschoten op verschillende vogelsoorten in en rond natuurgebieden. Deze natuurgebieden, waaronder Natura 2000-gebieden, bieden rust, nestgelegenheid en eetgelegenheid aan een veelvoud aan vogelsoorten. Buiten die natuurgebieden vindt in sommige gevallen afschot plaats voor beheer of schadebestrijding. Ook wordt in gebieden die voor weidevogels bestemd zijn, op predatoren zoals vossen gejaagd. Als er te weinig afstand van de natuurgebieden wordt genomen, kunnen de beschermde vogelsoorten die in de natuurgebieden broeden of overnachten verstoord worden.
Opkijken of opvliegen
De onderzoekers hebben alle beschikbare informatie uit literatuur bijeengebracht en geanalyseerd. Op basis daarvan is bepaald welk type verstoring op kan treden en hoe die in het veld waar te nemen is. Er is onderscheid in directe effecten na het lossen van het schot (opkijken, opvliegen, wegvliegen) en effecten op de populatie (het verlaten van nesten en geschikt leefgebied, verlies van conditie vanwege veelvuldig opvliegen en afname van de populatie in algemene zin). De directe effecten zijn in een veldonderzoek onderzocht.
Reactie op geweerschot
Rond twee natuurgebieden in Noord-Holland hebben de onderzoekers gedurende twee winterperioden in het veld het gedrag van vogels geobserveerd terwijl een jager in de lucht geweerschoten loste. Er is gekeken naar de afstand tussen de vogels en de jager en de reactie van de vogels (niets doen, opkijken en opvliegen). Het onderzoek is geheel uitgevoerd binnen de bestaande wettelijke mogelijkheden. Voor dit onderzoek zijn geen dieren gedood.
Veel variatie in opvliegafstanden
De onderzoekers hebben in totaal het gedrag van 28 vogelsoorten kunnen bestuderen. De belangrijkste soorten zijn grauwe gans, wilde eend, smient, kolgans, brandgans, nijlgans en bergeend. Er zit veel variatie in de reacties van vogels op het schot. Sommige soorten reageren sneller dan andere soorten. Ook binnen een soort is veel variatie te vinden. Ganzen kunnen op 50 meter blijven zitten maar ook op 800 meter afstand nog opvliegen. Vogels in grote groepen vliegen eerder op dan vogels in kleine groepen. Ook omgevingskenmerken zoals windrichting, vegetatie en achtergrondgeluid zijn van invloed. Dat is logisch, want die beïnvloeden hoever het geluid draagt. Maar ook wanneer al deze factoren worden meegenomen, is het lastig om de grote variatie van de reacties op het schot goed te verklaren. Daarbij speelt ook mee dat er ook nog andere verstoring in het gebied is als gevolg van recreatie, verkeer, landbouwkundige activiteiten en luchtvaart.
Niet eenduidig
Voor de vastgestelde variatie in reacties is het niet mogelijk om een eenduidige afstand per soort te bepalen waarmee negatieve effecten op de soort en de instandhoudingsdoelstellingen kunnen worden uitgesloten. Deze vertaling wordt ook bemoeilijkt doordat verstoring door geweerschoten bovendien vaak niet de meest bepalende factor is waarom soorten wel of niet een goede staat van de instandhouding verkeren. Hoewel het lastig is om op basis daarvan een algemene stelregel vast te stellen, geeft het onderzoek wel meer inzicht in de reactie van vogels dan we tot nu toe hadden. Het onderzoek geeft veel informatie over hoe de relatie tussen het schot en de reactie van vogels in verschillende situaties te voorspellen en te duiden is. In de praktijk moet per gebied worden bezien hoe erg eventuele verstoring is. Het ligt bijvoorbeeld voor de hand om rond broedgebieden met kwetsbare soorten terughoudender te zijn dan rond foerageergebieden met robuustere soorten.
Bekijk hier het onderzoek ‘Verstoringseffecten van het schot rond Natura 2000-gebieden’